Opmerkelijk

| Redactie

Een boom kan maar beter grote noten maken. Dat blijkt althans uit het onderzoek van de Wageningse promovendus Patrick Jansen. Knaagdieren blijken bij voorkeur grote noten te begraven voor later. Hoe groter de noot, hoe verder deze van de boom begraven wordt en hoe vaker deze vergeten wordt. De bioloog onderzocht met steun van NWO wat gebeurt met noten zodra die in het regenwoud van Frans Guyana op

Een boom kan maar beter grote noten maken. Dat blijkt althans uit het onderzoek van de Wageningse promovendus Patrick Jansen. Knaagdieren blijken bij voorkeur grote noten te begraven voor later. Hoe groter de noot, hoe verder deze van de boom begraven wordt en hoe vaker deze vergeten wordt.

De bioloog onderzocht met steun van NWO wat gebeurt met noten zodra die in het regenwoud van Frans Guyana op de grond vallen. Hij verbleef daartoe anderhalf jaar in het gebied. In het bos legde hij duizenden noten neer, elke gemerkt met een genummerd fluorescerend draadje. Met videocamera's keek hij welke dieren de noten weghaalden. Vervolgens traceerde hij ze aan de hand van de uit de grond stekende draadjes. Daarna volgde hij ze tot ze ofwel waren opgegeten ofwel uitgroeiden tot zaailing.

Wat blijkt? De meeste noten worden meegenomen door acouchy's, grote knaagdieren, die de noten vooral voor hun voedselvoorraad gebruiken. Ze begraven de noten een voor een in de bosbodem, elke noot op een andere plek. Daarbij begraven ze, heel kieskeurig, grote noten verder weg, soms tot op honderd meter afstand van de boom. Vervolgens vergeten de knaagdieren die noten, zodat deze succesvol kunnen kiemen. De wetenschapper concludeert dat notenbomen waarschijnlijk zijn geëvolueerd door de kieskeurigheid van hamsterende dieren. Bomen die grote noten maken krijgen veel nakomelingen. Na verloop van tijd komen er steeds meer bomen met grote noten en steeds minder met kleine.


Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.