Na bijna veertig jaar op de fiets naar Rome

| Redactie

`Op de fiets naar Rome,' lacht Trijntje Kamst (61), `dat is een wens die ik al heel lang koester.' Misschien komt het ervan nu de directeur van de Stichting Universiteitsfonds Twente na ruim 38 jaar volgende week donderdag afscheid neemt van de UT. Maar eerst nog de laatste, hectische dagen op de UT. De overdracht vraagt de nodige aandacht. `Ik schrijf een heel boekwerk voor mijn opvolger (Alfred

`Op de fiets naar Rome,' lacht Trijntje Kamst (61), `dat is een wens die ik al heel lang koester.' Misschien komt het ervan nu de directeur van de Stichting Universiteitsfonds Twente na ruim 38 jaar volgende week donderdag afscheid neemt van de UT.

Maar eerst nog de laatste, hectische dagen op de UT. De overdracht vraagt de nodige aandacht. `Ik schrijf een heel boekwerk voor mijn opvolger (Alfred Stobbelaar, red.) over jaarlijks terugkerende zaken zoals belastingaangifte. Daar komt meer bij kijken dan je zou denken.' Ook neemt ze al afscheid hier en daar. Van de studiereiscommissie bijvoorbeeld, waar ze veel mee te maken had. `Die hebben mij het reisboek duizend plekken die je gezien moet hebben gegeven, aangevuld met eigen tips.' En van collega's van het eerste uur `een gezellige good bye party met creatief keramiek schilderen en bakken'.

Wandelend over de campus maakt Kamst de balans op. In de beginjaren, zo vertelt ze, steunde het universiteitsfonds bouwprojecten ten behoeve van de huisvesting van medewerkers. Het personeel, dat van heinde en verre kwam, moest ondergebracht worden.' Een bijzondere tijd, mijmert ze. `De campus werd echt uit de grond gestampt. Allemaal nieuwe gebouwen en je kende bijna iedereen.' Met dat verschil dat de sfeer soms veel formeler was. `Wanneer de rector magnificus een vergadering binnenliep, stond iedereen op. Getutoyeerd werd er niet.' Die afstandelijkheid is volgens Kamst minder geworden. `Opstaan voor de rector magnificus doen we niet meer.' Maar, aan de andere kant, iedereen bij naam kennen is er ook niet meer bij. `Die tijd is passé.' Jammer? `Nee hoor. Mijn naaste collega's ken ik goed en daar heb ik een fijne werkrelatie mee.'

In 1967 kwam Kamst in dienst van deze universiteit, als secretaresse van de directeur van het Universiteitsfonds Twente, Geert Roos. Daarnaast was ze tot 1995 secretaresse van de voorzitter van het college van bestuur. Na het overlijden van Roos in 1976 maakte Kamst nog twee parttime-directeuren mee. `Vijf jaar Hans Pekelharing (de bedrijfsdirecteur van chemische technologie, red.) en vier jaar Piet Jebbink (jurist, red.). Eén dag in de week kwamen zij langs voor het zetten van de nodige handtekeningen. De overige vier dagen runde ik feitelijk het fonds alleen.' Na het afscheid van Jebbink kwam Kamst zelf aan het roer. Dat was wel omschakelen. `Ik werd echt eindverantwoordelijk.'

De in Limburg geboren Kamst werkte zich op van secretaresse tot directeur. Met veel avondstudies en cursussen. `Na de mulo heb ik tijden gekend dat ik drie avonden in de week van zeven tot tien naar school ging en de overige twee avonden studeerde.'

Gaandeweg kreeg het fonds een andere bestemming dan het settelen van medewerkers. `De stichting levert al weer vele jaren een bijdrage aan met name de internationalisering van studenten. `Wij steunen studenten die een buitenlandse talencursus volgen in verband met hun stage, studie of afstuderen en dragen verder financieel bij aan buitenlandreizen. Activiteiten dus die studiepunten opleveren.'

Daarnaast kent de stichting hoge prioriteit toe aan het instellen van bijzondere leerstoelen. `Wij helpen een nieuw vakgebied van de grond te krijgen. Is de leerstoel levensvatbaar, dan wordt-ie na zo'n drie tot zes jaar door een faculteit overgenomen.'

De autonome stichting ontstond al ten tijde van de strijd om de derde technische hogeschool, eind jaren vijftig, beginjaren zestig. `Twentse ondernemers brachten destijds 1,2 miljoen gulden bijeen en onderstreepten daarmee het regionale belang van de komst van een universitaire instelling.' Door beleggingen, verdere investeringen uit de industrie en donateurs is dat bedrag verder gegroeid. `Van de rente van dat bedrag financieren we onze uitgaven'.

Wanneer studenten, gesteund door het fonds, eenmaal naar een buitenlandse bestemming vertrekken, vindt Kamst het leuk te weten of ze het naar hun zin hebben. `E-mail is daarvoor echt een uitkomst,' zegt Kamst. Die ontwikkeling heeft veel indruk op haar gemaakt. `Het is zo makkelijk om contact te houden met studenten.'

De stichting gaat zelf ook met de tijd mee en wordt samen met het alumnibureau onder één dak gebracht. `Het fonds heeft belang bij een goede relatie met afgestudeerden. Dat zijn immers degenen die vaak op topposities binnen bedrijfsleven of overheid komen en iets kunnen betekenen voor de UT in het algemeen en voor het voortbestaan van het fonds in het bijzonder,' legt Kamst uit. Het is een interessante ontwikkeling die ze voortaan vanaf de zijlijn gaat volgen. Rome wacht.

Trijntje Kamst
Trijntje Kamst

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.