Eigenlijk komen er zelfs twee tentoonstellingen in de Faculty Club. Boven in de ruimte naast de Blomzaal de tentoonstelling over het werk van Piet Blom die komend jaar op verschillende plaatsen in het land is te zien. Beneden richt de stichting Qua Art Qua Science een soort `making of'-tentoonstelling in van het boek dat over Piet Blom verschijnt.
`De opdracht om twee boerderijen die op de campus stonden om te bouwen in een mensa, werd een doorbraak voor Piet Blom', vertelt Jaap Hengeveld, één van de samenstellers van het boek over de architect. `Hij had net een belangrijke architectuurprijs gewonnen, de Prix de Rome, en dit was zijn eerste grote opdracht waar hij naam mee kon maken. Het uiteindelijke ontwerp van de Boerderij werd door iedereen heel goed ontvangen.'
Daarom werd Blom halverwege de jaren zestig ook betrokken bij het Agora-project, de inrichting van een nieuw complex midden op de campus. Blom had kritiek op het plan, omdat hij een mensa het liefst in de binnenstad zou zien. Bovendien was hij voorstander van het versmelten van verschillende functies. De gebouwen in het Agora-project moesten volgens hem niet los komen te staan, maar worden geïntegreerd.
De opdracht voor het Agora-project ging niet naar Blom, maar hij mocht wel de Bastille ontwerpen. Hengeveld: `Het werd een soort protestgebouw, waarin hij wilde laten zien dat je allerlei verschillende functies kon verweven in één gebouw. Het had de schijn van een heel ingewikkeld gebouw met verschillende niveaus, maar ergens was het ook heel logisch. In ieder geval heeft Blom met de Boerderij en de Bastille voor een belangrijk deel het gezicht van de campus bepaald.'
 |
Altijd verbindingen willen maken tussen de mens, de samenleving en zijn gebouwen, dat was de filosofie van Piet Blom volgens Martha Haveman, voorzitter van Qua Art Qua Science. `Daarom vond hij ook dat een Mensa in de binnenstad thuishoorde. Je ziet die filosofie ook heel erg terug in zijn stijl. In Hengelo heb je bijvoorbeeld de Kasbah, de woningen op palen met daaronder winkels en ontmoetingsplaatsen waar van alles gebeurt. Alles heeft volgens Blom met alles te maken en dat is zichtbaar in zijn ontwerpen', aldus Haveman.
`Een paar jaar voor zijn overlijden was Blom terug op de campus', haalt Haveman een anekdote op. `De Boerderij was toen geen restaurant meer, maar bestond voornamelijk uit kantoren. Blom was helemaal ontgoocheld. Toen de receptoniste vroeg of zij iets voor hem kon betekenen, antwoordde hij: “U kunt niets meer voor mij doen, dit gebouw is totaal verpest”.' Begin deze eeuw werd de Boerderij overigens door Bloms zoon Abel weer teruggebracht in de stijl van zijn vader.
Tentoonstelling Piet Blom, 24 november - 27 december 2007, Faculty Club
 |
 |
 |
