De slag is nog niet gestreden

| Redactie

Het zijn spannende tijden in de wereld van de chip- of smartkaarten. In Nederland staan op het gebied van betaalfuncties twee grote kampen tegenover elkaar: PTT Telecom en Postbank met hun 'chipper', de verzamelde banken met hun 'chipknip'. De chipper is al multifunctioneel, de chipknip zal dat mogelijk worden. De kaarten maken echter gebruik van een verschillende technologie. Nogal verwarrend voor de consument. Maar volgens P. Maclaine Pont (IBM Chipcard Team) is de slag om de markt nog niet gestreden.

Maclaine Pont was niet alleen dinsdag voor de prijsuitreiking van de Dr Chip-prijsvraag in Twente (zie voorpagina), maar ook afgelopen week vanwege een mini-seminar over 'Smart consumer devices' in de Drienerburght. Het seminar was bedoeld voor een inventarisatie van de stand van zaken bij de diverse chipkaart-projecten, het uitwisselen van ideeën over de toekomst van 'smart consumer devices' en het vaststellen van samenwerkingsmogelijkheden.

De chipper van PTT Telecom en Postbank bouwt voort op de multifunctionele studentenchipkaart die inmiddels in Twente en Groningen aardig is ingeburgerd. Die studentenchipkaart is overigens volgens Maclaine Pont nog steeds de 'enige operationele multi-applicatiekaart ter wereld'. De andere banken experimenteren in Arnhem met de chipknip met een specifieke betaalfunctie. Naar verwachting wordt die chipknip echter binnenkort ook multifunctioneel.

Het probleem is dat de beide kampen op deze markt elk een eigen technologie hebben gekozen. PTT Telecom en Postbank hanteren bij de chipper een zogenaamde open technologie en baseren zich daarbij op de Europese telecomstandaard, de andere banken kozen voor hun chipknip-experiment in Arnhem een exclusief, gesloten systeem. De banken claimen, ten onrechte volgens Maclaine Pont, zich op de Europese bankenstandaard te baseren. Maclaine Pont stelt zich in deze strijd neutraal op: IBM levert de technologie, maar is geen partij in het betaalverkeer. Wel is IBM voorstander van een open technologie.

De IBM-expert voorziet aan het chipkaartenfront een spoedige integratie van betaalfunctie- en spaarsystemen. De chipknip-groep heeft al een overeenkomst met de partijen achter het airmiles-systeem (Albert Heijn, Shell, V&D). De nieuwe airmiles-spaarkaart wordt een multifunctionele chipknip. Een ander consortium (Esso, Edah, Hema en C&A) gaat met de chipper in zee. Ook het midden- en kleinbedrijf en de Rabobank hebben spaarkaartplannen.

Maclaine Pont: 'De partijen proberen via de verschillende spaarsystemen in snel tempo de detailhandel voor hun eigen chipkaarttechnologie te vangen. De strategische inzet is de vraag welk systeem leidend wordt. Een punt daarbij is dat de huidige pincode-terminals in winkels, die nu gebaseerd zijn op de magneetkaart, binnenkort geschikt moeten worden gemaakt voor de chipkaart. De Nederlandse banken wensen omwille van een overzichtelijk betalingsverkeer beide functies liefst in één apparaat gecombineerd zien.'

Standaardisering werkt echter alleen bij collectieve afspraken. Dat de kampen nog steeds tegenover elkaar staan wijt Maclaine Pont aan belangentegenstellingen en aan een zekere 'commerciële onvolwassenheid'. 'Niemand wil afhankelijk worden van de infrastructuur van de ander. Men is het in deze jonge branche gewoon nog niet gewend om tegelijkertijd samen te werken en toch te concurreren', stelt Maclaine Pont. 'De commerciële emoties lopen zelfs op topniveau hoog op. Dat is echt typerend voor zo'n eerste confrontatie.'

Nederland is volgens Maclaine Pont net als Duitsland een snel groeiend chipkaart-land. In andere Europese landen gaat de ontwikkeling minder snel. Dat heeft onder meer gevolgen voor de zo gewenste internationale standaardisering. Nederland zal echter doorgaan, denkt Maclaine Pont. Inmiddels gebruiken 100 à 200 duizend Nederlanders een chipkaart met betaalfunctie.Eind 1996 zullen dat er waarschijnlijk ruim een miljoen zijn.

Met de multifunctionele studentenchipkaart gaat het intussen prima. Het experiment van de Informatiseringsbank, IBM en PTT Telecom in Twente en Groningen (UT, Rijksuniversiteit Groningen, Hanzehogeschool Groningen) mag, zo wees een evaluatie eerder dit jaar uit, ondanks wat kinderziektes geslaagd worden genoemd, ook wat betreft gebruikersgemak. Volgens Maclaine Pont krijgen komend studiejaar ruim 100 duizend studenten zo'n chipkaart.

Op dit moment fungeert de kaart als collegekaart, bibliotheekpas, telefoonkaart, eventuele campuskaart en campusportemonnee. Daar kunnen gezien de capaciteit van de kaart nog wel vijf of zes opties bij, aldus Maclaine Pont. De OV-functie is overigens onlangs door de Informatiseringsbank van de kaart gehaald. Er wordt wel geprobeerd om de kaart toch bruikbaar te houden bij de NS-stations van Enschede en Hengelo en op de lokale buslijnen.

Dankzij het ISI-project (IBM Smartcard Identification) kunnen inmiddels 160 UT-studenten zich thuis met behulp van hun chipkaart en een speciale chipkaartlezer (dr Chip) via UT-net of telefoonlijn elektronisch identificeren bij de CIV-server, om vervolgens in de bestanden tentamencijfers te bekijken of een bepaald aantal studiegegevens in te zien en zelf te wijzigen.

Voor dit experiment met Internet-authenticatie - waarvan software en hardware door UT-studenten zijn ontwikkeld - voorziet Maclaine Pont een grote toekomst. Een nieuw Surfnetproject (het Home Office-project) brengt nieuwe Internettoepassingen binnen bereik. Zoals het gratis downloaden van software. Voor dit project is wel een ISDN-aansluiting nodig. Voor bibliothecair leenverkeer wordt mogelijk ook een beperkte betaalfunctie opgenomen.

Maclaine Pont is niet bezorgd over de veiligheid van de chipkaart. Vergeleken met een magneetkaart zijn chipkaarten eigenlijk niet te kraken, want geëncrypteerd en niet kopieerbaar. Tegen verlies of diefstal is bovendien een pincode ingebouwd. En in geval van Internet-authenticatie wordt misbruik onmogelijk gemaakt door een 'elektronische handdruk' waarbij beide 'partijen', de kaart en de UT, de geheime sleutel bezitten ('two-party authentication').

Critici stellen vast dat op chipkaarten tot nu toe geen beveiligingsinformatie staat die niet bij de uitgever van de kaart (b.v. de bank) bekend is. De uitgever authenticeert m.a.w. zijn eigen kaart, en dat leidt tot een zekere fraudegevoeligheid (via bankpersoneel). Daarom is wel voorgesteld om de kaarten te laten uitgeven door een zelfstandig bedrijf. De met de kaart te zetten digitale handtekening zou dan weer met behulp van een onvervalsbaar certificaat bij de bank moeten worden geauthenticeerd.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.