Je zit nu ruim twee maanden in Bolivia, wat doe je precies?
‘Ik loop stage bij Yo voy a Ti, een organisatie die zich bezig houdt met het verbeteren van het leven van straatkinderen in Cochabamba. Ik ben vier dagen in de week bezig met alles wat te maken heeft met de communicatie. Denk aan het online krijgen van de website, het verbeteren van de Facebookpagina en het ontwerpen van flyers. Ook zoek ik nieuwe sponsoren, donateurs en vrijwilligers. Ik zit vier dagen op kantoor en één dag help ik bij een kinderdagverblijf van de stichting. Daar worden kinderen opgevangen uit arme probleemgezinnen, waarvan de moeders de hele dag werken.’
Hoe ben je bij Bolivia gekomen?
‘Ik wilde graag naar Zuid-Amerika, omdat ik daar heb gewoond en veel heb gereisd. Ik had daar goede herinneringen aan. Daarnaast wilde ik graag naar een Spaanstalig land om mijn Spaans te verbeteren, niemand spreekt in Bolivia Engels. De eerste weken waren lastig, ik kon me nauwelijks verstaanbaar maken. Inmiddels spreek ik een goed woordje Spaans. Via AIESEC ben ik uiteindelijk in Bolivia terechtgekomen en bij deze organisatie.’
Het moet wel bijzonder zijn om voor straatkinderen te werken?
‘Ja, er zijn eigenlijk te veel straatkinderen in Cochabamba. Soms is het heftig, maar ze zijn ook heel dankbaar. Ik ken de twintig straatkinderen, die wij helpen, inmiddels goed. Het is moeilijk om te zien hoe ze leven. De kinderen wonen onder hele slechte omstandigheden onder drie verschillende bruggen in de stad. We werken niet alleen met kinderen, ook met volwassenen. Helaas kunnen we niet iedereen helpen.’
Veerle met een van de straatkinderen die ze helpt.
Staan de kinderen open voor jullie hulp?
‘Sommige kinderen zijn eigenwijs, maar de meesten willen graag geholpen worden. Ze krijgen van ons nieuwe kleren en medische hulp. De mensen zijn heel hartelijk. Ik werd bijvoorbeeld door één man uit de volwassengroep met open armen ontvangen met een knuffel en twee zoenen. Ik moest eerst even slikken, maar hij was gewoon blij.’
Hoe zit het met de veiligheid?
‘Ik voel me redelijk veilig. Ik weet in welke delen van de stad ik niet moet komen. Als ik naar de markt ga, moet ik wel goed op mijn spullen passen. Ik ben al een keer beroofd, toen is er geld uit mijn zak gestolen. Eigenlijk viel de beroving wel mee en ging het heel erg snel, ik heb ergere verhalen gehoord.’
Wat doe je in je vrije tijd?
‘Ik woon bij een heel gezellig meisje van AIESEC. Via haar heb ik veel mensen leren kennen waar ik bijvoorbeeld ook mijn verjaardag mee vierde. We doen veel dingen samen. Mijn moeder is een week langsgekomen vanuit Nederland. Ik heb vooral Boliviaanse vrienden, je ziet hier geen toeristen op straat. In het begin voelde ik me wel aangestaard. Mensen blijven soms gewoon ongegeneerd naar je kijken, omdat je er anders uitziet.’
Mo Cornelisz