Over en sluiten

| Redactie

Dat de kerstman oprukt wisten we al. Sinterklaas heeft koud zijn hielen gelicht of de tronie van zijn frivool gemutste collega domineert de etalages. Aan de gestage aftakeling van de goedheiligman zijn we inmiddels gewend, maar aan de hand over hand toenemende folkloristische randverschijnselen van zijn heidense opvolger nog niet.

Kerstmarkt

In het kielzog van de zwaar bebaarde weldoener duikt tegenwoordig zelfs op Nederlands grondgebied steevast een roodneuzig rendier op, wiens beeltenis inmiddels op vele kerstproducten en feel-good uitingen prijkt. Nog even en de mondiale kerstmanvereerders laten hun goedgeefse goeroe vallen en bekeren zich tot de verering van het vitale rendier.

De kerstmarkt is ook zo'n fenomeen dat de vaderlandse kerstscene begint te veroveren. Jaren geen kraam gezien in hartje Hengelo, maar nu zijn ze niet meer weg te branden. Het citymanagement gaat het gevecht met kerstmarktbusdagtochtbestemmingen als Münster en Düsseldorf vol overgave aan. Met succes, want de omzet van geurkaarsen, oorwarmers en kerstbanket is nog nooit zo groot geweest.

Maar toch, wie zich als kerstkraamexploitant alleen richt op de harde pegels zal het niet redden. Bij een beetje warm kerstgevoel hoort immers ook de collectebus van het Leger des Heils en het rinkelende geluid van gedoneerde euro's. Hoe meer medelijden met je minder bedeelde medemens, hoe meer plezier van je eigen funshoptour.

De kerstborrel van de campusmiddenstand belooft dan ook een groot succes te worden. Op het pleintje voor de kapsalon verstrekken de winkeliers vandaag en morgen oliebollen en glühwein aan behoeftige passanten. We zien ze al in de rij staan, de campusdaklozen: alle ontheemde TW/RC-bewoners die door één collega in de kou zijn gezet; bewoners van de Achterhorst, op de vlucht voor de Noorwesttangent; campusflatbewoners van vijftig plus die door Acasa hun huis zijn uitgeprocedeerd; verkleumde partytent-tentaminandi.

Het wordt nog druk op de campuskerstmarkt.

Groetjes!

Motorrijders groeten elkaar.

Net als buschauffeurs.

Sommige passagiers groeten ook de buschauffeur. Bij het uitstappen klinkt dan een joviaal 'tot ziens'.

Kan.

De treinconducteur daarentegen krijgt zelden iets te horen. Bij zijn opgeruimde 'goedemorgen', 's ochtends vroeg als hij een treinstel betreedt, klinkt helemaal niets. Er gaan wel wat handen omhoog. Maar dat is eigenlijk meer om het kaartje te tonen. Ook wanneer de conducteur zich uitput in het 'Ja, gezien!', 'Bedankt', 'Heel mooi' en 'Purrima!', zegt haast nooit iemand wat terug.

Hetzelfde geldt voor de reizigers in de coupé. Die zeggen ook niks tegen elkaar. Behalve als de trein vertraging heeft.

Een zeldzaamheid dus.

De politieke partij GroenLinks wil hier wat aan doen, aan deze groeteloosheid. Want ook in de straten in de stad groeten mensen elkaar niet meer. Dat zorgt voor een onveilig gevoel, vindt GroenLinks, dat daarom borden introduceert waarop staat dat groeten weer mag. Zodat iedereen weet dat het in de betreffende straat normaal is elkaar gedag te zeggen.

Wij vragen ons af of dit iets kan zijn om op de paden en de lanen van onze campus te introduceren. Want door de reorganisatie zijn de mensen er bepaald niet vrolijker op geworden. Een vriendelijk 'hallo' of 'weertje, he?' zorgt misschien weer voor een vleugje goedgemutstheid. En wat te denken van de studenten die op de campus wonen: kennen die elkaar eigenlijk wel? Wie zijn uw buurmannen en buurvrouwen?

Kortom, de vraag luidt: bestaat er behoefte aan groetzones op onze campus?

Of hebben wij die niet nodig?

Denk er es over in de kerstvakantie.

De redactie van dit blad is benieuwd naar de reacties.

Gegroet!


Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.