‘Maatschappelijke diensttijd is weggegooid geld’

| HOP, Steffi Weber

Studentenorganisatie ISO is fel tegenstander van een maatschappelijke diensttijd voor jongeren: ‘Jongeren zien het plan helemaal niet zitten, maar het kabinet lijkt hier doof voor.’

Photo by: Flickr Creative Commons

Het plan komt uit de koker van de regeringspartijen CDA en de ChristenUnie die het liefst een maatschappelijke dienstplicht voor jongeren hadden ingevoerd. Coalitiepartners VVD en D66 wilden daar echter niets van weten en gingen alleen akkoord met een vrijwillige maatschappelijke diensttijd.

De eerste proefprojecten gaan over enkele maanden van start, schrijft staatssecretaris Paul Blokhuis (ChristenUnie) van Volksgezondheid, Welzijn en Sport aan de Tweede Kamer. Als alles goed gaat, wordt de maatschappelijke diensttijd in de zomer van 2019 ingevoerd. Het vrijwilligerswerk moet jongeren ‘optimaal de kans bieden betrokken te zijn bij de samenleving en hieraan een bijdrage te leveren’, aldus Blokhuis.

Niet overtuigd

Hij is zich ervan bewust dat lang niet iedereen hierop zit te wachten. ‘Veel jongeren zijn nog helemaal niet overtuigd van nut en noodzaak van de diensttijd.’ Toch zet hij de plannen door. Hij heeft daarvoor dit jaar een budget van 25 miljoen euro ter beschikking.

Dat geld zou het kabinet beter kunnen benutten, vindt voorzitter Rhea van der Dong van het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO). Ze is fel tegenstander van de diensttijd. ‘Het schept totaal ten onrechte het beeld dat jongeren lui en niet maatschappelijk betrokken zijn, terwijl de helft van de jongeren zich al inzet als vrijwilliger.’

Het ISO maakt zich ook zorgen over de prestatiedruk onder jongeren. ‘Jongeren moeten tegenwoordig al zoveel en voelen al zoveel prestatiedruk en keuzestress. In plaats van daar nog eens een schepje bovenop te doen, zou het kabinet daar iets tegen moeten doen.’

Flexibel

Hoe de maatschappelijke diensttijd eruit gaat zien in nog volstrekt onduidelijk. De Nationale Jeugdraad, een koepelorganisatie van landelijke jongerenorganisaties, is begin dit jaar in gesprek gegaan met jongeren die enkele wensen op tafel hebben gelegd: zo moet de diensttijd idealiter flexibel kunnen worden ingericht, aansluiten bij ieders persoonlijke interesse en een vorm van waardering opleveren.

Dat laatste kan mogelijk in de vorm van een certificaat dat voorrang geeft bij sollicitaties bij de overheid en dat, als het even kan, ook een ‘plusje’ oplevert in het bedrijfsleven. Ook over dat idee is het ISO niet enthousiast. ‘Wie krijgt zo’n certificaat dan wel en wie niet?’ vraagt Van der Dong zich af. ‘En krijgen studenten die een bestuursjaar doen ook een certificaat?’

Vooralsnog blijft een hoop onduidelijk. Blokhuis wil jongeren actief laten meedenken over de invulling van het plan en neemt daar de komende maanden de tijd voor.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.