Over sommige dingen mag iemand anders niet oordelen. Dat mag alleen jijzelf.
Neem bijvoorbeeld je ouders. Jijzelf mag wel zeggen: mijn moeder is stom.
Maar o wee, als een vriend zegt: jij hebt echt een stomme moeder. Dan spring je ineens voor haar in de bres!
Een soort natuurlijke beschermingsdrang.
Hetzelfde geldt in zekere zin voor kritiek op je studentenstad. De stad waar je voor het eerst dronken werd. Waar je voor het eerst ging koken voor een meisje. Waar je ontdekte dat een bed vaker verschoond moet worden dan eens in het half jaar. Waar je voor het eerst echt liefdesverdriet had. De stad die je voor altijd zult blijven associëren met die geweldige periode zo tussen je 18e en 25e.
En dan komen daar ineens drie studenten uit Rotterdam de boel verzieken! Ze zeggen dat jouw stad geen sfeer heeft. Dat het een gebrekkig nachtleven heeft. Dat het enige pluspunt is dat je er gemakkelijk een kamer kunt vinden. En dat publiceren ze allemaal in het blad waar hun docent hoofdredacteur van is, het blad Rails.
Ammehoela!
Natuurlijk heb je zelf ook wel eens geklaagd over Enschede. Maar iemand anders moet gewoon met zijn poten van jouw stad afblijven!
Ook de wethouder van onderwijszaken was niet blij met de berichten. Er klopt niks van vindt hij. Enschede heeft een heel gezellig en compact centrum. Er is van alles te doen.
En dat van dat makkelijk een kamer vinden klopt ook niet.
Dat weet jij toevallig.
Jij reist namelijk al maanden op en neer.
Gelukkig ligt er zo af en toe een leuke Rails in de trein...
Club
Hij is er weer. De Faculty Club. Althans op papier, op de voorpagina van deze krant, als plan, als lang gekoesterde en nog nooit gerealiseerde wens van hogerhand. Al jaren zwierf hij over de campus, als dolend idee van visionaire bestuurders. Als hond zonder baas.
Nergens kreeg het fantoom voet aan de grond. Maar langzaam, heel langzaam, lijkt het er nu op dat het veelbesproken fenomeen toch asiel gaat krijgen. Onder het gebinte van de Boerderij.
De vleermuizenkolonie die in het reeds jaren verlaten pand had postgevat is onlangs preventief geruimd. Aan de verdwaalde bouwvakker die er wel eens rondscharrelde waren ze wel gewend. Maar de oprukkende clubleden zijn van een ander kaliber en vormen een ernstige bedreiging voor het welbevinden van de beestjes, schat de UT-vastgoedexploitant.
Want wat gaan we doen in de Faculty Club (spreek uit: fekkelti klabbbh)? Wijn proeven. Culinair doen. Sigaren roken. Lezingen luisteren. Converseren in chesterfields. Borrelen. Kortom: de onderlinge UT-band versterken, bijpraten met gelijkgestemden, luisteren naar andersdenkenden, op niveau (spreek uit: nivôh) het nuttige en het aangename verenigen.
Een paar honderd meter verderop staat nog een boerderij: voorheen de hoeve van boer Bosch, nu thuishaven van persooneelsverenigingUT-Kring. En wat er in De Boerderij nog moet beginnen, gebeurt al jaren in Boerderij Bosch. Maar dan gewoon: koorzang, bloemschikken, jeu de boelen, vissen, line dancing. En ondertussen leer je mensen kennen, breid je je netwerk uit en vergroot je de onderlinge band. Het nuttige en het aangename dus.
Kortom, de Kring krijgt een zware concurrent aan The Club. En binnenkort begint The Battle of the Boerderijen.