Volgens prof.dr.ir. J. de Smit, voorzitter van de facultaire voorbereidingscommissie, zijn de plannen inhoudelijk al ver gevorderd. De komende maanden zullen aan de praktische invulling gewijd worden, zoals het aanpassen van studiemateriaal, het opzetten van docententrainingen en de werving van studenten en aanvullende financiële middelen.
De opleiding 'Master in Engineering Mathematics' vormt volgens De Smit een 'afspiegeling' van het reguliere doctoraalprogramma. Zij zal alledrie de TW-specialismen omvatten: statistiek & 'operations research', systeem- & besturingstheorie en 'computational mechanics'. Het curriculum beslaat vier collegetrimesters plus twee trimesters voor de afstudeeropdracht.
In tegenstelling tot de masteropleiding van Toegepaste Onderwijskunde zal de TW-opleiding zoveel mogelijk geïntegreerd zijn in het reguliere doctoraalprogramma. Een aantal vakken zal dan ook aan buitenlandse en reguliere studenten gezamenlijk worden gegeven. Dat houdt in dat een deel van het huidige doctoraalprogramma straks in het Engels wordt gedoceerd.
Volgens De Smit vinden de TW-studenten deze internationalisering van het onderwijs een prima idee. 'Wij speculeren erop dat ze er graag aan meedoen. Dat strookt ook met de opvattingen van de Beleidscommissie Onderwijs. Maar wie staat op zijn recht op Nederlandstalig onderwijs kan dat natuurlijk krijgen.' Volgens mede-initiatiefnemer prof.dr.ir. E. van Groesen zullen de eerstejaarscolleges 'voorlopig' nog in het Nederlands worden gegeven
Omdat voor veel cursisten Engels evenmin de eerste taal zal zijn, wil TW het onderwijs zoveel mogelijk 'taal-onafhankelijk' maken. Voor de ontwikkeling van nieuwe werkvormen is het Onderwijskundig Centrum ingeschakeld. Algemene colleges over Nederlandse taal en cultuur zullen samen met het ITC (International Institute for Aerospace Survey and Earth Sciences) worden georganiseerd. De docenten van TW krijgen bijscholing over de omgang met cursisten uit andere culturen en het geven van Engelstalig onderwijs.
Volgens Van Groesen zijn er twee motieven voor de opleiding: de noodzaak tot onderwijsinternationalisering en de grote afname van het aantal TW-studenten (dit jaar werden minder dan dertig eerstejaars ingeschreven). 'Nu al moeten we bedrijven die een twaio of afstudeerder willen steeds vaker teleurstellen. Door extra studenten in de d-fase aan te trekken hopen we de positie van de faculteit en de contacten met het bedrijfsleven te verstevigen.'
De opleiding is gericht op wiskundigen op bachelor-niveau en niet-wiskundigen, met name elektrotechnisch of werktuigbouwkundig ingenieurs die belangstelling hebben voor numerieke en statistische methoden. Voorlopig mikt TW op cursisten uit Indonesië, een land waarmee de faculteit al contacten heeft, onder meer met het Institut Teknologi Bandung. Nu gaan Indonesische ingenieurs voor wiskundige cursussen naar Australië, Japan of de VS.
Volgens De Smit en Van Groesen is de markt voor de nieuwe opleiding moeilijk in te schatten. Men mikt voorlopig op een instroom van tien tot vijftien studenten. Op termijn zou een aantal van 35 studenten mooi zijn. Van een lucratieve 'melkkoe' willen de initiatiefnemers zeker niet spreken. De Smit: 'We verwachten niet dat we aan deze opleiding geld gaan verdienen. Dat is ook niet ons doel. Het gaat gezien de afnemende instroom vooral ombehoud van de kritische omvang van de faculteit.'
Het wordt niettemin geen goedkope masteropleiding. TW zal een 'behoorlijke' fee gaan vragen van zo'n twintigduizend gulden per jaar. Dit cursusgeld ligt volgens Van Groesen weloverwogen net onder de prijzen van de (betere) concurrenten in Engeland, Canada of Australië. Een deel van de studenten zal volgens TW kapitaalkrachtig genoeg zijn om het geld zelf te betalen. Verder mikt de faculteit op financiering vanuit de landen zelf en hoopt men op sponsoring door het Nederlandse bedrijfsleven.
Van Groesen erkent dat het aanbod aan internationale masteropleidingen 'gigantisch' is. Toch heeft TW er vertrouwen in. 'We zeggen niet dat we beter zijn dan anderen, maar zijn wel zo arrogant te denken dat we de vereiste kwaliteit kunnen bieden, zeker op die drie terreinen die onze eigen specialisaties zijn en waarop we ons nu al profileren.'
De ontwikkelingskosten van de nieuwe opleiding bedragen zo'n zeshonderdduizend gulden. De helft daarvan betaalt TW zelf. Voor de rest wil TW een beroep doen op het College van Bestuur. De Smit: 'Het feit dat wij als faculteit ons curriculum daadwerkelijk gaan internationaliseren lijkt ons belangrijk voor de universiteit als geheel. Onze ervaringen kunnen waardevol zijn voor andere faculteiten die deze weg op willen gaan.'
TW wil de masteropleiding zo snel mogelijk aanmelden voor het officiële keurmerk van de Raad van de Graduate School Twente en ter internationale accreditatie voorleggen aan de ABET. Dit is mede van belang omdat de opleiding ook in Indonesië erkend moet worden, willen studenten in aanmerking komen voor financiering door Indonesische fondsen.
Overigens studeert TW nog op plannen voor een vijfjarige master of science-opleiding die geheel Engelstalig zou moeten zijn. Zo'n opleiding zou samen met een buitenlandse zusterfaculteit moeten worden opgezet.
