Jan Hoogstad pakt het 180 graden anders aan. In plaats van functionaliteit kiest hij voor `interactie', helderheid maakt plaats voor postmodern jargon. Hij is de man van het hoge abstractieniveau en de sublieme oplossingen. Maar wie zit er op abstracties als `dichtheid vergroot interactie' te wachten? En wat betekent `subliem' eigenlijk bij Hoogstad die enige filosofische scholing niet vreemd is? Subliem staat tegenover mooi. Waar mooi aanduidt dat mensen zich thuis kunnen voelen, duidt subliem op het angstaanjagende, op megalomanie die de menselijke maat overstijgt. Een van die `sublieme' oplossingen is `de vork', een verkeersplan om de campus autoluw te maken. Vergeleken met de krachtige Drienerlolaan is dit een armetierig ontwerp dat de heldere campusstructuur drastisch aantast.
Hoogstads opmerkingen over de inwoners van Twente zijn onthutsend. De Twentenaren zouden Art Deco mensen zijn, met `gevoel voor verhoudingen, behoefte aan geborgenheid en warmte'. Alsof een rationalist geen gevoel voor verhoudingen zou hebben, geen behoefte aan geborgenheid en warmte. Ik weet zeker dat de Twentenaren trots zijn op hun functionalistische campus en zich er thuis voelen. Met lede ogen moeten zij aanzien hoe Hoogstad de campus met zijn `interactie'-droesem opzadelt. Het vorige college van bestuur stond erbij en keer ernaar. Laat het nieuwe CvB zijn verantwoordelijkheid nemen en Hoogstad snel de Drienerlolaan uitsturen, nu deze nog bestaat.
Het verkeersplan om de campus autoluw te maken tast de heldere campusstructuur drastisch aan, vindt de auteur van dit ingezonden stuk.