Wijkagent Laurens Goossen wijst erop dat de politie alcoholfuiken met name bij drinkketen en tentfeesten gaat inzetten. `Mocht dat op de campus gebeuren, dan wordt er eerst over gepraat zodat iedereen daarvan op de hoogte is.' Volgens de wijkagent zijn er wettelijk veel mogelijkheden om alcoholexcessen aan te pakken. `Artikel 8 van de Wegenverkeerswet verbiedt iedere bestuurder om onder invloed te rijden. Daar valt ook een moeder achter een kinderwagen onder. Het is verboden om in het openbaar dronken te zijn. Onder invloed mag wel zolang je maar géén bestuurder bent.' Goossen ziet dan ook de Bewust Onbeschonken Bestuurder, de BOB, als enige oplossing. `Taxichauffeurs en het openbaarvervoer mogen geen dronken mensen vervoeren dus blijft de BOB over. Of niet dronken worden.'
Hoofd beveiliging Marcel Weustink heeft begrip voor de hardere aanpak. `Ook de campus is openbaar terrein en valt onder de wetgeving. We moeten gewoon de regels naleven.' Toch denkt hij dat het niet zo vaart zal lopen met alcoholfuiken op de campus. `Dat is meer iets voor de binnenstad. Een klopjacht op dronken fietsers met een vangnet verwacht ik hier niet tenzij de politie al iemand in het vizier heeft en deze staande houdt op de campus.' Volgens Weustink is de BOB de meest geschikte manier om veilig thuis te komen. `Met iemand meerijden dus die niet drinkt.' Lacht: `Dat kan ook bij iemand achter op de fiets.'
Studentenvereniging Audentis maakt zich meer zorgen. `De aanpak heeft zeker consequenties. Bij ons op de sociëteit in de Pakkerij, hartje centrum, wordt wel eens een biertje gedronken,' zegt senaatlid Simon Termorshuizen. `Voor die mensen is het vervelend. De fiets was namelijk het meest ideale en goedkoopste vervoermiddel om met een slokje teveel op naar huis te gaan.'
Een strengere controle zou volgens Termorshuizen ook niet nodig moeten zijn. `Als alle fietspaden in orde zouden zijn, creëer je ook een stuk veiligheid. Maar goed, ik begrijp het wel. Je leest en hoort inderdaad vaak dat het op de fiets ook fout gaat.' Bij Audentis hebben ze daarom een soort naar-huis-brengplan. `Hoewel de mate van drinken ieders eigen verantwoordelijkheid is, spreken wij, als senaat, wel iemand aan die écht lazerus is. We stellen dan voor dat het tijd is om te gaan. Iemand van ons fietst dan mee voor de veiligheid van de persoon in kwestie, maar ook in het belang van onze vereniging.'