Universiteit overweegt studie-beurs in eigen hand te nemen

| Redactie

De vereniging van universiteiten VSNU studeert op een plan waarin de toekomstige minister van Onderwijs nog maar weinig te zeggen heeft over de studiefinanciering. Universiteiten gaan in dit model zelf, onder eigen voorwaarden, beurzen verlenen aan hun studenten. Het plan wordt uitgebroed door een VSNU-werkgroep onder leiding van de Nijmeegse bestuursvoorzitter Stoelinga. Die werkgroep moet voorstellen doen voor een heel nieuw stelsel van studiefinanciering. Zij is nu bezig enkele modellen uit te werken; in februari brengt zij een tussentijds verslag uit aan het VSNU-bestuur.

De werkgroep ziet veel in een model dat de universiteiten de beurzen in eigen hand geeft. De bedoeling daarvan is dat allerlei overheidsregels plaats maken voor de vrije markt. Universiteiten bieden op die markt onderwijs aan, tegen een door henzelf bepaalde prijs, het collegegeld. Studenten kiezen welke universiteit hen de `beste koop' biedt. De voorwaarden die elke afzonderlijke universiteit voor een beurs stelt, kunnen onderdeel van die koop worden.

Het geld dat de overheid aan studiefinanciering besteedt, gaat nu nog rechtstreeks naar de studenten, maar moet in dit model van de VSNU-werkgroep aan de universiteiten gegeven worden. Die zetten met dat geld elk een eigen beurzenstelsel op en sluiten daarover contracten met hun studenten.

Toch krijgen studenten ook in dit model nog steeds geld van de overheid. Niet langer om van te leven - dat geld krijgen ze voortaan immers van `hun' universiteit -, maar alleen om collegegeld van te betalen. Dat collegegeld moet omhoog, zodat het meer een `prijs' wordt voor de werkelijke kosten van het onderwijs. De universiteiten mogen zelf bepalen hoe hoog die prijs precies wordt.

Doordat studenten een fors bedrag voor collegegeld krijgen, worden zij `koopkrachtig'. Dat wil zeggen dat zij met hun geld invloed uitoefenen. Als zij bij een bepaalde universiteit wegblijven, loopt die immers veel geld mis. Universiteiten worden zo dus gedwongen zich iets van de wensen van studenten aan te trekken.

Deze aanpak zet de minister van Onderwijs grotendeels buiten spel, en daar zien de universiteiten voordelen in. Zij ergeren zich er al langer aan dat minister Ritzen door middel van veranderingen in de studiefinanciering ook steeds ingrijpt in het onderwijs zelf. Door alle veranderingen wordt ook de `rechtszekerheid' van studenten aangetast, vinden de universiteiten. Het plan van de VSNU-werkgroep heeft nog een lange weg te gaan. De werkgroep is er zelf nog niet uit en bestudeert ook andere opties. In januari wil zij een aantal knopen doorhakken en misschien legt zij het VSNU-bestuur wel meerdere modellen voor. Pas als de verzamelde universiteiten het eens zijn, kan de politiek bestookt worden.

Maar VSNU-voorzitter Meijerink verwacht dat het sowieso nog jaren kan duren voor de politiek ruimte biedt voor een nieuw stelsel van studiefinanciering. Dat zei hij afgelopen zaterdag tijdens een congres van het Interstedelijk Studenten Overleg. Voor het regeerakkoord dat in 1998 voor het nieuwe kabinet geschreven moet worden, is het nu al vrijwel zeker te laat, aldus Meijerink. Of de politiek uit de voeten kan met een plan dat de studiefinanciering in handen van de universiteiten geeft, is trouwens nog maar de vraag. Tweede-Kamerlid P. Rehwinkel van de PvdA zei tijdens het ISO-congres er in het algemeen weinig voor te voelen het beurzenbeleid aan de afzonderlijke universiteiten over te laten. Wel wil hij erover nadenken of de uitvoering van dat beleid niet aan hen kan worden overgelaten.

Voor dat laatste voelt ook directeur C. van Eykelenburg van het orgaan dat nu met die uitvoering belast is, de Informatie Beheer Groep. Volgens de IBG-directeur is dat eenvoudiger voor studenten - die dan met al hun vragen bij één loket terecht kunnen - en is er zo veel te besparen op administratieverompslomp.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.