Werkloos personeel

| Redactie

Minister Ritzen gaat met zijn collega Wijers bekijken of werkloos personeel uit het hoger onderwijs is in te zetten in het midden- en kleinbedrijf. Verder gaan ze uitzoeken of een betere regeling over royalties uit octrooien nodig is om bedrijven mee te laten betalen aan universitair onderzoek. Deze plannen zijn maandag ter sprake gekomen in een commissievergadering van de Tweede Kamer, over de no

Minister Ritzen gaat met zijn collega Wijers bekijken of werkloos personeel uit het hoger onderwijs is in te zetten in het midden- en kleinbedrijf. Verder gaan ze uitzoeken of een betere regeling over royalties uit octrooien nodig is om bedrijven mee te laten betalen aan universitair onderzoek.

Deze plannen zijn maandag ter sprake gekomen in een commissievergadering van de Tweede Kamer, over de nota `Kennis in Beweging'. De vraag in die nota was, hoe de Nederlandse economie kennis-intensiever kan worden. De afgelopen jaren zijn de bedrijfsuitgaven voor kennis-ontwikkeling en - toepassing in ons land namelijk ingezakt. Om dit te veranderen probeert het kabinet innovatie voor bedrijven aantrekkelijker te maken, door bevordering van kennisuitwisseling en een reeks financiële prikkels.

Zowel de bewindslieden als de Kamer verwachten daarbij juist veel van het midden- en kleinbedrijf. De vorig jaar ingevoerde WBSO-regeling, die bedrijven korting geeft als ze onderzoekers in dienst nemen of inhuren, blijkt een groot succes. Wijers gaat nu uitzoeken of ook software-ontwikkeling onder deze regeling gebracht kan worden. Minstens zo succesvol is de meer op kennistoepassing gerichte KIM-regeling, waarmee `kennisdragers in het midden- en kleinbedrijf' met subsidie kunnen worden aangesteld.

`Schakel wachtgelders in bij midden-en kleinbedrijf'

In het verlengde van de KIM-regeling (waarvan het budget al heel snel op was) kwam maandag in het kabinet het idee ter sprake om wachtgelders uit het hoger onderwijs in bedrijven te schakelen. Het idee is dat ze daar kunnen bijdragen aan de `innovatie' en met de opgedane ervaring eventueel later kunnen terugkeren in het onderwijs. 'Hier kunnen beide partijen aan verdienen', zei Ritzen. Wijers voegde eraan toe dat er wellicht fiscale voordelen mogelijk zijn voor bedrijven die wachtgelders inhuren. De bewindslieden willen binnen enkele weken kijken of het plan uit te werken valt. Volgens een woordvoerder zal ook de reactie van de vakbonden daarbij een rol spelen.

Het kabinet heeft nog meer plannen om kleine bedrijven meer te laten innoveren. Zo wil minister Wijers, samen met banken en regionale ontwikkelingsmaatschappijen vijf of zes fondsen voor techno-starters opzetten. Deze bedrijven hebben nu grote moeite om `risico-kapitaal' aan te trekken. Met een eenmalige investering van 60 miljoen gulden, waarvan Wijers ongeveer een kwart levert, moet deze drempel verlaagd worden.

Royalties

Het kabinet wil bedrijven ook meer medeplichtig maken aan het door de overheid gefinancierde onderzoek. Ze krijgen een grotere inbreng bij TNO, maar er wordt ook naar gestreefd dat er meer allianties komen met universitair onderzoekgroepen. De groei moet daarbij niet gezocht worden in opdracht-onderzoek, maar in medefinanciering van `strategisch' onderzoek dat voor bedrijven op wat langere termijn belangrijke resultaten kan opleveren. Volgens diverse kamerleden zijn er nog teveel belemmeringen voor zulke samenwerking. Bij Nederlandse universiteiten zou niet genoeg geheimhouding van resultaten mogelijk zijn. En ook is er veel onduidelijkheid over wie er `eigenaar' is van de ontwikkelde kennis.

Volgens Ritzen is er al meer mogelijk dan de Kamerleden denken. Toch erkende hij dat er rond de eigendom van kennis problemen kunnen optreden. 'Stel dat eenDelftse prof een artikel schrijft met een Japanner, en dat leidt tot een octrooi. Wie is daarvan dan de eigenaar?'

Een vaker voorkomende vraag is, in welke mate bedrijven die een bepaald onderzoek gedeeltelijk gefinancierd hebben, de rechten op een bepaald octrooi kunnen claimen. Volgens CDA- kamerlid Van der Hoeven schrikt die onduidelijkheid vooral kleinere bedrijven af. Zij vroeg daarom om een onderzoek naar een royalty-systeem, dat het mogelijk maakt om de `winst' van een octrooi te laten delen door meerdere partijen. Minister Wijers wil eerst kijken of zo'n onderzoek nodig is.

Topinstituten

Speciaal voor de grotere bedrijven willen Ritzen en Wijers de komende tijd enkele technologische top-instituten van internationale allure opzetten. Universiteiten en andere kennisinstellingen hebben ervoor gepleit om hierbij voort te bouwen op bestaande instelingen. Maar de bewindslieden maakten duidelijk dat ze zich niet teveel willen binden. 'We moeten niet meteen al denken vanuit bestaande structuren en dan kijken hoe je daar toppen uit kan selecteren', betoogde Wijers. 'Het begint met de vraag aan welk onderzoek de bedrijven behoefte hebben. Dan ga je kijken welke `toppen' je kan organiseren, op basis van bestaande competenties'.

Wijers vond dat verschil in volgorde essentieel. En wat hem betreft hoeven de universiteiten niet teveel illusies te hebben. Het gaat om drie tot vijf instituten, waarvan er wellicht maar één zal aansluiten bij universitair onderzoek. En dat hoeft niet noodzakelijk een onderzoekschool te zijn. Bovendien wil hij dat de instituten in elk geval een sterk eigen bestuur krijgen, waarin het bedrijfsleven direct vertegenwoordigd is.

Volgens Wijers moet duidelijk zijn dat de top-instituten er voor de bedrijven zijn. Op die manier wil hij de trend zien te keren dat grote bedrijven steeds meer onderzoek naar het buitenland verplaatsen. 'Het moet ertoe leiden dat bedrijven zich langdurig in ons land vestigen en er onderzoek uitbesteden - net zoals onze grote bedrijven de laatste jaren banden hebben gelegd met instituten in Leuven, Aken en Cambridge.'

Verschillende Kamerleden wilden toch graag de aansluiting bij bestaand onderzoek vastleggen, maar ook minister Ritzen bleek de koers van Wijers te steunen. Voor stimulering van universitair top-onderzoek bestaan volgens hem andere loketten dan het op bedrijven gerichte innovatiebeleid. Een meerderheid van de kamer nam genoegen met deze uitleg. CDA-kamerlid mevrouw Van der Hoeven drong er desondanks met een motie op aan om geen nieuwe techno-instituten op te zetten. De 55 miljoen gulden die de overheid ervoor wil reserveren zou ingezet moeten worden voor 'onderzoeksprojecten bij bestaande instellingen'. Deze motie zal echter niet worden aangenomen.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.