Uit het lood

| Redactie

Pedofielen had je altijd al. Ook bij ons in het dorp. Maar het kwam niet in de krant. Het bleef in het verborgene, binnen de muren van het gezin. Of de familie. Daarbuiten waren er alleen vermoedens. Men vond het zielig voor die kinderen. Dat waren die kinderen waar wij, van onze ouders, niet bij thuis mochten komen. Waarom niet, dat werd ons niet verteld.

Correctie

Dat begrepen wij pas later. Harry, de zoon van de varkensboer, en ik. Zeventien waren we. Jonge wereldverbeteraars. Fanatieke bestrijders van het kwaad. Het hoofd afwenden, dat was voor slappelingen. Wij deden wat ieder gezond mens vond dat gedaan moest worden. Fortuynisme avant la lettre.

Wij hielden de betreffende gezinnen nauwlettend in de gaten. We zochten uit wanneer de moeder niet thuis was. Wanneer ze oefende met het kerkkoor. Of de ouderavond op school bezocht. Op zo'n avond, als die weerloze kinderen waren overgeleverd aan de begeerte van hun vader, drongen wij het huis binnen. Dan hielpen wij die vuile viezerik definitief van z'n probleem af. Met het biggenmes van Harry's vader. Zonder verdoving, net als bij de biggen. En ze gilden ook net zo hard.

Niemand heeft ons er ooit op aangesproken. Behalve één keer, de dorpsagent. Met een knipoog, zonder het onderwerp bij naam te noemen, waarschuwde hij ons dat we niet te ver moesten gaan. Dat was het. Toch heeft die opmerking mij aan het denken gezet. Mede daardoor ben ik rechten gaan studeren. Ik leerde de gevaren inzien van eigenrichting. Als rechter veroordeel ik nu al jaren het kwaad op de wijze die past bij een rechtstaat.

Over dit inzicht heb ik een boek geschreven. Het was nog maar net uit, of ik werd gebeld door Wijnand. De zoon van de koster. Harry en ik hebben ooit een jampotje met biggenballen bij hun voordeur gezet. Als waarschuwing. Volgens Wijnand was dat ingeslagen als een bom. Zijn vader had zelfs een zelfmoordpoging gedaan. Dat heb ik nooit geweten.

Ik vroeg Wijnand of hij desondanks niet blij was dat zijn vader werd aangepakt. Maar volgens Wijnand had zijn vader nooit iets onzedelijks misdaan. Hij was gewoon een lieve vader. Wat wel gebeurd was! Eén keer, op een verjaardagsfeestje, hij weet het nog precies, ze speelden blikspuit. Toen was Harry's vader opeens met z'n blote piemel bij hem in het stro gekropen. Wijnand was meteen naar huis gerend.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.