Zoals bekend streven de universiteiten van Delft Eindhoven en Twente ernaar om in 2010 één federatieve Technische Universiteit Nederland te vormen. Het model hiervoor is neergelegd in het Sectorplan Wetenschap en Technologie, dat dit voorjaar verscheen. De bestuursstructuur vormde tot nu toe een heet hangijzer bij de uitwerking van de samenwerkingsplannen. De UT-bestuurders maakten er nooit een geheim van wel iets in een fusie te zien. Delft en Eindhoven gaat dat vooralsnog te ver.
De keuze voor het opstellen van een `gemeenschappelijke regeling', een juridisch zeer lichte vorm van samenwerking, betekent `een soort kruipende federalisatie,' aldus rector Frans van Vught in een toelichting tijdens de overlegvergadering van college en u-raad, afgelopen dinsdag. Volgens het gepresenteerde document wordt de regeling twee jaar na ondertekening geëvalueerd. `Op basis van deze evaluatie wordt een stappenplan opgesteld om te komen tot een federatie van Technische Universiteiten in Nederland in 2010.' Daarin worden dan ook de rechtsvorm, de bestuursvorm en de besluitvorming op federatieniveau geregeld.
Vooralsnog vervult - in de voorgestelde regeling - één van de drie CvB-voorzitters bij toerbeurt het voorzitterschap van de `Federatie van Technische Universiteiten in oprichting.'
Als de drie voorzitters `niet tot eensluidende afspraken kunnen komen', aldus de tekst van de regeling, `zullen zij bij zwaarwegende onderwerpen een onafhankelijke mediator (procesbegeleider) aanwijzen.' De concepttekst van de regeling staat op de agenda van het overleg dat de UR- en CvB-voorzitters van de drie tu's op 14 oktober hebben.
Inmiddels heeft de (virtuele) Graduate School van de drie tu's een reeks projecten op stapel staan, die moeten leiden tot `een aanzienlijke toename' van de studenteninstroom in technische opleidingen. Voor de uitvoering van de projecten claimen de drie tu's ruim 1,7 miljoen euro uit de regeringsfondsen `Ruim baan voor talent' en `Deltaplan bèta en techniek'. Eén van de projecten betreft een onderzoek naar de oprichting van een `3TU College of Engineering'. Het opzetten van dit College heeft als doel om aan zeer getalenteerde studenten uit binnen- en buitenland een aantrekkelijk leerconcept aan te bieden dat hen uitdaagt `om van meet af aan topprestaties te leveren'.
Andere projecten hebben betrekking op het verbeteren van het studierendement, de studiebegeleiding en de aansluiting met het vwo. De TUE bijvoorbeeld wil een pilot ontwikkelen voor een `studiekeuze assessment': een online vragenlijst met opdrachten, waarmee de aspirant-student zelf zijn slaagkans voor de beoogde opleiding kan inschatten. Ook willen de tu's flink investeren in de opleiding van bètaleraren. Twee deeltijdhoogleraren, aan te stellen in 3TU-verband, zouden op dat terrein voor een vernieuwingsimpuls moeten zorgen.
