Twee faculteiten kennen hogere rendementscijfers dan het jaar daarvoor: EL gaat van 12,1 naar 20 procent dat de propedeuse in één jaar haalt en BSK van 17,7 naar 22 procent - wat overigens nog aan de lage kant is. TO scoort het hoogst met 42,1 procent, op de voet gevolgd door TN met 40,2 procent. Sterke dalers zijn CT (van 40,6 naar 34 procent) en TW (van 29,3 naar 20 procent).
Belangrijkste aanbeveling in het verslag is dat behalve aan de individuele begeleiding via het mentoraat ook systematisch aandacht moet worden geschonken aan het leren van studievaardigheid. Bovendien is begeleiding in de zelfstudie nodig om de student in de P-fase een zelfstandige studiehouding bij te brengen, vindt het ECO.
Het totale P-rendement ligt bij de meeste faculteiten tussen de 60 en 70 procent. Uitschieters naar boven zijn CT (76,5), TBK (ook 76,5) en TO (77,4). Gemiddeld haalt tweederde de propedeuse binnen twee jaar. `Het is wenselijk dat dit percentage al vóór januari van het tweede studiejaar wordt behaald', vindt het ECO. `Het werken voor het P-diploma in het tweede verblijfsjaar heeft namelijk een remmende invloed op het studietempo in de D1-fase.'
Daarom wil het ECO met name voor de categorie `verwevers', die in het eerste jaar meer dan 70 procent van de vakken heeft gehaald, een jaarprogramma opstellen van 42 studiepunten, bestaande uit P- en D-vakken. (…)