Terug in Twente (3)

| Redactie

Karin van de Haar (22) vertrok afgelopen zomer voor een aantal weken naar de Dominicaanse Republiek. De WB-student schilderde huizen, gaf hygineles, observeerde de Dominicanen én hield voor UT-Nieuws een dagboek bij. Studenten voor Ontwikkeling (SVO), zo heet de stichting waarmee Karin naar de Dominicaanse Republiek vertrok. Ieder jaar stuurt SVO een aantal studenten naar een ontwikkelingsland. De

Karin van de Haar (22) vertrok afgelopen zomer voor een aantal weken naar de Dominicaanse Republiek. De WB-student schilderde huizen, gaf hygineles, observeerde de Dominicanen én hield voor UT-Nieuws een dagboek bij.

Studenten voor Ontwikkeling (SVO), zo heet de stichting waarmee Karin naar de Dominicaanse Republiek vertrok. Ieder jaar stuurt SVO een aantal studenten naar een ontwikkelingsland. De activiteiten beginnen lang voordat de groep in het vliegtuig stapt. Karin ging op voorbereidingsweekend, volgde een cursus Spaans bij Studium Generale, deed twee vakken bij de Technology and Development Group en sprokkelde 250 euro en sponsorgoederen bijeen. 'Iedereen moet dat bedrag meenemen. Van dat geld kopen we ter plekke de spullen die we nodig hebben. Kwasten en verf, noem maar op. Een deel van het geld wordt voor een groter doel gebruikt, het aanleggen van een sportveld bijvoorbeeld. Ook neemt iedereen spullen mee, ik had papier, kinderkleding en knutselmateriaal bij me.' Bovendien moest Karin 1150 euro ophoesten om in de kosten voor haar eigen persoontje te voorzien. Niet erg vindt ze. 'Ook al kwam ik er om te werken, de reis heeft me zeker een vakantiegevoel opgeleverd.' Hieronder een impressie uit haar dagboek.

Vrijdag 19 juli

Onze eerste werkdag. De groep bestaat uit zeven studerende meiden uit heel Nederland en twee Nederlandse begeleidsters die vloeiend Spaans spreken. Onze uitvalsbasis is de plaats Jarabacoa waar een huis voor ons beschikbaar is gesteld. Vandaag gaan we met ons busje naar Los Higos. Dit arme dorpje werd een aantal jaren geleden zwaar getroffen door een orkaan en sindsdien komt SVO daar om de gemeenschappelijke gebouwen weer op te bouwen: een dorpshuis, een basket/volleybalveld en een softbalveld. We beginnen met het schilderen van de lijnen voor het basketbalveldje. Al snel staat er een grote groep kinderen en mannen naar ons te staren. De Dominicaanse mannen vinden het veel te warm om te werken. Stil -of eigenlijk stoelzitten blijkt een favoriete hobby. Het is voor hen dan ook even wennen dat ze aan het werk worden gezet, maar uiteindelijk is dan toch iedereen aan het schilderen.

Op de terugreis krijgen we pech met ons busje. De wegen zijn hier niet verhard en door de vaak harde regen slecht begaanbaar. En waar we al bang voor waren gebeurt: we krijgen een lekke band. Daar sta je dan met negen blonde meiden langs de kant van de weg. Wij laten ons natuurlijk niet kennen, en verwisselen bijna zonder problemen de band. De oude band kunnen we in de stad voor een paar Peso's laten repareren door jongetjes die in Nederland net hun eigen veters kunnen strikken.

Maandag 22 juli

Elektriciteit is in de Dominicaanse Republiek een probleem. De stroom wordt bijna dagelijks een paar uur uitgeschakeld. Het is leuk om te zien dat mensen gewoon even een paar olielampen pakken en weer overgaan tot de orde van de dag. Op televisie wordt zelfs elke dag een paar uur ingeroosterd voor tv programma's die de dagen ervoor niet uitgezonden konden worden. Gisteren waren wij de enigen met een elektriciteitsprobleem. De elektriciteitskabel van ons huis is namelijk stuk gereden door een vrachtwagen. De kabel werd simpelweg met een stukje plakband weer hersteld. Het blijft zitten, ook na een regenbui. Ik, als enige met technisch inzicht, riep nog wel dat het nooit zou houden...

