Het betekent volgens rector magnificus Frans van Vught dat de eeuwige rivaliteit tussen de drie tu's zijn langste tijd heeft gehad en dat het collectieve belang nu voorop staat: het tij van de al maar dalende instroom van (technische) studenten keren, de Nederlandse 'kenniseconomie' drastisch opkrikken en gezamenlijk de concurrentie aangaan met erkende topinstituten in de wereld. 'Want samen durven we die uitdaging wel aan,' aldus Van Vught.
Het plan is onder leiding van oud-onderwijsminister Loek Hermans opgesteld door Van Vught en zijn twee collega-voorziters en bevat afspraken over verregaande samenwerking tussen de instellingen, die zich daarbij vanaf nu als 'één virtuele technische universiteit Nederland' beschouwen.
Met de oprichting van een gezamenlijke Graduate School willen de drie tu's een 'macrodoelmatig landelijk palet van technisch wetenschappelijke masteropleidingen' aanbieden. De klanten van de Graduate School, die in september 2004 moet starten, zijn Nederlandse, maar ook buitenlandse masterstudenten, die gezamenlijk geworven worden. De studenten kunnen kiezen uit alle masteropleidingen die de drie tu's aanbieden en krijgen hun diploma (vooralsnog) van een van de drie instellingen. Een nadere uitwerking van de graduate school-opzet volgt in een tweede versie van het Sectorplan later dit jaar.
Minstens 20 studenten per masteropleiding is volgens de stuurgroep een 'harde eis', behalve voor de basisdisciplines (scheikundige technologie, technische natuurkunde, technische wiskunde, werktuigbouwkunde, elektrotechniek). Als een masteropleiding te klein wordt om aan alle drie de tu's te handhaven zal waarschijnlijk onder leiding van een onafhankelijke adviescommissie worden besloten aan welke tu de masteropleiding moet verdwijnen.
De stuurgroep Sectorplan werkt nog aan concrete afspraken over de uitruil van complete opleidingen en het bijbehorende onderzoek. Een rapportage daarover staat pas voor september op de rol. Op een beperkt aantal onderwijsgebieden is al wel overeenstemming bereikt over de 'bundeling van masteropleidingen'. Zo komt het zwaartepunt van de master Mechatronics in Twente te liggen en behoudt de UT in elk geval de net binnengehaalde opleiding Clinical Technology (Technische Geneeskunde). Eindhoven verzorgt de masterMedical Engineering en Delft doet Aerospace Engineering, Applied Earth Sciences, Life Science & Technology en Marine Technology.
Over de bacheloropleidingen is afgesproken dat de regionale spreiding van het aanbod wordt 'geoptimaliseerd'. Hierdoor kan de studentinstroom omhoog, omdat vwo-scholieren hun vervolgstudie steeds regionaler blijken te kiezen.
VRAAGGESPREK met Loek Hermans elders in het ut-nieuws.