Het budget voor studiefinanciering gaat waarschijnlijk bepalen hoeveel studenten worden toegelaten tot de tweejarige vervolgopleidingen die de universiteiten volgens het HOOP kunnen beginnen. De totale uitgaven aan de studiefinanciering mogen niet stijgen, schrijft minister Ritzen in het HOOP. Het betekent dat er slechts beperkt geld is om studenten die naar de vervolgopleiding kunnen (na een basisopleiding van drie jaar), een beurs te geven.
'Dit stelt nadere voorwaarden aan het selectieve karakter van de vervolgopleidingen', zoals het HOOP vermeldt. Overigen kan de lengte van de vervolgopleidingen variëren van één tot meer jaar. Er wordt gezocht naar een constructie waarbij de universiteiten zelf het beheer krijgen over een budget voor studiefinanciering, zodat zij zelf beurzen kunnen geven aan de excellente studenten die mogen doorstuderen. Een niet in het HOOP vermelde optie hierbij is dat de overheid `centrale polisvoorwaarden' vaststelt. Landelijk wordt dan bepaald hoe hoog de beurs moet zijn, en voor hoeveel jaar die wordt verstrekt. In dat geval bepaalt het budget exact hoeveel studenten naar de vervolgopleiding kunnen. Eerstejaars universitaire studenten die voor 1 februari overstappen naar het hbo, hebben daar recht op drie jaar studiefinanciering. Wie later overstapt, houdt drie jaar over minus het aantal maanden dat hij reeds een beurs heeft ontvangen op de universiteit.
Enkele andere punten uit het HOOP:
* titulatuur: wie na drie of vier jaar in het hbo afstudeert, wordt baccalaureus of ingenieur (ing). Wie een mastersopleiding voltooit, wordt professional master. Gediplomeerden van de toekomstige driejarige opleidingen aan de universiteiten worden eveneens baccalaureus. De studies die vier jaar of langer duren, leiden tot de titel doctorandus, meester (mr) of ingenieur (ir).
* selectie: een klein aantal universitaire top-opleidingen, 'die nu al internationale faam genieten', mogen gaan experimenteren met `selectie aan de poort'.
* stapelen: studenten kunnen niet meer met een propedeusediploma uit het hbo overstappen naar een universiteit. Minister Ritzen verwacht dat het stapelen van studies 'meer dan gehalveerd' wordt als gevolg van bezuinigingen op de studiefinanciering.
* internationalisering: universiteiten en hogescholen moeten meer (betalende) studenten uit het buitenland trekken. Bij de opening van het academisch jaar in Rotterdam beloofde minister Ritzen daarbij 'een steuntje in de rug' door de overheid.
* leren/werken: zowel universiteiten als hogescholen moeten meer aandacht besteden aan wisselend leren en werken. Het aantal deeltijd-studenten in het hbo is veel te ver teruggelopen, vindt minister Ritzen, namelijk van 35 procent in 1980 naar 16 procent in 1994.
* de opleiding politicologie van de Katholieke Universiteit Nijmegen staat op de nominatie om wegens een gebrek aan kwaliteit te worden opgeheven.