Volgens Katja Hunfeld, hoofd van het Language Centre, brengt die groei een uitdaging met zich mee door het landelijk tekort aan taaldocenten. ‘Het is een puzzel om alle roosters rond te krijgen. Naast een gebrek aan docenten, spelen de UT bezuinigen ook een rol.’ Om die redenen zoekt het Language Centre naar alternatieven. ‘We zijn nu bezig met opstarten van een pilot voor een buddysysteem, waarin we een cursist koppelen aan een taalbuddy. Die taalbuddy is dan een medewerker of student, die zich op vrijwillige basis aanmeldt. Voor het vervullen van die rol krijgen zij een korte cursus van het Language Center. De pilot hopen we met een klein groepje mensen te starten.’
Stijgende lijn
De belangstelling voor het leren van de Nederlandse taal is een doorlopende trend. Het Language Centre zag in het collegejaar 2023-2024 ook al een stijging . Hunfeld: ‘Internationale studenten die voor het eerst over de infomarkt lopen tonen al interesse in de taal. Velen geven aan al bezig te zijn met het leren ervan, via bijvoorbeeld Duolingo.’
Die bevlogenheid zorgt ervoor dat vooral de beginner niveaus erg populair zijn. Van de in totaal 1451 studenten die taallessen volgden in het collegejaar 2024-2025, deden 1268 dit op de introductieniveaus 0 tot en met A2. Hunfeld merkt wel op dat op de hogere niveaus de animo afneemt. ‘Hoe moeilijker het niveau, hoe meer tijd je erin moet steken. Dat is het punt waar studenten vaak afhaken. Voor velen is het dan lastig te combineren met een drukke studie.’
Terugkeer
Hunfeld ziet ook studenten terugkeren naar het Language Centre. ‘Studenten die bezig zijn met hun master, en zich oriënteren om in Nederland te blijven, willen zichzelf wel wagen aan de gevorderde taalstadiums B1 tot en met C1. Toch is dit maar een klein groepje van 183 cursisten. Bij de medewerkers zijn de hogere niveaus ook minder populair. Van de in totaal 601 medewerkers die meedoen aan het programma, volgen slechts 87 hiervan de cursus B1 tot en met C1.