`Mijn ouders waren verlamd van angst'

| Redactie

De grootste ramp in vijftig jaar. Zo wordt de vernietigende aardbeving genoemd die op 8 oktober Pakistan en zijn buurlanden op hun grondvesten deed schudden. Meer dan vijftigduizend mensen kwamen om bij de ramp. UT'ers Imran Fazal (31, promovendus bij EWI) en Khurrem Jehangir (29, master philosophy of science), zijn beiden uit Pakistan afkomstig. Ze noemen de Nederlandse hulp `remarkable'.


Eerst het goede nieuws: Imran noch Khurrem, noch andere Pakistaanse UT'ers hebben familieleden of vrienden verloren tijdens de ramp. Toch: `It was horrible', vertelt Imran. Hij werd op zaterdagochtend uit zijn bed gebeld door een Pakistaanse vriend. `Hij vertelde me dat er een zware aardbeving was geweest.' Imrans familie woont in Lahore, op zo'n zevenhonderd kilometer van het epicentrum, vlakbij de zwaarst getroffen stad Balakot, in Kasjmir. Ondanks de grote afstand stortten in Lahore drie gebouwen in als gevolg van het natuurgeweld, met zeven doden als gevolg. Khurrems ouders zaten een stuk dichter bij het centrum van de beving. Islamabad ligt op zo'n honderd kilometer van Balakot. De verwoestingen waren er dan ook een stuk groter. `Ik probeerde meteen m'n ouders te bellen, maar alle telefoonlijnen waren overbelast. Gelukkig heeft mijn vader een mobiele telefoon, dus ik hoorde al snel dat ze gezond waren. Ten tijde van de aardbeving waren ze in huis, maar ze hadden niet de kracht had om naar buiten te lopen; hij en mijn moeder waren verlamd van angst.'

Het duurde lang voor de hulp in Pakistan op gang kwam, maar ook voor de Nederlanders hun beurs trokken voor de slachtoffers. Tot een speciale avondvullende televisie-uitzending voor de samenwerkende hulporganisaties kwam het pas ruim tweeëneenhalve week na de ramp.

Toch noemen Khurrem en Imran de Nederlandse steun `remarkable'. Khurrem: `We waren erg verrast dat in een klein land als Nederland zoveel mensen begaan zijn met het lot van de slachtoffers.' Het mobiele hospitaal dat Nederland opgezet heeft in de praktisch met de grond gelijk gemaakte stad Balakot is een goed voorbeeld van het nut van het werk van hulporganisaties. `Het is de zwaarst getroffen stad', weet Khurrem. `Er zijn daar heel veel gewonden, terwijl de transportmogelijkheden beperkt zijn. Bovendien, het ziekenhuis in Islamabad zit helemaal vol.'

Khurrem en Imran hebben beide veelvuldig kennisgemaakt met het fenomeen aardbeving. Een angstaanjagende ervaring, zeggen beiden. Khurrem: `Een vriend van me in Islamabad vertelde hoe hij de trap af wilde rennen, maar de treden niet kon volgen, zo hard ging het.'

Dat er zoveel slachtoffers zijn gevallen, wijten de twee aan het feit dat Pakistan niet voorbereid was op een beving van dit kaliber, die met 7,6 op de schaal van Richter in de één na zwaarste categorie viel. `Hopelijk komen er `good things' voort uit deze tragedie, zegt Khurrem. `Misschien dat er nu strengere eisen worden gesteld aan gebouwen en meer aandacht wordt besteed aan een goede infrastructuur. Dit is de grootste ramp die Pakistan in vijftig jaar heeft getroffen. Excuses are no longer good enough. Mensen willen dat er rekenschap wordt afgelegd.' Het geld moet president Pervez Musharraf, voor wat Imran en Khurrem betreft, maar uit het budget voor defensie vrijmaken. Imran: `Hij moet wel.' Hoe dan ook: de materiële wederopbouw gaat zeker tien, twaalf jaar duren, gokken ze. De sociale wederopbouw kan nog wel eens veel meer tijd vergen. `Ik heb beelden gezien van mensen die hun hele familie hebben verloren', vertelt Imran. `Er zijn mensen die helemaal niemand meer hebben. In sommige gebieden is een hele generatie vernietigd.'

Beide Pakistanen vrezen de winter, die over een week of drie zijn intrede zal doen. `Voor die tijd moet de hulp er zijn', legt Khurrem uit. `Nog los van de problemen voor de bevolking wanneer het echt koud wordt: er zijn nu al twee helikopters gecrasht.' Er is vooral veel behoefte aan tenten, dekens en kachels. Khurrem: `Er is nu een ramp geweest, maar er komt er nog een als er niet snel wordt gehandeld.' Behalve geld storten, kunnen ze niet veel doen voor hun getroffen landgenoten, beseffen ze. `Maar wat we kunnen doen, doen we.'

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.