Volgens E. van Leer, hoofd AMD, is bij de verbouwing inderdaad veel misgegaan. De mate van overlast is veel groter geworden dan oorspronkelijk voorzien, en er is bij de bewoners onvrede over de gepleegde voorlichting ontstaan. Maar ook zijn eigen dienst treft blaam. 'We hebben de bewonersklachten wel degelijk serieus genomen, maar misschien toch wat laat gereageerd. Het is jammer dat we pas in laatste instantie bij de verbouwing betrokken zijn. Zo beland je teveel in overlegsituaties achteraf.'
Van Leer wil dit voortaan anders aanpakken. 'We willen vanuit de nieuwe arbo-normen in dit soort situaties eerder kunnen ingrijpen, en liefst ook meer preventief gaan werken. Onze dienst moet maar eens wat strenger worden, net als bijvoorbeeld de Instellings Accountantsdienst. Niet alleen bij onveilige, maar ook bij ongezonde situaties. Daarvoor is het wel van belang dat we niet, zoals nu, pas in de eindfase maar al in de ontwerpfase bij bouw- of verbouwingsplannen betrokken worden', aldus Van Leer.
De AMD-brief wijst er wel op dat er wel degelijk maatregelen genomen zijn om de veiligheid en gezondheid van bouwvakkers en bewoners te waarborgen. Nadat de bewoners met hun klachten naar buiten traden - onder meer in een 'protestbrief' aan DCV, zie UT-Nieuws van 9 mei - zijn voorts aanvullende maatregelen genomen, zoals metingen van geluidsoverlast en stof- en PAK-concentraties in de lucht, extra schoonmaakrondes, betere stofwerende schermen en verplaatsing van het sloopwerk naar de avonduren.
Directeur Campusvoorzieningen W. Bout heeft overigens krachtig afstand genomen van de boze brief van de Vrijhofbewoners. In een schriftelijke reactie zegt hij het 'buitengewoon' te betreuren dat men de onvrede over de overlast op deze wijze naar buiten heeft gebracht, temeer daar men hierover op geen enkele wijze 'normaal' met hem gecommuniceerd heeft.
Daarmee laadt men volgens Bout de schijn op zich 'meer geïnteresseerd te zijn in het aanwijzen van zondebokken en het beschadigen van mensen dan in het oplossen van problemen'. De wijze waarop de ondertekenaars de volgens hen tekortschietende voorlichting over de verbouwing in hun brief afschilderden is voorts een 'karikatuur' van de werkelijkheid. Bout vindt dat de brief de medewerkers van Facilitair Bedrijf en Campusvoorzieningen die belast zijn met de verbouwing, 'buitengewoon onheus' behandelt.
