Tekst: Paul de Kuyper & Maaike Platvoet
Foto's: Gijs van Ouwerkerk
Dansende deeltjes
![]() |
Wie: Martin van Sint Annaland (37) studeerde chemische technologie aan de UT. Hij volgde een twaio-opleiding en promoveerde in 1998 bij professor Hans Kuipers.
Werkt bij: de vakgroep Fundamentals of Chemical Reaction Engineering van de faculteit TNW, IMPACT.
Onderzoek: `Een populaire benaming voor mijn onderzoek is `Groene energie met dansende deeltjes'. Het uiteindelijke doel is om een reactor te creëren waarmee zuivere waterstof gemaakt kan worden. Waterstof is weer nodig om een brandstofcel te voeden, en dat kan voor het opwekken van elektriciteit gebruikt worden. Het is de kunst om waterstof te maken zonder dat er kooldioxide in de atmosfeer vrijkomt. De CO2 wordt dan afgevangen en onder de grond gestopt. Om dat te realiseren is een reactor nodig waar waterstof ingaat. Met behulp van membranen in de reactor kan heel efficiënt zuiver waterstof gemaakt worden, maar er speelt dan ook een probleem met de energiehuishouding. Wat ik in mijn onderzoek wil, is een zo klein mogelijke minireactor maken, waar de energiehuishouding op peil is. Daarvoor maak ik gebruik van geavanceerde numerieke modellen en geavanceerde meettechnieken.'
Vidi: `Dankzij de subsidie kan ik twee aio's aanstellen, één voor de meer numerieke kant van het onderzoek en één voor de meetkant. Die mankracht erbij is hard nodig, alleen zou ik dit niet kunnen. Ik vind het overigens jammer dat bij het NWO het onderzoek naar energievraagstukken onderbelicht is, terwijl er wel volop aandacht voor is in de publieke opinie en het bedrijfsleven.'
Ambitie: `Nu is er een groepje binnen onze eigen groep en ooit hoop ik dat dat uitmondt in een eigen vakgroep. Voorlopig kan ik vier jaar vooruit. Naast het Vidi-onderzoek lopen er ook nog andere projecten. Bovendien vind ik onderwijs geven ook leuk. Juist die combinatie, het onderzoek en het onderwijs maakt dit vak mooi. Al hangt de status van een wetenschapper altijd af van zijn onderzoek.'
Slimmere chips
![]() |
Wie: Michel de Jong (38) begon aan de HTS en studeerde daarna natuurkunde in Eindhoven. Daar promoveerde hij ook, in 2000. Hij vertrok daarna naar Zweden voor een postdoc en verbleef er zeven jaar. `Een leuke tijd, maar ik was op zoek naar een wetenschappelijke nieuwe uitdaging. Bovendien wilde ik me met mijn gezin ergens settelen.'
Werkt bij: de vakgroep NanoElectronics van TNW, sinds september 2007.
Onderzoek: `Naast de elektrische eigenschappen van elektronen maakt spintronica ook gebruik van een magnetische eigenschap, de elektron spin, waardoor nieuwe functies mogelijk worden gemaakt. Een eigenschap van een spin is bijvoorbeeld dat hij zowel naar links als naar rechts kan draaien en dat vergroot dus de mogelijkheden. Wat specifieker: in mijn onderzoek richt ik me op het maken van nieuwe grensvlakken voor spins in halfgeleiders. Het onderzoek staat nog helemaal in de kinderschoenen, maar de toepassing kan bijvoorbeeld het toevoegen van een geheugenfunctie aan een transistor zijn. Processoren in computers bestaan nu nog uit twee gescheiden delen; één deel doet het werk, het andere deel onthoudt het. Als dat door middel van spintronica kan worden samengebracht in één geheel is dat veel efficiënter. De chip wordt sneller dus beter.'
Vidi: `Ik ga een aio en een postdoc aanstellen. De subsidie betekent wel een enorme boost voor mijn onderzoek, daar ben ik natuurlijk erg blij mee. Ook een stukje persoonlijke erkenning ja.'
Ambitie: `Wat betreft het project? De belangrijke output demonstreren van grote spinafhankelijke signalen in halfgeleiders. Als het gaat over mijn carrière, dan hoop ik toch een eigen onderzoekslijn te ontwikkelen en dus, op de langere termijn, een eigen vakgroep. De academische wereld zal ik niet snel verlaten, die keus heb ik al lang geleden gemaakt. De enige stimulans voor een overstap naar het bedrijfsleven zou geld zijn, maar nee, de wetenschap biedt me volop uitdagingen.'
Zoekmachines
![]() |
Wie: Djoerd Hiemstra (37) studeerde informatica aan de UT en promoveerde in 2001 bij de Human Media Interaction groep van Franciska de Jong.
Werkt bij: de Database groep van Peter Apers van de faculteit EWI.