Zondag 28 juli

We hoeven niet te werken en besluiten naar een waterval te gaan. Hier blijven we maar even, omdat er een noodweer losbarst. Als we terug lopen naar het busje herinneren we ons de heenweg: een hele steile niet verharde weg. We komen dan ook genadeloos vast te zitten. Hier zijn de Dominicaanse mannen onze redding. Na onze wielen netjes met de hand te hebben uitgegraven en de weg wat verstevigd te hebben met stenen, moeten we met zijn allen op het achterste bankje gaan zitten. Op de bumper komt nog eens een handje vol mannen te staan en we hebben net genoeg grip om naar boven te glibberen.

Vrijdag 2 augustus

In Los Higos moet naast sportvelden ook een aantal huisjes worden geschilderd. Met de bewoners is afgesproken dat ze zelf de helft zullen schilderen en wij de rest. De kleur mogen ze zelf uitzoeken, en die wordt felblauw. Als we er aankomen is inderdaad de helft van de huisjes geschilderd, precies over de helft van het huisje loopt een lijn. We zijn met een flinke groep en het schilderen schiet op. Het leuke van de huisjes vind ik de felle kleuren waarin ze geschilderd zijn. Ik heb huisjes in alle kleuren van de regenboog gezien, maar smurfenblauw is toch wel favoriet. En als er wordt geknoeid tijdens het verven dan moet dat ook maar geschilderd worden. Zo hebben we hele huizen van binnen en buiten met inboedel en al mooi blauw geschilderd.

Zondag 4 augustus

Vandaag bezoeken we een aantal gezinnen in El Salto Del Peldegral. Het levensniveau ligt hier nog stukken lager dan in Los Higos. De straat waar de huisjes aan staan is heel lang onbegaanbaar geweest, waardoor de huizen totaal geïsoleerd bleven. Sinds een jaar is deze weg geasfalteerd en hebben de mensen toegang tot goederen. De huisjes zijn volledig van hout en de bewoners leven er vaak met zes personen. We delen zeep en kleding uit, waar de mensen heel gelukkig mee zijn. Ze zijn erg gastvrij en bieden ons meteen de paar stoelen die ze bezitten aan. Het daarop plaatsnemen moet je wel erg voorzichtig doen, de poten hoeven er namelijk niet allemaalmeer onder te zitten.

Maandag 5 augustus

Ook de paaltjes bij een polikliniek kunnen wel een kleurtje gebruiken. Echter, bij de kliniek aangekomen weet de arts van niets en bovendien vindt hij de kleurencombinatie -tien centimeter wit en de rest rood- niet goed. Na heel wat overredingskracht mogen de paaltjes dan toch worden geschilderd, maar dan met de bovenste twintig centimeter wit en de rest rood. Wat blijkt, rood is de kleur van de ene politieke partij en wit van de andere. De arts vindt het eerlijker als beide kleuren evenveel worden vertegenwoordigd...

Achteraf

Ik heb een onvergetelijke vakantie gehad. Heel bijzonder, omdat het bijna onmogelijk is om de Dominicaanse Republiek als Europeaan zó te zien als ik gedaan heb. Je kunt er bijna alleen maar vakanties in een all inclusive hotel doorbrengen. Als je daarnaast het binnenland wilt zien, moet je daar veel moeite voor doen. Langs de kusten staan prachtige hotels en is alles erg westers, maar het binnenland is nog onderontwikkeld. Eten is er vaak wel genoeg omdat men zelf groenten kan verbouwen, maar met de hygiëne is het vaak slecht gesteld.

Ik had verwacht dat ontwikkelingshulp meer afzien zou zijn. Eigenlijk hebben we best een luxeleventje gehad in vergelijking met de inwoners: een mooi huis met stromend water en fatsoenlijke toiletten, overal met het busje naar toe. Ook het werk dat we deden was niet echt zwaar. Ik weet van mensen die met andere organisaties zijn meegeweest dat dat wel het geval kan zijn. Ook vond ik ons werk niet echt nuttig. Ik had meer echt ontwikkelingswerk willen doen, vaker hygiëneles willen geven, dat soort dingen.

De mentaliteit van sommige Dominicanen is nogal lui, en vooral de mannen drinken er vaak en veel. Onze werkzaamheden waren dus ook meer een voorbeeld voor de mannen om te laten zien dat je met z'n allen veel werk kan verzetten in een korte periode. Want die paaltjes en huizen kunnen ze natuurlijk ook zelf wel schilderen. Ik vraag me af, zullen ze na ons vertrek nog nieuwe dingen aanpakken? En als SVO nu niet meer terug komt, zullen ze het dan onderhouden? In ieder geval zijn er toch een aantal mannen wakker geschud en hebben die de intentie om harder te gaan werken!


Karin temidden van (jonge) plaatselijke bevolking.


Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.