Op diverse gebieden zou de UT moeten starten met nieuwe initiatieven. Van zelfstandige opleidingen kan volgens de nota nog geen sprake zijn zolang er een stop zit op het vestigen van nieuwe studies. Meer kans maken afstudeerstromen en -richtingen. In dit verband worden genoemd: 1.telematica. Zou een versterking betekenen van het profiel van de UT. De arbeidasmarkt van afgestudeerden is nog niet onderzocht, maar de prognoses zijn gunstig. De opties zijn: een eerstefase-opleiding of een variant, zulks ook in combinatie met een internationale masters-opleiding; 2. industrial engineering. Qua onderzoek is er binnen de faculteit een redelijk draagvlak. De aanwezigheid van de AKI-deskundigheid binnen de UT kan een meerwaarde betekenen. Ook hier zijn de arbeidsmarktprognoses voor afgestudeerden goed, terwijl ook een internationaal Msc-programma, in samenwerking met Warwick en Dortmund een optie is; 3.ergonomie. Op dit moment staat de situering van de vakgroep en daarmee het onderwijsaanbod ter discussie, aldus de nota. Raakvlakken met industrial engineering, TCW en BIT moeten nog worden verkend. De arbeidsmarktprognose zijn niet ongunstig, maar hangen af van de wijze waarop de (cognitieve) ergonomie zich presenteert. Internationaal liggen er kansen, terwijl ERG ook wordt genoemd als minor bij andere studierichtingen; 4. financiele wiskunde. In eerste instantie beoogd als variant binnen TW. Gegevens over de markt voor afgestudeerden moet nader onderzocht worden, maar als die aansluiten bij die van de andere stromen bij TW, TBK en BSK, is het beeld gunstig. Een Msc-progreamma (financial enginineering) is een optie; 5. financiele bestuurskunde. Al een oud binnen BSK, levend idee. Het zou een logische uitbreiding zijn van de
maatschappijwetenschappelijke kern van de UT. De arbeidsmarkt lijkt gunstig, en misschien is er ook een minor van te maken in samenwerrking met TW en T&M; 6. sociaalwetenschappelijke methodologie. Goed voor genoemde kern van de UT. Bij een variant wordt gedacht aan toeleveringen vanuit diverse faculteiten en vakgebieden. Niet geschikt als minor of internationale doeleinden. Tot slot, 7. (para) medische opleidingen. Het gaat hier om een bundeling en afstemming van de bestaande initiatieven op het terrein van biomedische techniek en de recente G-stroom van de faculteit T&M. Het hangt ervanaf welke vlucht deze laatste ontwikkeling neemt, aldus het CvB in de nota. Denkbaar is dat het project op termijn kan leiden tot een UT-profiel waaraan een derde kern, de medische, kan worden toegevoegd.
Daarnaast denkt de UT over twee tot drie jaar deeltijdse opleidingen te kunnen starten.
