Michael J. Fullan is in zijn boek 'The new meaning of educational change' (1991) erg negatief over de houding van het onderwijs, wanneer het om onderwijsinnovaties gaat. Hij claimt dat vele betekenissen aan een innovatie ontleend kunnen worden. De betekenis waar het om draait is alleen duidelijk voor degene die de innovatie voorstelt. Anderen moeten die betekenis zich ook nog eigen maken. Dit gaat volgens een langdurig en moeizaam verlopend proces.
Ik ben één van de actoren in dit proces, die de betekenis ook nog moet zien. Met mijn zes maanden aan ervaring in de faculteitsraad van TO kan ik maar een beperkt oordeel vellen over de betekenis die het CvB en het CvD ontlenen aan de MUB en als zodanig verwoorden in hun notitie. Vanuit onderwijskundig inzicht, dat ik daarentegen wel bezit, ben ik van mening dat het nog zakelijker worden van de bestuursstructuur, zoals wordt voorgesteld, bedreigend is voor de kwaliteit van het onderwijs dat aan deze universiteit op hoog niveau wordt gegeven.
Het verlies aan inspraak van de studenten zal daar zeker aan bijdragen. Daarnaast heeft Fullan ook al gezegd dat een innovatie pas jaren na invoering het gewenste resultaat zal bereiken. Niet alleen denkt het CvB dat alles formeel al voor 1 september rond zal zijn, wat ik ten zeerste betwijfel, maar ook dat er een 'wending' zal plaatsvinden, zodra er volgens de nieuwe structuur zaken gedaan worden. Wij hebben de 'adoptie'fase dan nog niet eens afgerond, terwijl het CvB al met de institutionalisering is begonnen.