Ook het totale aantal aio's stijgt. Dit wordt volledig veroorzaakt door de toename van het aantal bursalen. In 1996 stroomden in totaal 1303 aio's in, waarvan er 261 bursaal (= met een beurs) werden aangesteld. In 1995 waren deze cijfers respectievelijk 1179 en 66. Het aantal bursalen nam voor het eerst sinds 1992 weer toe. Met de totale personeelsinzet voor onderzoek is het treurig gesteld. In 1996 daalde deze ten opzichte van het voorafgaande jaar opnieuw: met 2,8% tot ruim 14.000 mensjaren.
Ofschoon het aantal vrouwen bij de aio's toeneemt is hun inbreng over het geheel genomen nog laag. Relatief gezien stromen nog altijd te weinig afgestudeerde vrouwen door naar een aio/ oio-plaats, behalve bij de technische wetenschappen en de landbouw.
Het aantal oio', die worden betaald door NWO, is in 1996 sterk afgenomen. In 1995 stroomden er 473 in, en in 1996 waren dat er nog maar 333, een afname van bijna 30%. De oorzaak voor deze daling is het NWO-beleid dat er op is gericht om minder oio' en meer gepromoveerde tijdelijke onderzoekers, 'postdocs', aan te stellen.
Meer dan 60% van de gepromoveerden is binnen vijf jaar klaar. In totaal wordt uiteindelijk 75% tot 80% doctor. Mannen doen het over het algemeen beduidend beter dan vrouwen. Binnen zes jaar is 58% van de mannen gepromoveerd tegenover 38% van de vrouwen. De disciplines natuurwetenschappen, techniek en economie zorgen voor de snelste promovendi; taal & cultuur alsook rechten voor de langzaamste.
Ondanks de groei bestaan er problemen aan de aanbodzijde. Onlangs werd geconstateerd dat het in Nederland steeds moeilijker wordt om aio's te werven. Ir. Werner Scheinhardt van Toegepaste Wiskunde is secretaris van het Twents Aio-Beraad (TAB). Hij ziet deze trend ook op bij bijna alle faculteiten. 'Bij Informatica bijvoorbeeld is het heel erg moeilijk om aio's te krijgen. Want op dit vakgebied zijn er volop andere, beter betaalde banen. Maar ook bij TW hoor je dergelijke geluiden. Steeds vaker wordt er beroep gedaan op afgestudeerden uit het buitenland, of blijven plaatsen onbezet.'
Een taak voor het TAB is hier volgens Scheinhardt niet weggelegd. Het Beraad geeft wel tips aan leden die tegen praktische problemen aanlopen. Moeilijkheden met de begeleiding komen het meest voor. Ook kan het TAB de helpende hand bieden wanneer het contract afloopt en het proefschrift nog niet is afgerond.
Het TAB is van plan om in de toekomst meer activiteiten voor AIO's te ontplooien. Met enquêtes houdt het TAB de laatste ontwikkelingen bij waaronder de kansen die aio's hebben op dearbeidsmarkt.
Ook op de UT is het aantal vrouwen de laatste twee jaar relatief toegenomen. In 1997 was 32% van hen vrouw en in 1995 minder dan een kwart. Als rechtgeaarde wiskundige maakt Scheinhardt wel een kanttekening: 'De respons in 1997 was 27% en in 1995 37%. De gegevens geven een indruk maar vergaande conclusies mag men er niet aan verbinden.'
Andere resultaten uit de enquête zijn te vinden op: http://www.ct.utwente.nl:80/~tab .
