‘Ik zag clowntjes dansen op de muur’

| Redactie

UT-student Casper Peters* vindt paddo’s geweldig. Ze leveren hem hallucinerende en surrealistische ervaringen. Soms ziet-ie clowntjes dansen op de muur. Peters heeft al veel drugssoorten geprobeerd. Puur uit nieuwsgierigheid. ‘Ik ben daar heel gemakkelijk in.’

‘Nou ja, gebruiken, gebruiken. Dat is wel een heel groot woord’, begint Casper Peters (20). ‘Dat slaat meer op een verslaafde. Een verslaafde gebruikt, ik neem af en toe wat.’ Paddo’s zijn bij hem favoriet. Het is de populaire verzamelnaam voor paddenstoelsoorten met de werkzame stoffen psilocybine en psilocine. Ze zijn langwerpig en meestal bruin van kleur. ‘Ze lijken op gewone bospaddenstoelen’, zegt Peters. ‘Na inname duurt het meestal een uurtje voordat je iets merkt. Na vier tot zes uur zijn de stoffen weer uitgewerkt.’

Volgens de TBK-student is het effect groter dan bij drank. ‘Paddo’s zijn echt geweldig! Het is heel visueel. Je gaat van alles zien: kleuren worden heel heftig, je gevoelens worden sterker. Het mooiste dat ik ooit heb gezien waren dansende clowntjes op de muur.’

Peters gebruikt meestal met vrienden. ‘Ik eet de paddo’s vaak met soep erbij, dan smaakt het ook nog ergens naar. Het is belangrijk dat je er goed op kauwt. Dan komen de werkzame stoffen vrij.’ De student koopt de paddenstoelen bij thuiskwekers. ‘Zij schaffen de sporen via internet aan en krijgen die met de post binnen. In een kweekbakje, gevuld met speciale mest, laat je ze dan groeien. Het beste gaat dat op de verwarming.’ Bij het kweken draait het volgens Peters allemaal om de juiste temperatuur. ‘Volgens mij moet dat op 27 graden Celsius zitten. Pin me er niet op vast, ik kweek zelf namelijk niet.’

Peters heeft ook andere drugsoorten geprobeerd. ‘Speed, XTC, cocaïne en jointjes’, somt hij op. ‘Ik ben daar best gemakkelijk in. Ik weet mijn grens. Ik merk heel goed wanneer ik genoeg heb gehad en dus moet stoppen. Jointjes rook ik af en toe. Alleen of met jaarclubgenoten van mijn studievereniging. XTC slik ik op technofeesten. Het is een fijne drug. Het versterkt je gevoelens en je vindt iedereen lief. Af en toe neem ik een sleutelpuntje speed. Cocaïne vind ik minder. Ik heb het drie keer gehad. Het spul is duur, ongeveer vijftig euro voor een gram, en voor mij brengt het niets extra’s. Je krijgt er veel zelfvertrouwen van. Soms kan dat leiden tot agressie. Op feesten heb ik mensen wel eens ‘te hard’ zien gaan. Ze hebben dan te veel geslikt of gesnoven. Die belanden in het ziekenhuis. Zij kennen hun grenzen niet en hebben het niet echt goed begrepen.’

Een nieuwe, opkomende drug, is GHB (afkorting van gamma-hydroxy-butyraat). Die heeft Peters ook al eens geprobeerd. ‘Het is helemaal hot. GHB is een vloeibare stof en smaakt heel zout. Je wordt er vrolijk van en je omgeving zie je wazig. Het is net of je dronken bent. Drempels vallen weg en alles gaat een beetje draaien, het fijne is dat je wel helder blijft denken, in tegenstelling tot wanneer je dronken bent.’

De TBK-student ziet zijn drugsgebruik puur als experimenteren. ‘Dat doe je in een bepaalde levensfase. Die periode loopt bij mij trouwens op zijn einde. Ik heb minder tijd om te feesten.’ De enige drug die Peters nog een keer wil gebruiken is LSD.

‘Dat spul is moeilijk te krijgen. Het ziet eruit als een postzegeltje die je onder je tong legt. Je gaat ervan hallucineren. Het enige wat je moet doen, is je er aan over durven te geven en niet bang zijn dat je de controle verliest.’

* De naam van de geïnterviewde student is gefingeerd

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.