Cultuur

| Redactie

De mier uit `Erik of het klein insectenboek', Claudius uit `Hamlet' en paus Urbanus VIII uit `Het leven van Galileï' zijn neergestreken in het Rijksmuseum Twenthe. Althans, de fantasierijke kostuums van deze theater- en filmpersonages. Bijna vijftig kostuums van Rien Bekkers, een van de invloedrijkste kostuumontwerpers van Nederland, zijn tot het eind van de zomer te zien in de tentoonstelling `Van Elektra tot Fidelio'.


Theaterkostuum als kunstwerk

Rien Bekkers zit al vijfentwintig jaar in het vak. Hij verzorgde de kostuums van meer dan 150 toneelstukken, opera's, balletuitvoeringen en musicals. En ook de kostuums van de film Erik of het klein insectenboek zijn ontstaan op de tekentafel van deze ontwerper uit Winterswijk. Het Rijksmuseum Twenthe geeft een overzicht van Bekkers oeuvre aan de hand van bijna vijftig kostuums, variërend van heel eenvoudig tot bijzonder flamboyant. Niet alleen het eindresultaat is te bewonderen, ook de onstaansgeschiedenis van de kostuums wordt uitgebreid uit de doeken gedaan. De wanden van de zaal zijn bedekt met de ontwerpschetsen van Bekkers. Hieruit blijkt dat de ontwerper zich baseert op de houdingen van de modellen. Vaak zijn deze modellen de uiteindelijke acteurs zodat kenmerkende verhoudingen en proporties in het ontwerp verwerkt kunnen worden. Bekkers maakt namelijk graag gebruik van fysieke bijzonderheden. Bijvoorbeeld door een dikke buik of smalle kuiten extra aan te zetten.

De kostuums staan in een grote kring midden in de zaal. Een rondwandeling neemt je mee langs bekende theaterpersonages uit stukken van onder meer Het Nationaal Toneel, Het Toneel Speelt en De Nationale Reisopera. Bij sommige kostuums is het bijna onvoorstelbaar dat ze echt gedragen zijn. Zo zijn de plateauzolen van koningin Gertrude uit Hamlet zeker vijftien centimeter hoog. Ook de pruiken, hoeden en hoofdtooien zijn te vinden op de tentoonstelling. Niet bij de kostuums, maar in een aparte kast waar zij een vreemde verzameling vormen. Bekkers maakt uitsluitend gebruik van natuurlijke stoffen die niet verbleken onder de felle schijnwerpers. Deze stoffen worden gecombineerd met de meest uiteenlopende materialen, variërend van ijzerdraad, bladgoud en buffelhaar tot opgezette vogels.

Een apart plateau is ingericht voor de kostuums uit Erik of het klein insectenboek. Hier vind je onder andere de duizendpoot, de doodgraver en de vlieg uit de film naar het gelijknamige boek van Godfried Bomans. Een grondige studie ging vooraf aan de uiteindelijke ontwerpen. Bekkers bekeek uitgebreid foto's van insecten en ging na hoe hun ogen, vleugels en voelsprieten werken. Vervolgens vond de vertaling na de menselijke situatie plaats. Het ontworpen `insect' moet immers menselijke bewegingen maken, spreken en spelen. Voor het ontwerpen van theaterkostuums, veelal voor klassiek drama, verdiept Bekkers zich zorgvuldig in de thematiek en in de tijd van het stuk. Inspiratie haalt hij uit schilderijen, prenten en modeboeken over de tijd waarin het verhaal zich afspeelt. Deze authentieke kleding is echter slechts het uitgangspunt. Een correcte kopie uit de geschiedenis is niet het doel, vertelt hij aan de Volkskrant, `de historie vertalen naar nu, een nieuw beeld maken' dat is waar het de ontwerper om gaat.

Van Elektra tot Fidelio, De theaterkostuums van Rien Bekkers, t/m 4 september in Rijksmuseum Twenthe, dinsdag t/m zondag 11.00 - 17.00 uur, EUR 4/2,50 meer info op www.rijksmuseum-twenthe.nl

Kostuum Matamor, voorstelling Zinsbegoocheling, toneelgroep Amsterdam, ontwerp Rien Bekkers
Kostuum Matamor, voorstelling Zinsbegoocheling, toneelgroep Amsterdam, ontwerp Rien Bekkers

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.