'De Europese schaal is eigenlijk het enige vergelijkingsmateriaal,' stelde Veltman. Daarom moet de UT nog harder werken aan de drie kenmerken, waarmee ze zich van andere universiteiten onderscheidt: ondernemendheid, de campus en het twee-kernenkarakter van het onderwijs en onderzoek. 'Die kenmerken moet je niet alleen bezitten, je moet er ook iets bijzonders van maken.'
Voor de start van nieuwe technische opleidingen aan de Rijksuniversiteit Groningen zei Veltman niet bang te zijn. Eind vorig jaar verscheen van de hand van de Adviescommissie voor Wetenschap en Techniek (AWT) een nota waarin wordt geadviseerd in het noorden des lands meer ingenieursopleidingen op te zetten dan nu het geval is. 'Wanneer de drie technische universiteiten en het KIvI gezamenlijk optrekken komen de juiste afwegingen op tafel.'
Voor de campus was 1995 een heel succesvol jaar, aldus Veltman. Het zwembad is gereed gekomen, de chipkaart ingevoerd, diverse opleidingen en faculteiten kregen een betere huisvesting, er kwam een nieuwe telefooncentrale en het openluchttheater werd, door zelfwerkzaamheid van UT-personeelsleden, in oude luister hersteld. Veltman betreurde het dat de pleinen op de campus nog altijd geen namen hebben die in Europees verband passen. Ook mist hij nog een auditorium: 'Dat hebben we al jaren niet, maar als je ziet hoe mooi het in Eindhoven is, dan zou je willen dat wij er ook dertig miljoen voor beschikbaar hadden.'
Veltman sprak lovende woorden over de zeer positieve beoordelingen van het onderwijs en onderzoek door de externe visitatiecommissies, die de UT vorig jaar bezochten. Tevens prees hij de wijze waarop de UT op diverse fronten aan aan de weg heeft getimmerd. Een voorbeeld daarvan was de start van Kleine Technologische Instituten om kennis over onder meer lasers, membranen en polymeren dichter bij het midden- en klein bedrijf te brengen.
Minder positief was Veltman over de terugloop in de studentenaantallen, hoewel dit een landelijke tendens is. Hij rekende voor dat het aantal UT-studenten in de toekomst op ongeveer vijfduizend zal komen te liggen en 'hoe val je dan nog op?'. Daarnaast gaf hij aan dat de twee kernen-universiteit niet beleefd wordt. Er zou meer onderzoek en onderwijs moeten komen waarin dit tot uitdrukking wordt gebracht. Als voorbeelden daarvan noemde Veltman Telematica, Ethiek en Techniek en Ergonomie.
Ook vond Veltman het spijtig dat er nog geen sociaal plan voor het personeel is. Dat moet dus in 1996 klaar zijn. Horizontale mobiliteit zal daar een onderdeel van zijn. 'Het natuurlijk verloop in het personeelsbestand dient zoveel mogelijk intern opgevangen te kunnen worden. Horizontale mobiliteit dient te worden gewaardeerd als bijzonder goede inzetbaarheid,' aldus de voorzitter.
Tot slot besteedde Veltman aandacht aan de modernisering van de bestuursstructuur. 'De wereld om ons heen verandert en sprongsgewijs is aanpassing van de universitaire instelling gewenst.' Veltman beloofde een uitgebreide raadplegingsronde over dit onderwerp. 'Interessant is dat tezelfdertijd ook de regionale bestuursvorm aan de orde is. Wordt Twente alsnog een stadsprovincie of gaat men de strijd aan om gemeentelijke uitbreiding? Een UT-standpunt hierover siert niet alleen onze interesse in de regio, maar isook van direct belang voor de verdere ontplooiing van de universiteit.'
De nieuwjaarsbijeenkomst in de Drienerburght
