Renate Spreij studeerde vorige maand bij de faculteit WMW af op een onderzoek naar het wapgedrag onder UT'ers. Wat ze al dacht bleek waar: studenten en medewerkers gebruiken de techniek nauwelijks. Spreij: 'Ook ik had nog nooit gewapt en niemand in mijn omgeving deed het. Maar harde cijfers ontbraken.'
Spreij concludeerde dat slechts 10 procent van de 282 ondervraagden wel eens een poging tot wappen had gedaan. Een 'schrikbarend klein groepje' van maximaal veertien personen deed vaker dan één keer een poging om mobiele informatiediensten te gebruiken. De telefoon wordt met name gebruikt om te bellen met vrienden en kennissen. Toch is de gebruikservaring meer positief dan negatief, zo blijkt uit het onderzoek.
Spreij concludeert dat het doel van het Wap@UT project, het creëren van een draadloze leeromgeving, niet is bereikt. Er is maar een heel specifiek groepje respondenten dat er behagen in schept te wappen of sms-en in verband met mobiele informatiediensten, schrijft Spreij in haar conclusie. 'Studenten hebben veel andere bronnen om aan informatie te komen. Ook is wap slecht gepromoot', verklaart ze.
Jeroen van de Lagemaat van de werkgroep Wireless Campus: 'De sfeer rond wap was zo negatief, daar hadden we ook met extra PR niets positiefs meer van kunnen maken.' Hij vindt niet dat het project is mislukt. 'We wilden uitzoeken hoe dingen in de praktijk werken. Dat gaat stap voor stap. Er is nu aangetoond dat wappen niet werkt. Maar studenten geven aan dat ze de informatie wél willen hebben. Alleen niet via wap.'
De respondenten gaven voorts aan dat informatie verzenden en ontvangen via sms, stukken beter werkt dan via wap. 'Een belangrijk punt', vindt Van de Lagemaat. 'We nemen dat gegeven mee in de nieuwste versie van Teletop. Alleen kun je met sms maar beperkte informatie doorgeven. Tentamencijfers, een roosterwijziging, een nieuwe deadline.'
Omdat SMS zo beperkt is kan daarmee niet worden volstaan. Een nieuw project staat dan ook op stapel: mobiele informatie via een gprs-telefoon. 'Gprs heeft een aantal voordelen', zegt Van de Lagemaat. 'Je bent continu online en hoeft dus niet te wachten op een verbinding. Ook kun je meer gegevens over en weer sturen. Enhet apparaat heeft doorgaans een groter scherm zodat gepriegel niet aan de orde is.'
Op dit moment onderhandelt de UT met provider O2 en het bedrijf Wireless Campus bv over een aanbod. Worden de gprs-telefoons net als in voorgaande jaren in november uitgereikt? 'We zijn nog in bespreking met O2', zegt Van de Lagemaat. 'Maar we hebben het bijna rond. En dan zullen we meteen met de uitgifte beginnen.'
Verder werkt Wireless Campus aan het aanleggen van het WLAN@UT netwerk, een netwerk waarmee je op de campus continu online kunt zijn. 'Daarvoor worden het aankomend half jaar zeshonderd zendertjes op de campus geplaatst. Die worden verbonden met het vaste netwerk, UTNet3. Dat is een nieuwe glasvezelstructuur die op dit moment wordt aangelegd', legt Van de Lagemaat uit.
Wie zich op de campus bevindt, heeft binnenkort dus geen gprs meer nodig. 'Maar wij willen dat studenten niet alleen op de campus, maar overal online kunnen zijn', zegt Van de Lagemaat.