D.B. Hammadi (Twice Training bv) acht het 'niet opportuun' om zich publiekelijk uit te laten over een zaak die hangende is. Hij bevestigt alleen dat er inderdaad een 'probleem' ligt. Aanleiding voor de genoemde brief (d.d. 9 januari) was volgens Hammadi een 'vrij oud' Internet-document van het ministerie van EZ waarin naar TWICE wordt verwezen. De brief was gericht aan CIV-directeur drs. A. Koppen, die hem heeft doorgestuurd naar CvB en TWICE. Twice Training bv vormt samen met Twice Technology bv en Twice Consultancy bv het Driebergense automatiseringsbureau Twice, waar dertig mensen werken.
Van de Twentse 'peetvaders' van TWICE is prof.dr. J. Scheerens (OCTO) buitenlands en onbereikbaar voor commentaar. Prof.dr. F. van Vught (CSHOB) is er wel. Hij heeft een kopie van de brief gezien. 'Ik moet bekennen dat ik de naam TWICE zelf heb bedacht; ik vond het wel leuk gevonden. Maar als dat Driebergense bedrijf hem gedeponeerd heeft, kunnen we met het vasthouden aan die naam last krijgen.' Dan wordt het een CvB-zaak. 'Mijn mening is dat we in dat geval van de naam TWICE af moeten', aldus Van Vught.
Achtergrond
Achtergrond van deze opvatting is het feit dat het CSHOB een dergelijke zaak vorig jaar zelf heeft meegemaakt. Het CSHOB staat buiten de landsgrenzen bekend als Centre for Higher Education Policy Studies (CHEPS). Bij toeval werd ontdekt dat een klein onderzoeksinstituut aan de University of South California dezelfde naam voerde. Daarop werd onmiddellijk actie ondernomen. Met succes, zegt Van Vught. 'Omdat onze naam via het Europees Merkenbureau beschermd is, moesten de Amerikanen hun naam wijzigen.'
Dr.ir. F. Schutte (CvB-portefeuillehouder TWICE) tilt niet zo zwaar aan de kwestie: 'De namen zijn verschillend - Twice Training versus TWICE - en zoiets komt vaker voor. Zolang de activiteiten niet overlappen lijkt het me niet zo'n probleem, maar het wordt uitgezocht.' UT-jurist mr. F. Groot bestudeert de zaak. Hij heeft nog geen contact gezocht met Twice. 'Ik neem het met een korreltje zout. We moeten uitzoeken of de naam Twice beschermd is. Vervolgens kunnen we onze naam aanpassen. Of niet.' CSHOB-directeur Van Vught benadrukt dat TWICE slechts een 'werknaam' is. 'Formeel bestaat TWICE nog niet eens. Misschien dat we het over die boeg moeten gooien.'
Het onderzoeksinstituut TWICE komt uit de koker van minister Ritzen, die het plan voor de oprichting begin 1995 bekendmaakte. Ritzen besloot toen ook dat TWICE te zijner tijd aan de UT zal worden gevestigd. TWICE krijgt een basisfinanciering van 900 duizend gulden per jaar. De helft van dat bedrag betaalt het ministerie. De andere helft wordt bijgelegd door de UT - dat wil zeggen door CSHOB en OCTO. Deze instituten zullen via gedetacheerde medewerkers de feitelijke uitvoerders worden van het TWICE-onderzoek.
De oprichting van TWICE - gepland voor voorjaar 1995 - werd afgelopen zomer echter uitgesteld. De U-raad maakte in juni bezwaar tegen de opzet. Het instituut zou niet meer zijn dan een 'loket' van CSHOB en OCTO voor het binnenhalen van contractonderzoek; een volwaardig eigen onderzoeksprogrammazou ontbreken. Verder vond de raad de bestuursstructuur ondeugdelijk ('een monstrum') en was er onzekerheid over de door de UT te maken kosten. Toen eind juni ook het ministerie ontevreden bleek over de organisatorische en inhoudelijke kanten van TWICE, koos ook het CvB voor uitstel.
Over de voortgang valt intussen weinig nieuws te melden. Er wordt vanuit CSHOB en OCTO gewerkt aan een nieuw voorstel voor de opzet van het onderzoeksprogramma van het instituut. Schutte: 'Het gaat om de vraag hoe TWICE een eigen gezicht kan opbouwen met behoud van de verworvenheden van OCTO en CSHOB. Een nader voorstel zal t.g.t. met het ministerie worden doorgesproken. Ik verwacht daar binnen enkele maanden uit te zijn.' Het definitieve groene licht voor de start van TWICE moet echter van OCW komen.