De eerstejaars zijn alweer ruim een maand in Enschede. Hoog tijd om ze aan de tand te voelen over hun eerste indrukken. Zes studenten vertellen hun verhaal.
Bob Leuverink (18) moest direct op kamers, want zijn ouders wonen in Den Helder. 'Het idee van de campus trok me ontzettend', verklaart Leuverink, die nu in een flat aan de Campuslaan woont. 'Het bevalt me hier goed. Lekker onafhankelijk. Ik ga ook niet ieder weekend naar huis, want het is echt te ver weg: vier uur reizen van deur tot deur.'
Leuverink studeert TBK, 'vanwege de combinatie van techniek en economie', vertelt hij. Hoewel de eerste weken even wennen waren, bevalt zijn studie hem prima. 'Het was hard werken in het begin, wel even wat anders dan de middelbare school.' Naast zijn studie TBK is Leuverink ook actief bij Arriba (basketbal).
We lopen naar de woonkamer, Leuverink schenkt koffie in. Een snelle blik naar de keuken laat een hoop rommel op het netvlies achter. Snel worden enkele kranten opgeruimd. Leuverink: 'Die laat iedereen altijd rondslingeren. Ik moet vaak de anderen achterna zitten met corvee.'
Op kamers wonen heeft niet alleen maar voordelen. Marjolein Schuring (18) uit Sint Oedenrode kan er over meepraten. 'Het is echt relaxed op kamers! Maar niet gezond hoor... Ik ben verkouden, eet slecht, slaap slecht.' En ze is nog niet klaar: 'Je hebt weinig privacy, want je huisgenoten weten en horen alles. Bovendien is het hier een rotzooi en het is vies.' Stilte. 'En het schoonmaakschema werkt nog niet!' Na het spuien van alle ergernissen blijkt het eigen optrekje ook wel positieve kanten te hebben: 'Je hoeft niet te zeggen waar je heen gaat!'
Schuring koos voor Enschede vanwege de goede sfeer. 'Toen ik hier rondliep, voelde ik me meteen thuis!' aldus de studente TCW. De introductie vond ze een leuke periode, maar wel erg vermoeiend. 'Ik was een hele tijd steeds brak en verkouden. Maar ik heb wel leren brassen!' De meeste colleges vindt Schuring interessant. 'Het verschilt per college. Ik heb er al één geskipt! Nou ja, alleen het deel na de pauze. Die man is zo stom!' De universiteit verschilt wel van de middelbare school, vindt Schuring. 'Je moet nu in één week honderd bladzijden lezen, terwijl je daar vroeger vijf weken over deed.'
Zeven uur per dag in de trein, dat is voor Mark van Beek (18) geen reden om niet in Twente te gaan studeren. Alleen heeft hij nog geen kamer. 'Ik woon nog bij mijn ouders in Delft', zegt de eerstejaarstechnische natuurkunde koeltjes. Delft? 'Ja, Delft, waar die TU staat.' Legt uit: 'De sfeer in Delft beviel me absoluut niet. Je moet bijna wel bij een studentenvereniging, want iedereen doet dat. Hier in Twente is de mentaliteit niet zo ballerig.' Mark zit in de Aragokamer een Donald Duck te lezen. 'Vanmiddag ga ik kijken naar een kamer. In de stad, want op de campus is de wachtlijst groot.' Gelukkig heeft Mark, die 's avonds pas om elf uur thuis is, het in zijn studie naar de zin. 'Goed te doen. Wel veel wiskunde, maar dat doe ik altijd in de trein.'
'Ik ben absoluut niet op zoek naar een kamer', zegt Petra Vrieler (18). 'Ik woon nog altijd in Hengelo, bij mijn ouders. Het is goedkoop en ik word op mijn wenken bediend.' De TBK-studente is wel van plan om actief te worden: Harambee (volleybal) en AEGEE worden haar verenigingen. 'Tijdens het AfterIntro Programma
moesten we iets ludieks brassen. Er was ook nog een filmavond, een liftwedstrijd en een kamp.' Vrieler vermaakt zich dus wel naast haar studie. Hoe staat het met de studie? Vrieler: 'Hmm, tot nu toe nog niet zo interessant, voornamelijk door de algemene bedrijfseconomie die we krijgen. Ik doe vooral TBK vanwege de geneeskunde en managementrichting.' Voor Petra is de omschakeling met de tweede fase niet heel groot. 'Het studeren is hier alleen minder individueel. We moeten veel in projectgroepen doen.'
Bart Konijn (18) uit Castricum zit wel op kamers. Op de campus want dat leek hem 'wel makkelijk'. Hij koos voor Enschede omdat de sfeer hier beter was dan in Delft. En Eindhoven was te ver weg. Op kamers wonen vindt hij prima. 'Maar het was wel even wennen hoor,' geeft hij toe. 'Ik had bijvoorbeeld nog nooit eerder gekookt, maar ik krijg wel goede hulp hier. Het huis is schoon en ik erger me verder nergens aan.'
Konijn gaat nog wel elk weekend naar huis om zijn ouders en kennissen op te zoeken. In Enschede heeft hij ook al vrienden gemaakt. 'Tijdens de intro had ik een leuke doegroep. Ik ga nu nog veel met mijn doegroep om, want ik ken nog niet zoveel andere studenten. Ik wil nog wel gaan tennissen bij Ludica en gaan schaken.'
De colleges van zijn studie Werktuigbouwkunde zijn pittig. 'In het begin waren ze goed te volgen, maar het wordt steeds moeilijker. Ik ben er zeker meer tijd aan kwijt dan op het VWO.' Gelukkig heeft Konijn geen last van slaaptekort of verkoudheid. 'Ik doe mijn best om alles te halen!'
In de TO-kantine zit geen TO-studente, maar Monique Aveskamp (18), eerstejaars Psychologie. Het boek 'social research methods' klapt ze dicht. 'Psychologie is interessant', zegt ze. 'De hoorcolleges ook, maar na 45 minuten ben ik even aan pauze toe. En na het tweede gedeelte ben ik het wel zat.' Het typische van je studententijd is volgens Monique het woord 'vrijheid': 'Je moet zelf dingen regelen, en je ziet maar hoe je dat doet. Je wordt een stuk...eh...(ze aarzelt even)...volwassener.' En geaccepteerd door iedereen. 'Op demiddelbare school had je veel groepjes die elkaar niet mochten.' Monique woont nog bij haar ouders in Rossum, maar waarom weet ze zelf eigenlijk ook niet. 'Ik kom er steeds meer achter dat het nu de tijd is om allerlei dingen te gaan doen, om actief te worden. Misschien wil ik wel bij Pro Deo.'
Bram Borkent
Monique Aveskamp
Bart Konijn
Petra Vrieler
Bob Leuverink
Marjolein Schurink
Mark van Beek