Vijftien fout in tien zinnen

| Redactie

Alsof je op tentamen moet. Zo'n gevoel. Rijen tafels en zenuwachtig geroezemoes. Het strijkje slaagt er niet in de spanning weg te nemen. Is het nou onmiddelijk of onmiddellijk? Had ik voor het 'Grote UT-dictee 1995' nou toch nog maar even het Groene Boekje geraadpleegd.

De organisatoren van de werkgroep Studium Generale in Debat wisten Victor Deconinck te strikken als presentator. Voor zijn televisiecarrière heeft hij als leraar Nederlands regelmatig een dicteetje 'gedeclameerd', vertelt hij. Om de zenuwen wat te kalmeren interviewt hij enkele deelnemers. Allemaal waren het bikkels in dictees, geven ze zonder valse schaamte toe.

Ook UT-prominent dr.ir. Frits Schutte zit er gretig klaar voor, helemaal vooraan nog wel. Vlak naast studentendekaan Gellekink en hoofdredacteur van dit blad Bert Groenman. CvB-voorzitter Ben Veltman moest zich 's middags afmelden. Andere prominenten als minister Winnie Sorgdrager en Tweede Kamerlid Ank Bijleveld stelden hun komst tot volgend jaar uit.

Strikt op tijd gaan de doppen van de pennen en krommen de ruggen zich. Meteen is het raak. Landouwen? Wablief? Opsteller drs. J. van der Staak van de vakgroep Toegepaste Taalkunde heeft zijn best gedaan. Nachtmerries heeft hij naar eigen zeggen gehad van het idee dat meerdere deelnemers het dictee foutloos zouden maken. Daarmee lijkt hij zich toch echt te hebben verkeken op de spellingsvaardigheid van de UT-bevolking.

Kesjere, zegt Victor Deconinck. Vreemde uitspraak. Zal je toch wel gewoon cassière schrijven? Of caissière? Dat valt nog lang niet mee zeg, gaandeweg wordt het lijstje met twijfelgevallen langer. Sliptongetjes of slibtongetjes? Rododenderons of rododendrons? Of met een 'h' er tussen? Lang verbeide of lang verbijde? Wat is zo'n spellingcontrole toch handig. Veel tijd om na denken is er echter niet en ondertussen krijg je nog kramp in je vingers ook.

Na tien ellenlange zinnen over de ontwikkeling van het studentenbestaan aan de UT gaat de map met een angstig voorgevoel dicht. Of nee, nog snel even wat veranderen. Was dat wel verstandig? Te laat, de map wordt ingenomen. De honderd scribenten haasten zich naar de kantine, de spanning ontlaadt zich. Opgewonden wordt er gekwetterd over de instinkerdjes. Shit, baccalaurei moet zonder puntjes op de i. Antieke term, weet ik veel.

Terug in de Agora ligt op het tafeltje een map van een onbekende mede-deelnemer met een rode pen. Wij gaan elkaar corrigeren. De eerste zin verschijnt op de overhead. Vragen zijn er te over. Kun je meer dan één fout in één woord maken? Wel of juist geen hoofdletter, is dat fout? Met het beoordelen van de onbekende komen je bovendien je eigen fouten voor de geest. Shit, het is nog erger dan gedacht! Caissière, nooit van gehoord, bosschages met ch, turkooizen???

Het tempo ligt hoog en af en toe protesteren fanatiekelingen fel. Fotokopieën hoort volgens het Groene Boekje met een c, weten enkele deelnemers zeker. De jury moet dat bevestigen, maar de Dikke van Dale schrijft een k. Allebei goedgekeurd dan maar. Accomodaties? Fout, gilt iemand haast boos. Moet met twee emmen. Haastig herstelt Van der Staak zijn misser. Zelfs hij had het dictee niet foutloos gemaakt. Een schrale troost. Zuchtend worden de fouten geteld. Meer dan veertig is geen uitzondering. Enkele liefhebbers hebben volgens hun correctoren 'slechts' tussen de vijftien en twintig streepjes verzameld. Dat zijn degenen die kans maken op de hoofdprijs.

Alle dictees worden ingenomen zodat de jury de tien winnaars kan selecteren. Ondertussen wordt er gediscussieerd over de door Van der Staak gehanteerde regels. Waarom moet 'Elektronica I' met een hoofdletter? Heb je meteen vier fout, want daarna volgen nog eens drie namen van vakken. Het duurt even voor de jury eruit is. Wie zijn de beste tien? De prijzenregen begint bij 22 fout. Sommige winnaars reageren uitgelaten, anderen lijkentoch een tikje teleurgesteld.

Na zes flessen wijn zijn er drie sets van de Dikke van Dale te vergeven en dan, de hoofdprijs: Martin Alberink veert op, vijftien fouten maakte hij slechts, vier zinnen waren geheel foutloos. Een Parker vulpen van vijfhonderd gulden is zijn beloning. De tweejarige aio Elektrotechniek lijkt niet onder de indruk. 'Hoe voel je je nu', parodieert Deconinck Mart Smeets. Dan serieuzer: 'Had je het verwacht?' 'Ja', antwoordt de winnaar zelfverzekerd. Merkwaardig genoeg valt de uitslag hem tegen. Zelf had hij vijf fouten geteld en er eigenlijk op gerekend dat er nog wel kandidaten beter zouden zijn dan hij.

Dat uitgerekend een elektrotechnicus hen taalkundig de baas is, dat zal een aantal deelnemers niet lekker zitten. 'De belangstelling voor alfa-vakken heeft er altijd bij gezeten, vooral het leren van vreemde talen', verklaart Alberink. Bovendien heeft hij zich voorbereid. 'Ik heb wat gelezen over spellingsregels en het Groene Boekje erbij gepakt.'

Het Groot Dictee der Nederlandse Taal laat hij echter aan zich voorbij gaan. 'De zinnen die daar worden gevraagd liggen toch nog een paar niveaus hoger dan dit dictee (...). Dan zou ik me nog beter moeten voorbereiden en daarvoor heb ik momenteel geen tijd.' Wel wil hij nog even kwijt dat hij een hele leuke avond heeft gehad. Daar lijken de meeste deelnemers het mee eens te zijn.


Viktor Deconinck leidt het UT-dictee.(foto Dagblad Tubantia)

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.