Onderzoek: `Het idee voor dit onderzoek is niet nieuw, maar toch is het nooit goed onderzocht. Zelfs de twee bedenkers van Google, hebben ooit de optie van gedistribueerde zoekmachines gesuggereerd, maar ook zij kwamen er niet verder mee. Als je nu een woord intikt op Google, analyseren internetzoekmachines eerst alle gegevens die doorzocht moeten worden op een centrale plek, voordat de query, een zoekvraag op het internet, beantwoord kan worden. Ik wil bekijken of het mogelijk is om queries te verdelen over een groot aantal kleine, zelfstandige zoekmachines die gezamenlijk zoekdiensten aanbieden. De bedoeling is om een query direct naar het juiste netwerk te sturen. Het systeem werkt als een soort veiling. Zoekmachines kunnen
bieden op allerlei woorden. De UT doet dat dan bijvoorbeeld als het gaat om De ondernemende Universiteit Twente. Het bieden draait dan niet om geld, maar om kwaliteit. Het grote voordeel voor de gebruiker is uiteindelijk dat ook de kwaliteit van de hits beter is.'
Vidi: `Dankzij de subsidie heb ik weer een nieuwe wetenschappelijke uitdaging. Gaaf, was dan ook mijn eerste reactie. Om het sollicitatiegesprek voor de NWO-commissie te oefenen, heb ik allerlei mensen ingeschakeld. Van voetbalvrienden tot collega's. Dat hielp enorm om een begrijpelijk voorstel te schrijven. Bedankt dus allemaal.'
Ambitie: `Ik wil heel graag de werking van gedistribueerde zoekmachines aantonen. Veel collega's denken namelijk dat het niet mogelijk is, maar ik denk van wel en ja, ik hou wel van zo'n uitdaging. Qua carrière kijk ik niet echt ver vooruit, ik focus me de komende jaren op dit onderzoek. Maar uiteindelijk hoogleraar, ja, dat zie ik wel zitten.'
Microrobotjes
![]() |
Wie: Joost van Honschoten (36), studeerde technische natuurkunde aan de UT en promoveerde in 2004, eveneens aan de UT.
Werkt bij: vakgroep Transducers Science & Technology van de faculteit EWI.
Onderzoek: `In onze vakgroep ontwerpen we zogenaamde MEMS, micro electric mechanical systems, zoals sensoren of schakelaartjes op microniveau. Zo'n mems wordt laagje voor laagje gefabriceerd, die bouw je dus alleen in 2D. Vooralsnog zijn we niet in staat ze driedimensionaal te maken, terwijl je toch graag microrobotjes of micronaaldjes zou willen hebben die uit het platte vlak treden.
`Met mijn veni probeer ik wel 3D-mems te maken, met behulp van vloeistoffen. Daarvoor heb ik je kennis van de micro- en nanofluïdica nodig, de manier waarop vloeistoffen zich op micro- en nanoniveau gedragen. Vloeistoffen hebben een bepaalde oppervlaktespanning. Daardoor kan een schaatsenrijder, het insect, op het water lopen. Op microschaal wordt die oppervlaktespanning veel krachtiger dan op grotere schaal, zoals een druppel aan een kraan. Een microdruppel blijft zelfs aan een dun plaatje gehecht, ook als je hem laat verdampen. Door de verdamping buigt zo'n plaatje met de druppel mee en krijg je een 3D-structuur. Dat kun je als bouwsteen gebruiken voor microrobotjes.'
Veni: `Met deze twee ton kan ik mijn onderzoek inrichten. Je moet je daar echter niet teveel van voorstellen, want voor driekwart wordt van dat geld mijn eigen salaris betaald. Van de rest kun je materialen aanschaffen, misschien een keer een bezoek brengen aan een buitenlandse universiteit en je moet ook bedenken dat het gebruik van de cleanroom behoorlijk duur is. Ook zie ik de Veni als een erkenning van mijn werk, dat maakt het extra leuk.'
Ambitie: `Op korte termijn hoop ik natuurlijk dat dit onderzoek slaagt, maar daarna wil ik me verder verdiepen in dit vakgebied. Omdat vloeistoffen zich op kleine schaal heel anders gedragen dan op grote schaal, vind ik de micro- en nanofluïdica zo interessant. Het is bovendien een relatief nieuw en zeker veelbelovend vakgebied. Ik wil daar graag actief onderzoek in blijven doen.'
Spintronica
![]() |
Wie: Tamalika Banerjee (37) uit India, studeerde natuurkunde aan de University of Calcutta en behaalde haar PhD in 2000 aan de Universiteit van Madras. Aansluitend werkte ze anderhalf jaar aan het MIT in Boston.
Werkt bij: vakgroep NanoElectronics van de faculteit EWI.
