Sorgdrager adviseert UT 'ongedeelde' structuur

| Redactie

'Het is de moeite waard om voor een ongedeelde medezeggenschapsstructuur te kiezen.' Dat schrijft ex-minister van Justitie Winnie Sorgdrager in haar rapport waarin ze het radenstelsel van de UT evalueert. 'Omdat de gemeenschapstraditie op de campus nog steeds voelbaar is, lijkt het draagvlak voor een ongedeelde structuur grote (dan een gedeelde, red.)'. Bovendien pleiten ook een aantal 'praktische aspecten' voor het weer samenvoegen van de studenten- en ondernemingsraden tot één orgaan, een soort universiteitsraad nieuwe stijl.

Die praktische aspecten zijn na twee jaar gedeelde medezeggenschap genoegzaam bekend. Een ongedeeld stelsel scheelt 'tijd', 'energie' en 'bureaucratie'. Simpelweg omdat het met één gezamenlijke vergadering eenvoudiger werken is. Neem de verdeling van bevoegdheden: in een ongedeeld stelsel hoeven studenten en personeelsleden niet eerst uit ze zoeken in welke van de drie bijeenkomsten - studentenraad, ondernemingsraad of gezamenlijke vergadering - ze een onderwerp met college of decaan willen bespreken.

Bovendien, zo concludeert Sorgdrager, is het belangrijk dat studenten en medewerkers zich bij de medezeggenschap betrokken voelen. En omdat de UT-gemeenschap volgens haar hecht is, kan dat beter via een ongedeelde stelsel. 'Het zou jammer zijn wanneer die loyaliteit, die sfeer van positieve betrokkenheid, afbrokkelt.'

Sorgdrager vindt het 'opvallend' dat veel mensen die er twee jaar geleden van overtuigd waren dat een gedeelde structuur beter zou zijn, daar nu op terugkomen. 'De bureaucratie en de ingewikkeldheid van het systeem blijkt groter dan gedacht.'

Een ander saillant detail uit Sorgdrager's rapport is de forse kritiek op de Centrale Ondernemingsraad. Die houdt zich, vindt ze, te weinig met de grote lijnen bezig, let te veel op details en procedures en ontmoet weinig draagvlak binnen de universiteit. Medewerkers voelen zich niet vertegenwoordigd en de samenstelling van de raad is geen afspiegeling van het universitaire personeelsbestand. Door over te gaan op een gezamenlijke medezeggenschapsraad zou de betrokkenheid van werknemers kunnen toenemen.

Wel vindt de oud-minister dat er ook nadelen aan een ongedeeld stelsel kleven. Specifieke belangen van medewerkers en studenten kunnen ondergesneeuwd raken. 'Maar de MUB biedt wettelijke ruimte om daar speciale voorzieningen voor te treffen', aldus het rapport.

Een ander belangrijk probleem schuilt in het opstellen van nieuwe reglementen. Vele betrokkenen zien op tegen 'opnieuw een jaar bakkeleien' over procedures en voorschriften. Door van te voren vast te stellen dat partijen niet meer aan de overeengekomen bevoegdheden kunnen tornen, wordt het mogelijke bestaande reglementen in elkaar schuiven. 'Dat zal overwegend een technische operatie zijn', schrijft Sorgdrager.

Volgens de evaluatie hebben de faculteiten een redelijke 'modus vivendi' gevonden. De problemen zijn daar veel minder groot omdat studenten- en ondernemingsraden op decentraal zoveel mogelijk samenwerken. Wel blijven er klachten over de bevoegdheidsverdeling en de administratieve bewerkelijkheid van het bestel. Moeilijkheden op facultair niveau zijn volgens Sorgdrager meestal terug te voeren op personen.

Twee jaar geleden besloot het CvB dat er in het kader van de Modernisering van de Universitaire Bestuursstructuur op de UT een gedeeld medezeggenschapsstelsel moest komen. Vóór 1 mei moet het college op basis van de door Sorgdrager uitgevoerde evaluatie opnieuw beslissen of er een gedeelde of ongedeelde structuur komt.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.