De bedrijfsvoering van facilitaire organisaties is de afgelopen tien jaar bedrijfsmatiger en professioneler geworden. Taakafstoting, reorganisaties, fusies en splitsingen binnen de moederbedrijven zijn de belangrijkste oorzaken van deze ontwikkeling. Facilitaire organisaties worden (intern) verzelfstandigd en moeten meer marktgericht gaan werken. Er zijn echter grenzen aan deze decentralisatietrend. Het risico bestaat namelijk dat het belang van de verzelfstandige onderdelen gaat prevaleren boven het gemeenschappelijk belang van de gehele organisatie. Een combinatie van (interne) marktwerking met een zekere mate van centrale sturing lijkt het beste perspectief voor een efficiënte facilitaire ondersteuning.
Een en ander uit een studie van het Onderzoeksinstituut OTB, getiteld 'Besturing van facilitaire organisaties'.
Het OTB-onderzoek bestaat uit een inventarisatie van facilitaire besturings- en organisatiemodellen en een analyse van de systemen van bedrijfsvoering die zeven facilitaire organisaties in de praktijk toepassen. De facilitaire organisaties die in het onderzoek zijn betrokken, zijn die van de Universiteit Utrecht, Schiphol, DSM, TNO, Johnson Controls IFM, ABN AMRO en de Rabobank.
