‘Studenten soms onterecht afgewezen bij selectie’

Het selecteren van studenten voor opleidingen als geneeskunde gaat verkeerd. Studenten worden soms afgewezen op één criterium en dat mag niet, waarschuwen het Landelijk Studenten Rechtsbureau en studentenorganisatie ISO.

Op de UT speelt deze kwestie niet, zo laat opleidingsmanager Ineke ten Dam van technische geneeskunde weten. ‘Wij hebben de regels gelukkig goed geïnterpreteerd’, zegt ze. ‘In iedere selectieronde hebben wij cognitieve en niet-cognitieve criteria meegenomen.'

Ze geeft aan de de opleiding ook geluk heeft gehad. 'We waren bang dat we meer dan vijfhonderd aanmeldingen zouden krijgen en dat viel mee. Daardoor hebben we in de eerste twee rondes niemand hoeven weg te sturen. We zijn pas gaan selecteren nadat de kandidaten twee hele dagen op de UT zijn geweest.’

Selecteren

Nederlandse opleidingen als geneeskunde mogen niet meer loten en moeten al hun studenten voortaan selecteren. Dat moet zorgvuldig gebeuren. De opleidingen moeten minstens twee criteria in overweging nemen, staat in de wet.

Maar dat doen ze soms niet, meent het Landelijk Studenten Rechtsbureau. In de selectieprocedure van bijvoorbeeld de Universiteit van Amsterdam moeten studenten een kennistoets maken. Halen ze die niet, dan mogen ze niet naar de volgende ronde.

Dat is dus een afwijzing op één enkel criterium, concludeert het rechtsbureau. Zo zou het bij meer opleidingen gaan, zoals in Leiden en Groningen. Het rechtsbureau en het Interstedelijk Studenten Overleg hopen dat iedereen zich meldt die onterecht is afgewezen.

‘Het beleid is voor veel universiteiten nieuw waardoor ze direct de fout ingaan’, zegt LSR-voorzitter Gabriël van Rosmalen.

Reactie UvA

De UvA kijkt er anders tegenaan. Er worden in de eerste ronde twee toetsen afgenomen, laat de universiteit weten.  De ene is een cognitieve toets, de andere toets gaat over motivatie en studievaardigheden. ‘Op grond van de uitslagen op beiden toetsen worden maximaal 175 kandidaten met de hoogste scores direct toegelaten’, meldt de universiteit. ‘Kandidaten met de laagste scores vallen af.’

De overige kandidaten (niet afgewezen, maar ook nog niet toegelaten) gaan door naar een tweede ronde: zij doen mee aan drie korte interviews waarin ze in een testsituatie worden geplaatst. Daarin worden non-cognitieve vaardigheden zoals communicatie en professioneel gedrag beoordeeld.

Voorheen konden opleidingen met een numerus fixus ook loten: studenten met hoge cijfers maakten daarbij meer kans dan studenten met lage cijfers. Maar met ingang van komend studiejaar is de loting afgeschaft.

Daar is niet iedereen gelukkig mee. Selectie kost veel tijd en zou lang niet altijd beter werken dan loting. Een afwijzing zou aspirant-studenten ook harder raken dan uitloting. Maar voorstanders menen dat ze toch studenten kunnen kiezen die meer kans maken op een diploma.

Motivatiebrief

Ook Ineke ten Dam heeft gemengde gevoelens over selectie: ‘Hoe ga je niet-cognitieve criteria meten als je de kandidaten nog niet gezien hebt? Dan moet je het wel uit de motivatiebrief halen. Daarvan weet je niet wie die geschreven heeft: de kandidaat zelf of diens ouders. Gewogen loting vond ik een beter systeem. Die had als bijkomend voordeel dat je studenten zag opbloeien waarvan je in eerste instantie niet zulke hoge verwachtingen had.’

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.