Heel nieuw is dat rookbeleid 2008 overigens niet. Aanscherping was er al in 2005 naar aanleiding van het recht op een rookvrije werkplek. Nieuw is dat een rookverbod niet alleen nu ook geldt voor alle ruimtes op de UT met een horecabestemming, maar ook voor gebouwen die in het kader van renovaties buiten gebruik zijn gesteld. Per eenheid of gebouw kan men nog wel besluiten roken toe te staan in een speciaal daarvoor ingerichte ruimte, maar de kosten hiervan zijn voor de eenheid. En boetes die de UT moet incasseren vanwege overtreding van de Tabakswet worden op de overtreders persoonlijk verhaald. De U-raad wees het college erop dat er richting medewerkers en studenten duidelijke communicatie moet plaatsvinden over dit boete- en sanctiebeleid. `Anders is het opleggen van boetes onredelijk.' Verder vroeg de raad zich af of het niet verstandig zou zijn om in het beginstadia van nieuwbouw alvast aparte rookruimtes te reserveren. Collegelid Kees van Ast vertelde dat in de huidige nieuwbouwplannen geen rookruimtes zijn voorzien, omdat de beheerders dat `niet noodzakelijk vonden'. Instemming met het rookbeleid 2008 vond daarop vlot plaats.
Een speciale werkgroep met studenten en medewerkers van de UT en de Saxion Hogeschool bracht vlak voor de zomervakantie het rapport `Introductie UT-Saxion. Welkom in Enschede', uit. Dit werkstuk, dat gaat over een gezamenlijke intro van de twee onderwijsinstellingen, lag nu `ter informatie' bij de U-raad. Met name vanuit de studentengeleding klonken enkele kritische geluiden. Kenneth Bijkerk, fractievoorzitter van CC, vroeg zich af hoe `logisch' het is om de introductie samen te voegen. `Er bestaat immers een groot verschil tussen de eerstejaars van Saxion en de UT. HBO-studenten wonen vaak niet op kamers en zijn daardoor minder betrokken.'
Rector Magnificus Henk Zijm vond het wél logisch. `Waarom willen wij op introductiegebied samenwerken? Omdat er al veel samenwerking bestaat tussen de twee instellingen. En wel vanwege het streven om elke student in het hoger onderwijs zo snel mogelijk op de goede plek te krijgen. Ik vind het prima dat studenten daarom de totale onderwijsomgeving van Enschede leren kennen, er is immers meer dan de campus.' Zijm zei zich de `koudwatervrees' onder studenten te realiseren. `En natuurlijk moeten we een eventueel capaciteitsprobleem in de gaten houden. Toch hebben wij ook geconstateerd dat veel andere universiteiten samen met het hbo een intro organiseren. Een goed voorbeeld is de Keiweek in Groningen.' Een gezamenlijke introductie betekent overigens niet een identiek programma, legde Zijm nog uit. `Gezamenlijk optrekken is de regel, maar aparte onderdelen zoals de faculteitsintro blijven bestaan.' De aanbeveling van de werkgroep luidt om zo vroeg mogelijk een gezamenlijk programma te maken. Zijm wil dan ook per 1 oktober een team geformeerd hebben dat zich hier mee gaat bezighouden. `En als de zaak vanuit Saxion niet op gang komt, dan is het alternatief dat wij alleen verder gaan.'
Kenneth Bijkerk zei ter afsluiting het `raar' te vinden dat UT-studenten nog helemaal niet op de hoogte zijn van de nieuwe introductieplannen. Dat vond ook voorzitter Frits Lagendijk, die het college van bestuur verzocht om goede communicatie naar de studenten. `Dit lijkt me een taak van de Student Union.'