Technische vervolgopleidingen hebben, landelijke voorlichtingscampagnes zoals 'Kies Exact' ten spijt, al jaren te kampen met een gestaag teruglopende instroom. Bovendien stoppen relatief veel studenten voortijdig met hun technische studie. Dit heeft directe gevolgen voor de arbeidsmarkt, die in de zeer nabije toekomst te kampen krijgt met een tekort aan voldoende technici.
'Technici die', zo stelde H.B.M. van der Laan (plaatsvervangend directeur-generaal Industrie & Diensten van het ministerie van Economische Zaken), 'hard nodig zijn, omdat het toepassen van technologische kennis cruciaal is voor de internationale concurrentiekracht van het Nederlandse bedrijfsleven. De toekomstige economische groei van Nederland staat of valt met technologische vernieuwingen.'
Mensenwerk
Waarom kiezen steeds minder scholieren voor een technische vervolgstudie? Volgens C. de Beurs, die is verbonden aan het Amstel Instituut van de UvA en middels het project Techniek 15+ werkt aan de invoering van motiverend techniekonderwijs in havo en vwo, zijn er genoeg scholieren die qua vakkenpakket en prestaties voor een technische studie zouden kunnen kiezen: 'Alleen gaat een substantieel aantal van hen uiteindelijk rechten of medicijnen studeren. Kennelijk is er iets flink mis met het imago van technische bedrijven, technische beroepen en technische opleidingen.'
'De voorlichtingscampagnes en gesponsorde populaire tv-programma's over techniek, die door overheid, bedrijfsleven en instellingen worden ingezet, hebben nauwelijks invloed op het keuzegedrag van leerlingen in het voortgezet onderwijs', aldus De Beurs. Het onderwijs zelf moet je veranderen: 'In het voortgezet onderwijs worden inmiddels projecten op het gebied van natuur & techniek en natuur & gezondheidszorg geïntroduceerd. Universiteiten en hogescholen zouden er goed aan doen bij deze projecten aan te sluiten. Dat kan bijvoorbeeld door daar practicumlokalen in te richten waar scholieren een deel van hun project kunnen uitvoeren. Of door het ontwikkelen van een, aan de vervolgopleiding gekoppelde, internet-site waar leerlingen de benodigde informatie moeten halen. En passant kan een instelling dan voorlichting over haar opleidingen aanbieden.'
Want de voorlichting aan vwo'ers kan volgens De Beurs beter: 'Veel te vaak laten faculteiten tijdens voorlichtingsdagen leuke technische kunstjes zien. Scholieren hebben meteen in de gaten dat het daar tijdens de studie niet om gaat. Je kunt veel beter proberen iets van de sfeer van de opleiding over te dragen. Bovendien is techniek veel meer dan alleen maar op een Willy Wortelachtige manier slim zijn - technologie is mensenwerk. Ingenieurs proberen in multidisciplinaire teams samen een probleem op te lossen, en komen er dan achter dat de beste technische oplossing niet ookautomatisch de meest wenselijke oplossing is. Je moet als instelling uitdragen dat techniek direct ingrijpt in de samenleving.'
'Studenten kopen'
Professor A. Verruijt, verbonden aan de faculteit Civiele Techniek van de TU Delft en voorzitter van de landelijke commissie die de teruglopende techniekbelangstelling onderzocht, vindt dat universiteiten ook op onderwijsgebied nog aanzienlijke verbeteringen moeten realiseren: 'Professoren en docenten zijn te veel gericht op onderzoek, het aantal publicaties dat ze per jaar moeten afleveren en de buitenlandse congressen die ze mogen bezoeken. Daar wordt het onderwijs, vooral de eerste twee à drie jaar, niet beter of interessanter van. Gezien het universitaire financieringsmodel is de nadruk op onderzoek overigens niet zo gek. Voor onderwijs ontvang je een vast bedrag, terwijl iemand die veel publiceert extra geld voor onderzoek krijgt: niet erg motiverend om veel energie en tijd in onderwijsverbeteringen te steken.'
Blijft de belangstelling voor techniekonderwijs afnemen dan moeten technische universiteiten 'studenten maar gewoon kopen.' Verruijt: 'Nu geven de drie tu's studenten die op het vwo goed scoren ook al een extra zakcentje en duren technische studies een jaar langer.' De toehoorders betwijfelden of je daar het probleem wel mee oplost. Door extra geld te geven versterk je juist het imago van zwaar en moeilijk. Ook van het bedrijfsleven hoeven instellingen volgens G. Renique, onderwijsspecialist van de werkgeversorganisatie VNO-NCW, geen substantiële geldstroom te verwachten: 'Dat bedrijven nu beurzen, baangaranties of andere steun geven is een signaal richting samenleving en politiek. Maar het dreigende structurele tekort aan technici zal door de overheid en instellingen zelf aangepakt moeten worden.'
Regeerakkoord
Het laatste deel van de ingenieursdag besteedden de overwegend grijzende deelnemers aan het formuleren van een paragraaf over technisch onderwijs voor het regeerakkoord 1998-2002. De belangrijkste conclusies: een speciale staatssecretaris (voor een beperkte periode) moet verantwoordelijk worden voor al het techniekonderwijs. Daarmee laat de 'BV-Nederland' zien dat haar prioriteiten bij kennis en technologie liggen. Het studiefinancieringsstelsel moet zo ingericht worden dat studenten risicovolle (lees: moeilijke technische) studies niet meer vermijden. Bijvoorbeeld door studenten gedurende hun studie telkens onvoorwaardelijk één jaar beurs te geven. Pas wanneer een student een heel studiejaar haalt, krijgt hij of zij geld voor een volgend jaar. Doet een student langer over een jaar, dan kan hij of zij renteloos geld lenen. En al op havo en vwo moet aanschouwelijk gemaakt worden dat techniek meer is dan alleen formules uit het hoofd leren. De lesprogramma's en boeken moeten daarvoor worden vernieuwd en docenten zouden moeten worden bijgeschoold.
SIJAS AKKERMAN