Minister wil geen collegegeld teruggeven

Hogescholen en universiteiten zetten alles op alles om studievertraging te voorkomen. Daarom wil minister Van Engelshoven maar een zeer beperkte groep studenten financieel steunen.

Photo by: Arjan Reef

In een debat met de Tweede Kamer hield de minister haar kaarten tegen de borst. De ongeduldige oppositie wilde weten waar studenten op kunnen rekenen: hoeven ze minder collegegeld te betalen, of krijgen ze een paar maanden langer aanvullende beurs?

Maar de minister wil er nog niets van horen. Volgens haar gaat 93 procent van al het hoger onderwijs gewoon door: ‘Dat is geen geringe prestatie.’ Wie nu studievertraging oploopt, kan dat in latere studiejaren nog wel inhalen.

Afpellen

Haar inzet is dus dat zoveel mogelijk studenten überhaupt geen vertraging oplopen. Vervolgens wil ze de groepen studenten ‘afpellen’, zei ze in het debat, kennelijk om zo min mogelijk studenten aanspraak te laten maken op financiële steun.

Want ze snapt dat sommige studenten echt buiten hun schuld vertraging oplopen. Studenten geneeskunde bijvoorbeeld, die geen coschappen kunnen lopen. Of studenten van de hotelschool die geen praktijkonderwijs kunnen krijgen. Haar belangrijkste vraag: ‘Hoe bakenen we die groep af?’

De oppositie had andere prioriteiten. Die wilde liever zo snel mogelijk duidelijkheid voor alle studenten. Scheld bijvoorbeeld een half jaar collegegeld kwijt, opperde de SP. Dat is een generieke maatregel, maar dan verlies je ook geen tijd met beoordelen wie wel en niet in aanmerking komt.

Aanvullende beurs

De PvdA vroeg naar de aanvullende beurs. Na vier jaar studeren krijgen studenten die niet meer. Kan die periode niet een paar maanden verlengd worden, zoals ook met het studentenreisrecht gebeurde?

Ook regeringspartij VVD had nog een idee: waarom kunnen studenten niet per vak collegegeld betalen? Dan hoeven ze in deze tijd tenminste niet te betalen voor onderwijs dat ze niet volgen. Het is een systeem dat de liberalen toch al graag zouden doorvoeren.

Maar de minister wilde er niets over zeggen. Alle suggesties worden meegenomen, zei ze. De Tweede Kamer heeft immers gevraagd of het kabinet wil nadenken over steun aan studenten die het nodig hebben en dat gaat niet van de ene op de andere dag. ‘Iedereen moet geduld betrachten.’

Ze vond ook dat studenten niet te moeilijk moeten doen over online surveillance tijdens tentamens (proctoring). Natuurlijk moet alle privacywetgeving worden nageleefd en mogen de data niet verkocht worden. Maar als het allemaal volgens de regels verloopt, vindt ze dat studenten het eigenlijk niet mogen weigeren.

Om studievertraging te voorkomen, heb je immers tentaminering op afstand nodig, redeneert ze. Als studenten het niet fijn vinden dat iemand via hun webcam meekijkt in hun studentenkamer, komt dat voor eigen rekening. ‘In deze tijd moet iedereen soms dingen accepteren die we minder prettig vinden.’

Haar eigen partij, D66, had er grote vraagtekens bij. Is het denkbaar dat zulke software geen privacywetten schendt? Maar de minister bleef bij haar standpunt.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.