De U-raad besloot tot het initiatief omdat CvB en U-raad niet tot een eensluidend instellingsstandpunt over de MUB lijken te komen. De meningsverschillen zijn te groot. Ook aan andere universiteiten bestaat dit probleem, en dat is de reden waarom vrijwel geen enkele instelling tot nog toe officieel op Ritzens wetsontwerp heeft gereageerd. Omdat de U-raad vindt dat er toch een soort UT-standpunt moet komen, streeft hij daarom maar naar een gezamenlijk standpunt van U-raad en faculteitsbesturen.
De U-raad stelt in zijn schrijven dat het 'ingrijpende' wetsontwerp van Ritzen niet gebaseerd is op een gedegen analyse van de ervaringen met de huidige bestuursstructuur volgens de huidige wet, de WHW. Zo acht de raad het idee dat de '(vermeende) trage besluitvorming' aan de universiteiten te wijten is aan de raden, een 'hardnekkig misverstand'. Het is volgens de raad dan ook de vraag of het voorstel echt leidt tot een betere bestuursstructuur.
Zolang een gedegen analyse ontbreekt moet de Tweede Kamer het wetsontwerp niet in behandeling nemen, vindt de U-raad, die wel beklemtoont niet tegen herziening van de bestuursstructuur op zich te zijn. De raad wil dat er een experimenteerartikel in de huidige wet wordt opgenomen, zodat instellingen de kans krijgen een eigen structuur te ontwikkelen.
Volgens de U-raad zijn het universitair onderwijs en onderzoek niet gebaat bij de top-down aanpak van de MUB. De voorgestelde topstructuur betekent meer 'gremia', langere 'lijnen' en dus minder slagvaardigheid. Het oude consensusmodel maakt plaats voor een conflictmodel. Op alle niveaus wordt teveel gezag bij 'derden' gelegd (raad van toezicht, beroepsdecanen).
De raad vindt verder dat studenten als 'professionals in wording' mee moeten blijven praten over onderwijs en onderzoek. De raad voelt er dan ook niets voor om studenten louter als 'klant' te zien en onder te brengen in een aparte studentenraad (vergelijk de patiëntenraad in een ziekenhuis).
Hoewel Ritzen zegt te willen besturen 'op afstand' en de universiteiten meer autonomie te willen geven, valt volgens de U-raad van een vermindering van Zoetermeerse bemoeienis in de MUB weinig te bespeuren. Via de 'trits' raad van toezicht, CvB, faculteitsdecaan, kan de minister straks 'tot diep in de faculteit' zijn invloed laten gelden, aldus de raad.
