Zestien studieverenigingen kent de Universiteit Twente, elke opleiding heeft er één. En allemaal hebben ze het zelfde probleem. Stonden studenten een jaar of vijf, zes jaar geleden in de rij voor een bestuursfunctie of een plaats in een commissie, tegenwoordig moeten de meeste studieverenigingen zich in allerlei bochten wringen om vacatures vervuld te krijgen. Vincent Arkesteijn, vice-voorzitter van de Scintilla, de studievereniging van Elektrotechniek, vertelt: 'Het is zeker niet makkelijk. We zijn nog steeds op zoek naar één persoon voor het nieuwe bestuur. En hoewel de minder zware commissies goed lopen hebben we voor de jaarboek- en de studiereiscommissie nog veel mensen nodig. Het is al heel wat dat er dit jaar weer een jaarboek uitkomt. Het laatste verscheen in 1995. Studenten hebben het te druk met hun studie. Vooral het programma van Elektrotechniek steekt strak in elkaar. Het curriculum zit propvol en wij kennen hier het fenomeen blokonderwijs. Je volgt dan zes weken achter elkaar één vak. Het is het hele jaar: of alles halen of niets halen. Met een trimester systeem zou je bijvoorbeeld kunnen besluiten de helft van de vakken te volgen en de rest van de tijd aan een bestuur of commissie te besteden.'
Prioriteiten
Ook het onderwijssysteem bij de faculteit Werktuigbouwkunde moedigt niet aan tot het verrichten van activiteiten buiten de studie. Hans Jak 3e jaars WB-student en bestuurslid bij studievereniging Newton: 'Projecten zijn een belangrijk onderdeel van het WB-curriculum. Haal je een bepaald project niet, dan wordt je uitgesloten van deelname aan vervolgprojecten of bepaalde vakken. Studenten leggen dus hun prioriteit bij het halen van de projecten. Daarna volgen de vakken en practica. Pas op het allerlaatste moment komen de niet-studiegebonden activiteiten in beeld. Toch hebben we niks te klagen. Onze twintig commissies zijn kleiner maar functioneren goed. En ook ons symposium werd door veel studenten bezocht.'
Bij Argo (TN) proberen ze door 'meer gezelligheid' leden actiever te krijgen. 'Onze verenigingskamer is altijd open. Vooral in de middagpauze komen veel studenten hier lunchen of computeren. Op onze kamer staan negen computers die ook door studenten gebruikt worden. Zo'n voorziening hebben de meeste studieverenigingen niet. Doordat jongerejaars vaak over de vloer komen leren ze de vereniging op een leuke manier kennen en worden ze hopelijk makkelijker actief,' stelt bestuurder Roel Assies.
Stress, de studievereniging van Technische Bedrijfskunde, heeft te maken met een extra moeilijkheid. Volgens bestuurslid Xander de Vries zijn bedrijfskunde studenten 'laks'. 'Ze zeggen dat ze ons congres hartstikke leuk en interessant vinden, maar je moet vervolgens maar afwachten of ze daadwerkelijk komen. TBK'ers denken altijd in de eerste plaats: wat leverthet mij op. Pas wanneer ze iets op hun CV kunnen zetten of wanneer een activiteit belangrijke contacten met het bedrijfsleven oplevert, doen ze mee. Bovendien is de concurrentie hier groot: integrand en AISEC vissen in dezelfde vijver.'
Belangstelling
Alembic (CT) heeft niet alleen last van de toenemende studiedruk maar ook van dalende studentenaantallen. PR-commissaris Femke van den Berg: 'In drie jaar tijd is het aantal inschrijvingen gekelderd van honderdtwintig naar zestig. Niet zo gek dat veel minder studenten zich melden. Vooral voor bestuurswerk neemt de belangstelling af. Lang niet iedereen is bereid drie tot vier dagen per week in een vereniging te investeren. Voor commissies zijn gelukkig nog genoeg mensen te vinden. Zolang de tijd die je aan een activiteit kwijt bent te overzien is, zijn studenten na enig aandringen nog wel bereid iets te doen. Het valt mij overigens op dat CT-vrouwen in verhouding actiever zijn dan CT-mannen.'
Weinig studenten op de faculteit kan echter ook voordelen hebben. 'Bij toegepaste wiskunde kent iedereen elkaar. Bijna alle studenten komen regelmatig een praatje maken in de Abacus-kamer. Ook het contact met het personeel loopt goed. De betrokkenheid is daardoor groot, en als mensen zich verantwoordelijk voelen zijn ze eerder bereid iets te doen,' vindt penningmeester Ruud ten Voorde van Abacus.
Bestuursbeurs
Over het algemeen steken bestuursleden van studieverenigingen veel tijd in het besturen van hun organisatie. Twintig tot dertig uur per week is niks. Bij communiqué (TCW) en Tobias (TO) kost het bestuurswerk wat minder tijd: één tot maximaal twee dagen per week. Piekbelastingen uitgezonderd natuurlijk. Ter compensatie van deze inspanningen is over het algemeen per bestuurslid vier maanden auditorensteun beschikbaar. Ook studenten die 'een zware commissie doen' komen in aanmerking voor auditorensteun. De verenigingen zijn echter van mening dat de auditorensteun in geen verhouding staat tot de geïnvesteerde tijd en de opgelopen studievertraging.
Daarom heeft het Overleg Studieverenigingen nog niet zo lang geleden geprobeerd voor bestuursfuncties een bestuursbeurs te krijgen. Vincent Arkesteijn: 'Een hoop mensen vonden dat een goed plan. De meeste faculteitsbesturen steunden het zelfs. Alleen het college van bestuur zag het niet zitten. Kennelijk waren ze bang dat het te veel geld zou gaan kosten. Heel jammer en een beetje gek. In Delft krijgen besturen van studieverenigingen wel een bestuursvergoeding.'
Het beeld bij de sport- en de cultuurverenigingen komt overeen met dat van de studieverenigingen. Studenten willen graag sporten of actief met cultuur bezig zijn - het aantal verkochte campuskaarten daalt slechts licht - maar zijn minder snel bereid zitting te nemen in het bestuur van een vereniging. Fred Litjens, TW-student en lid van de sportraad, ziet een lichtpuntje. 'Ten opzichte van vorig jaar lijkt de belangstelling voor bestuursfuncties weer iets toe te nemen. Maar pin me er niet op vast. Echt significant is de toename niet.' Zonder al te drastische maatregelen van een volgende onderwijsminister zullen de verenigingen het jaar 2000 dan ook wel halen.
Sijas Akkerman
