De drie TU's krijgen van de overheid een `substantieel' bedrag voor hun federatieplannen. Dat heeft minister Van der Hoeven vorige week vrijdag meegedeeld aan het VSNU-bestuur.
Vice-voorzitter van het Twentse CvB Willem te Beest, die tevens lid is van dat bestuur, verwacht dat het gaat om een `incidenteel' bedrag dat ligt tussen tenminste 35 en maximaal 50 miljoen euro. Een beleidsmedewerker van de TU Eindhoven, die zich beroept op een mededeling van staatssecretaris Rutte, is stelliger en meldt het maximumbedrag als toezegging.
De overigens nog niet schriftelijk bevestigde financiële injectie is het gevolg van het onlangs gesloten Paasakkoord dat CDA, VVD en D66 sloten om de coalitie bij elkaar te houden na het aftreden van minister De Graaf. In het akkoord is afgesproken dat er - vanuit de aardgasbaten- eenmalig een bedrag van 500 miljoen euro vrijkomt voor kennis en innovatie. Een belangrijk deel daarvan valt toe aan de drie TU's bij de uitwerking van het Sectorplan Techniek, waarin de route staat omschreven naar een federatie in 2010. Minister Brinkhorst (EZ) maakte daar vorige week op het landelijk D66-congres ook al melding van.
Voor de uitvoering van het Sectorplan, dat de drie CvB-voorzitters vorig jaar maart aanboden aan staatssecretaris Nijs, vroegen de TU's in totaal 210 miljoen. Te Beest is blij met alvast deze toezegging waardoor de zogenaamde onderzoekslandkaart eerder kan worden gerealiseerd, dit jaar nog. Daarin wordt het onderzoek van de drie TU's op een rijtje gezet en op elkaar afgestemd. De drie instellingen gaan daarmee nu versneld aan het werk, waarbij een belangrijke rol voor de decanen is weggelegd. Uit de exercitie zal blijken of en waar overlap in onderzoek zit, welke activiteiten moeten afgebouwd of juist versterkt. De afspraak in het sectorplan is dat 15 tot 20 procent van het drie TU-onderzoek anders zal worden ingezet. Dat kan leiden tot nieuwe investeringen, het verhuizen van groepen en banenreductie. Daarvoor komt dus nu geld beschikbaar.
Naast de eenmalige investering van een half miljard komt er structureel een bedrag van 250 miljoen euro extra per jaar beschikbaar, waarvan de universiteiten er 100 krijgen. Dat geld wordt vooral gebruikt om de kosten als gevolg van de groei van het aantal studenten te compenseren. Te Beest verwacht dat de UT ongeveer 5% ontvangt van het bedrag dat de universiteiten jaarlijks krijgen. Het begint met 20 miljoen per jaar en stijgt geleidelijk naar 100.
