Economisch zwaar weer. Magere tijden. Het Nederlandse volk kreeg de ellende afgelopen dinsdag met bakken over zich uitgestort.
Somberheid alom, maar voor de universiteiten niks nieuws: die hadden hun portie prinsjesdag twee weken geleden al gehad, bij de opening van het academisch jaar. Met toespraken van rectores, minister en staatssecretaris, zwanger van onheil en ontslagen.
Alle hoop dat het misschien nog mee zou vallen voor het kennisintensieve deel van de natie is dinsdag definitief de bodem ingeslagen. De rampenplannen kunnen dus uit de kast.
In Leiden ziet de rector wel wat in het verkopen van topstukken uit de universitaire collectie. Het universiteitsblad voegde de daad bij het woord en plaatste een paginagrote advertentie met vriendelijk geprijsde Leidse cultuurschatten. Zoals daar zijn een eerste druk van Newtons 'Philosophie' uit 1687 (twee euroton, 'prijsklapper'), enkele zeventiende eeuwse atlassen (drie euroton per stuk, 'op is op'), etsen van Rembrandt (7500 euro, 'zolang de voorraad strekt') en een origineel van Copernicus uit 1543 (175.500 euro, 'superkoopje').
Dus Frans van Vught had gelijk toen hij in zijn rede ten overstaan van de minister zielig deed over de nadelige financiële positie van jonge universiteitjes vergeleken bij hun oude broeders. Want wat zijn de collectionele topstukken waar de UT haar vastgoedgat mee kan dichten?
Het kapitaal van de campus zit hem in het groen, de flora en de fauna. Af en toe een koe kan daar best vanaf: een beest meer of minder in een campusweiland, daar ligt niemand wakker van, en een paar duizend euro is op de Zwolse veemarkt snel verdiend. Het karperbestand in de campusvijvers is helemaal een goudmijn: met de verkoop van wat ferme knapen kan op de Urker visafslag best een aardig kapitaaltje worden vergaard.
Weer een formatieplaats gered.
Gevraagd: overtollig personeelslid, voor hand-en-spandiensten in de veterinaire sfeer, niet vies van vis.
Beestjes
De redactie van UT-Nieuws wordt geteisterd door wespen. Vooral de geurende collega's hebben last van het rondvliegende volkje. Zij benen steeds vloekend en zwaaiend met een opgerolde krant de redactie over.
Begrijpelijk.
Want je zal maar in je nek gestoken worden. Wie van je collega's is dan geëquipeerd om het gif uit te zuigen?
Je moet er toch niet aan denken.
Of nog erger, niet jij, maar iemand anders wordt gestoken. In z'n harige mannenenkel bijvoorbeeld. En jij bent de enige collega die niet van z'n plek is.
Ga d'r maar aan staan.
Tot overmaat van ramp is het ook nog eens September Spinnenmaand. Overal in huis zitten die harige ellendelingen. Gelukkig kunnen spinnen niet vliegen en zijn ze vrij makkelijk op te zuigen. Tip: tape de mond van de stofzuigerslang zorgvuldig dicht. Neem geen enkel risico.
Spinnen, wespen. Opzuigen, uitzuigen. We haten insecten. Geef ons maar echte beesten. Zoals die koe 4068 die laatst over de campus wandelde. Dat is nog eens een...Ho, wacht even. Sorry. Een ijselijke kreet verbreekt hier de stilte. Onze collega is gestoken! Op de achterkant van het bovenbeen. En erg lenig is deze collega niet.
Dat betekent maar één ding.
Wegwezen!