Hing Choi
De Filippijnse familie Pimentel bestaat uit vader Jonald, die promotieonderzoek doet bij de faculteit Gedragswetenschappen, moeder Florilyn en zoontjes Jxyf (7), België (4) en IJssel (2). Ze zijn bijna twee jaar in Nederland. Het is het einde van de middag, Jonald is nog niet thuis van zijn werk en de voorbereidingen voor het avondeten moeten nog beginnen. Op tafel staat een pan met rijst waar de kinderen zo af en toe een hap uitnemen. Belgie pelt een mandarijntje. `Die vinden ze erg lekker. In de Filippijnen hebben we dit fruit niet', vertelt Florilyn. Haar oudste zoontje Jxyf wil graag iets typical Dutch laten zien waar hij dol op is en trekt de koelkast open. Een enorm blok jonge kaas komt tevoorschijn. Hij snijdt een paar plakken af en stopt ze bij zijn broertje in zijn mond. Florilyn pakt uit de koelkast een plastic zak met bladgroente. `Hing Choi', vertelt ze. `Uit de Asian supermarket in Enschede. Dit eten we met gezouten vis, tomaten en rijst.' De familie Pimentel houdt inmiddels wel van een Hollandse stampot. `Lekker makkelijk om alles in één pan te koken.' Het gezin moest zich aanpassen aan de Nederlandse eetgewoonten. `Hier eten we maar eens per dag warm. Op de Filippijnen gebruiken we drie warme maaltijden. Ik heb nu geen tijd om zo vaak te koken, omdat ik alles alleen moet doen. Thuis had ik hulp in de huishouding.' Het avondeten is bij de Pimentels een echt familiegebeuren. `De televisie gaat absoluut uit', vertelt Florilyn met een blik op haar drukke kroost.
Paprikaskrumpli
Katalin Harcsás en Roland Gèmesi komen uit Hongarije en zijn nog maar een paar weken in Nederland. Roland doet promotieonderzoek bij de faculteit EWI en Katalin is op zoek naar een baan. `Ik ken nog helemaal geen Nederlands eten', biecht Katalin op. De campussupermarkt heeft ze al wel bezocht, maar vindt ze aan de prijzige kant. Daarom doet het stel de boodschappen liever bij de Aldi. `Maar voor fruit en groente ga ik op zaterdag naar de markt.'
Katalin is alleen thuis en gaat die avond niet koken. `Mijn vriend heeft een feestje van zijn werk. Ik eet daarom maar een pannenkoek. Lekker makkelijk.' Uiteraard mist Katalin de Hongaarse goulashsoep. `Die smaakt heel anders dan wat jullie hier goulashsoep noemen.' Op het fornuis staat een ander gerecht uit haar thuisland. `Paprikaskrumpli', vertelt ze. `Het is paprika met aardappelen en Hongaarse worst. Je kunt dit ook met kip maken, dat is nog lekkerder. Willen jullie anders even proeven?' Terwijl het gerecht staat te pruttelen, vist Katalin een fles Unicum uit de koelkast. Een typische Hongaarse likeur van veertig procent alcohol. `Heel goed tegen buikpijn, maar ook gewoon lekker.' Ze schenkt het bruine goedje in twee champagneglazen en moet lachen om de gezichten van haar gasten. `Sterk spul hé?' We blussen onze maag met de smakelijke paprikaskrumpli.
Souprice
In het kleine keukentje van Tomoka Iwasaki, een masterstudent uit Japan, ruikt het al lekker. `Ik ben iets gezonds aan het klaarmaken, want ik heb een beetje keelpijn. In Japan maken we dan altijd deze souprice, waar veel vitamines inzitten. Er gaat onder andere chinese kool in, wortelen en natuurlijk rijst.' De rijst haalt Tomoka bij de Aziatische supermarkt, omdat ze de korrel van de Nederlandse rijst te groot en te lang vindt. `En dat proef je meteen,' vertelt ze. Haar lievelingsgerecht is sushi. `Maar dat eten we alleen bij speciale gelegenheden. Vorige week heb ik het nog klaargemaakt met vrienden.' De Japanse is nog geen maand in Nederland, maar er is haar al iets opgevallen aan de Hollandse eetgewoonten. `Iedereen eet hier brood met kaas en drinkt er een glas melk bij. En dat elke dag! Heel apart. Ik heb liever wat warms te eten. Ik heb al een keer een kroket gehad. Dat was wel lekker, maar te veel. Ook heb ik kennisgemaakt met de haring, maar die hoefde ik niet. En weet je wat ik ook gezien heb? Een enorme kaas! Bij ons heb je alleen maar van die kleine blokjes.'
In Japan is de avondmaaltijd geen sociale gebeurtenis. `Iedereen eet apart, wanneer hij of zij thuiskomt. Een eettafel zoals hier kennen we niet. Wij eten aan een hele lage tafel en zitten daarbij op de grond.'
Krentenbrood
Jing Wang komt uit China en volgt het internationale masterprogramma van de opleiding elektrotechniek. Hij gaat nu zijn tweede jaar in. Opmerkelijk feit: in al die tijd is hij nog nooit in een Chinees restaurant geweest. Jing moet lachen. `Van vrienden heb ik gehoord dat die gerechten heel anders smaken dan bij ons en heel duur zijn. Nee, dat zie ik niet zitten. Wel ga ik regelmatig naar de mensa en daar eet ik dan friet en aardappels. Lekker!' Als de masterstudent zelf kookt dan maakt hij rijst met kip en groente. Een enorm hakmes ging daarom mee in zijn bagage. `Ja hoor, ik kwam wel door de douane', lacht hij smakelijk.
Hij geeft toe dat hij nog weinig heeft geëxperimenteerd met de Hollandse keuken. `Op de een of andere manier koop je toch de spullen die vertrouwd zijn. Maar ik eet wel brood. Dat zal wel moeten. Ik ben gek op dat brood met fruit erop.' Fruit op brood? `Jazeker', zegt Jing en haalt een zak krentenbollen tevoorschijn. Aha!
Het eerste dat Jing weer gaat eten zodra hij voet op Chinese bodem zet is beefsoup. `Nederlandse soep smaakt toch anders. Jullie doen ook overal kaas door, zelfs in de soep. Ik heb er eens over nagedacht, maar ik ben er uit. Door die kaas zijn jullie allemaal zo groot. Ja toch?'
Het International Food Festival (zaterdag 25 september van 18.00 tot 22.00 uur in het Atrium van de Bastille) is het hoogtepunt van het internationale weekend dat plaatsvindt van vrijdag 24 tot en met zondag 26 september.
Jannie Benedictus en Maaike Platvoet
Jing Wang
Katalin Harcsás
Tomoka Iwasaki
De Familie Pimentel