Stork-UT prijswinnaar Georges Beukering

| Redactie

Vijfdejaars TW Georges Beukering ontving vorige week dinsdag de Stork-UT prijs wegens zijn goede studieprestaties en nevenactiviteiten. Hij zat onder meer in het bestuur van de studievereniging, de universiteitsraad en de faculteitsraad. Na zijn studie wil hij het bedrijfsleven in. Maar een overstap naar de politiek, à la Bolkestein, sluit hij niet uit. 'Het politieke spel is namelijk op een eerlijke manier met elkaar vechten. En ik ben wel een beetje een vechtersbaasje.'

Monica van der Garde

Vroeger wilde Georges Beukering altijd geneeskunde studeren. Dat was de enige reden waarom hij zich op het Stedelijk Gymnasium in Nijmegen in de exacte vakken verdiepte. Maar de schoonheid, de zuiverheid van de wiskunde verleidde hem. Rechttoe, rechtaan, één oplossing, ja of nee.

Vanwaar dan de interesse voor de politiek, een wereldje waarin geen enkele vraag ooit met een eenvoudig ja of nee wordt beantwoord? 'Mijn ouders zijn met een duur woord, politiek geëngageerd. Ze zijn echt producten van de jaren zestig. Er werd en wordt bij ons thuis veel over politiek gepraat.' Discussiëren heeft hem altijd getrokken. Op 't gym verdedigde hij, uit een 'redelijk arm gezin', tussen tandarts- en dokterszoontjes, het uitkeringsstelsel. 'Als persoon vind ik mijzelf niet spijkerhard. Maar op de middelbare school merkte ik dat het een wapen is als je kunt babbelen. Ik voelde mij daar redelijk zeker in.'

Georges had hard gewerkt, deed in negen vakken eindexamen. Zijn studietijd, nam hij zich voor, moest méér zijn dan studeren. Hij wilde er ook iets van maken op sociaal en politiek gebied, was dus al in het eerste jaar lid van een commissietje van studievereniging Abacus en nam als tweedejaars zitting in het bestuur. Geen zorgvuldig uitgestippeld traject overigens, wèl een bewuste keuze om actief te worden.

Door zijn bestuurswerk kwam hij in aanraking met allerlei andere organen. De U-raad leek hem wel wat. Niet omdat hij in medebestuur door studenten een ideaal zag. 'Ook de IK of de organisatie van de bedrijvendagen zijn door mijn hoofd geschoten. Het nadeel van dat soort commissies is dat er een draaiboek klaarligt. Je doet voor 80 procent hetzelfde als vorig jaar. Het werk in de U-raad is veel spannender. Dan plons je echt in het diepe. Er is geen hond die je helpt.'

Via docent en U-raadsvoorzitter Nico van Eck, 'een man met een enorm leuk gevoel voor humor, kwam hij bij de pragmatici van Democraten Drienerlo terecht. Vol idealen zit Beukering niet. 'Idealen belemmeren je ook.' Fractievoorzitter Hans Weber zei over hem dat hij een goed gevoel voor rechtvaardigheid heeft. Dat bevalt hem.

In de U-Raad heeft hij, van alle activiteiten, het meest geleerd. Voor het eerst zat hij tegenover doorgewinterde bestuurders. Hij heeft ook het gevoel dat ze wat hebben kunnen bereiken. Noemt het Polaroidpand, dat gered is van te veel bestuurlijke bemoeienis van de campus, het ongedaan maken van de 'terugwerkende kracht' in de nieuwe regeling voor de afstudeersteun, en een door DD georganiseerde conferentie over studentenactivisme.

Na de U-raad was hij een veelgevraagd man. Hij zat een jaar in de faculteitsraad, minder spannend want kleinschaliger. En is lid van verschillende commissies.

De U-raad beschouwt Beukering als zijn beste ervaring. 'Het was echt een fantastisch jaar. We vormden als studenten van DD een heel hecht team, werden een clubje vrienden. Het was ook een heel erg sociaal jaar.' Wat hij niet leuk vond was 'het gedoe' rond de MUB. 'Het waren vervelende, langevergaderingen, niet constructief. Vanaf de eerste seconde was sprake van een patstelling.'

Studenten moeten ook niet 'overal en op alle plekken' zeggenschap hebben, vindt hij. 'Een student zal niet wakker liggen van wat hij heeft veroorzaakt. Sommige studenten kramen gewoon onzin uit. Als in de U-raad de begroting werd behandeld, hielden studenten hun mond.' Zo hoort het.

De scheiding in ondernemings- en studentenraden vindt hij dan ook wel prima, dat medebestuur medezeggenschap wordt niet. 'Zonder bevoegdheden is een raad een lege huls. Dan krijg je een sfeer van klagen en zeuren.'

Van de plannen voor een campuszelfbestuur door studenten, is hij een warm voorstander. 'Geef studenten een bak met geld en laat ze het verder zelf uitzoeken.'

Tempobeurs en prestatiebeurs maken het moeilijker studie en nevenactiviteiten te combineren. 'Je kunt die activiteiten niet als een vervanging van een deel van je studie zien. Je moet het er naast doen, het is voor een deel vulling van je vrije tijd. Mensen die zin hebben om daarvoor tijd vrij te maken blijven er. Maar je moet er als universiteit wel voor kiezen bepaalde zaken door studenten te laten uitvoeren.'

Die activiteiten, daar wil hij niet geheimzinnig over doen, doe je als student óók voor je zelf. 'Er zijn veel goede studenten. Als je bepaalde functies wilt, moet je jezelf verkopen. Ik geloof niemand die actief is en zegt dat-ie daarbij nooit aan zijn cv denkt. Uiteindelijk moet je je wel afvragen of je ergens echt zin in hebt, anders heb je er geen voldoening van en dan lukt 't niet.'

Met het prijzengeld van tienduizend gulden gaat hij op stage naar de VS. Een deel ('echt geen negenduizend gulden') heeft hij als Sinterklaas aan zijn zus, met gat in de hand, gegeven. Ze is net begonnen met de theateropleiding in Amsterdam, na jaren modderen. Niet dat hij de lieve broer wil uithangen. 'Ik vind het gewoon leuk, een stimulans.'

Toneel, daar is hij mee grootgebracht. Zijn ouders hebben een theater in Nijmegen, zijn vader regisseert, zijn moeder acteert. Enschede en Hengelo, zegt hij, staan wat cultuur betreft ongeveer in de koeienstront. Naar Concordia gaat hij graag. Een acteur is-ie niet. 'Maar het is wel zo dat ik het niet leuk vind als ik geen aandacht krijg.'

Georges Beukering

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.