Onderzoek: `Sinds 2002 werk ik in Twente in de spintronica. Het vakgebied bestaat nog maar twintig jaar, maar het heeft al wel allerlei toepassingen. Zonder spintronica kunnen we bijvoorbeeld niet de geheugens maken die in iPods en laptops zitten. Alles moet steeds kleiner, met meer opslagcapaciteit. Spintronica is en veelbelovend vakgebied en vorig jaar hebben een Franse en Duitse natuurkundige voor de ontdekking ervan zelfs de Nobelprijs voor de Natuurkunde gekregen.
`Spintronica maakt gebruik van het gegeven dat een elektron twee richtingen op kan spinnen of draaien. Met behulp van magnetische velden kun je het elektron tussen de waarden 0 en 1 laten wisselen en daarmee data opslaan in een geheugenkaart. Tien jaar geleden ontstond bovendien het idee van het bestaan van een zogenaamde spintorque, een manier om een elektron te laten wisselen van 0 naar 1 met een elektrisch stroompje. We weten dat dat alleen op nanoschaal werkt, maar het exacte mechanisme is nog onbekend. Ik wil zo'n spintorque zichtbaar maken met behulp van nieuwe materialen waarvan ik de eigenschappen kan variëren. Dat zal dan ook nieuwe toepassingen opleveren binnen de spintronica, waaronder nog kleinere geheugenchips met een nog grotere capaciteit.'
Vidi: `Met deze zes ton heb ik vijf jaar om een onderzoeksstructuur te bouwen. Ik kan een paar promovendi en een postdoc aanstellen. Of ik mijn vidi-onderzoek in Twente ga doen, is nog onzeker. Ik ben ook met andere universiteiten in gesprek. Ik ga daarheen waar de beste faciliteiten zijn om een goede groep op te bouwen.'
Ambitie: `Een sterk team mensen samenbrengen om een spintronicagroep te vormen. Daarna hoop ik een eigen onderzoekslijn uit te zetten en ook andere richtingen in de spintronica bij het onderzoek te betrekken.'
Nano-vulpen
![]() |
Wie: Niels Tas (38) studeerde elektrotechniek aan de UT en promoveerde in 2000 bij de vakgroep Transducers Science & Technology (TST)
Werkt bij: vakgroep TST van de faculteit EWI, als universitair docent.
Onderzoek: `Nanowetenschappers werken veel met een AFM, een `atomic force microscope'. Daarmee kun je met een heel scherp naaldje (de tip) op atomair niveau oppervlakten aftasten en in kaart brengen. In mijn onderzoek houd ik me bezig met nanokanalen, vloeistofkanaaltjes van minder dan honderd nanometer in doorsnee. Een paar jaar geleden hebben we in de bladveer van een AFM-naald een nanokanaaltje gemaakt met aan het uiteinde een opening, waardoor het een soort nano-vulpen wordt. Je kunt er vloeistoffen door laten stromen en er zo materialen mee beschrijven. Je kunt bijvoorbeeld een onzichtbaar echtheidskenmerk aanbrengen op een medicijn. Helaas hebben we echter nog weinig controle over deze nano-vulpen. Je krijgt meer een vlekje dan een nauwkeurige punt. Met de vidi-subsidie wil ik dit stromen van de vloeistof beter gaan controleren. Daarnaast willen we de tip zo modificeren dat er een krachtsensor wordt ingebouwd. Als we daarin slagen, kan de snelheid waarmee hij over een oppervlak `zoekt' flink omhoog. Nu duurt het scannen met de AFM soms wel een paar minuten, maar dan wordt het misschien mogelijk om richting video rate scanning te gaan. Als je de tip beweegt zie je op je scherm vrijwel onmiddellijk wat hij scant. En dat is uiteraard zeer gewild onder onderzoekers die met de AFM werken.'
Vidi: `Ik ga twee promovendi aanstellen. Een daarvan gaat de nano-vulpen verder ontwikkelen en de andere moet zich bezighouden met de krachtgevoelige tip.'
Ambitie: `Ik switch veel tussen het fundamentele en het toegepaste onderzoek. Fundamenteel onderzoek brengt je namelijk inzichten waarmee je nieuwe devices kunt ontwikkelen, en andersom loop je bij het werken aan toepassingen tegen fundamentele vragen aan. Dat vind ik leuk en zo wil ik mijn onderzoek blijven inrichten.'
Betere botten
![]() |
Pamela Habibovic (31) ontving een veni-subsidie voor haar onderzoek naar het maken van kunstmatige implantaten met zouten die botgroei stimuleren. Habibovic, van oorsprong Bosnische, is als onderzoekster verbonden aan de faculteit TNW en het Biomedisch Technologisch Instituut. Vorig jaar ontving zij al de Professor de Winter Prijs voor vrouwelijk toptalent aan de UT.
Wegens haar vakantie was een interview niet mogelijk.