Het geld dat universiteiten zelf moeten bijdragen om aan externe onderzoekscontracten of gerichte onderzoekssubsidies te komen trekt een zware wissel op hun begroting. Zo zwaar zelfs, dat Rutte op last van de Tweede Kamer gaat kijken of het ook wat minder kan.
Voor onderzoek in bijvoorbeeld de medische of technische wetenschappen kunnen universiteiten subsidie krijgen uit fondsen van NWO of de Europese Unie. Maar daarvoor moeten ze wel zelf geld bijpassen. Door dit systeem van matching houden de universiteiten steeds minder geld over voor onderzoek waarvoor ze geen specifieke subsidie krijgen. Volgens koepelorganisatie VSNU kan dit uiteindelijk ten koste gaan van onderzoek waarvan het maatschappelijk nut iets minder evident is. Met als mogelijk gevolg dat de vereiste link tussen universitair onderwijs en onderzoek op het spel komt te staan.
Eerder dit jaar verscheen al een rapport van de Adviesraad voor het wetenschaps- en technologiebeleid (AWT), waarin de omvang van de matching-problemen duidelijk werd. Daaruit bleek onder meer dat de Universiteit Twente maar liefst 71 procent van het vrij besteedbare onderzoeksgeld verstookt aan matching, de TU Eindhoven 46 procent, en de Universiteit Utrecht 33 procent. Maar in Den Haag bleef het stil. Reden voor CDA-kamerlid Joldersma om bij staatssecretaris Rutte te peilen `of hij nog in de ontkennende fase zit met dit probleem'. Ze diende er een breed gesteunde motie bij in die Rutte oproept om te kijken of de matching-problemen te verlichten zijn.
Het nogmaals agenderen van de matching is het resultaat van de VSNU-lobby. Daar is men dan ook redelijk tevreden met de motie. `Het had allemaal nog wat scherper gekund, maar we vonden dat het AWT-advies wel heel ongemerkt voorbij was gegaan in Den Haag', aldus woordvoerder Boukje Keizer. Voorlopig moet de VSNU het echter doen met de mededeling dat staatssecretaris Rutte nog eens gaat praten met de betrokken partijen en dat hij nog eens goed naar het AWT-rapport zal kijken.