Wouter van Tol zou zijn stageopdracht uitvoeren voor Millicom International Cellular in Londen, dat deelneemt in Mobitel. Deze joint venture is de provider van het enige digitale netwerk voor mobiele telefonie in Cambodja. De bedoeling was de verspreiding van mobiele telefoons in kaart te brengen en toekomstige ontwikkelingen te voorspellen. Het zou gaan om een zogenaamde segmentatieverkenning: hoe zit de digitale telefoonmarkt in elkaar, wie zijn de gebruikers en wat zijn de verwachtingen?
Van Tol: 'Cambodja telt niet meer dan zo'n 65 duizend gebruikers. Een mobiele telefoon kost al gauw driehonderd dollar per maand en dat is voor Cambodjaanse begrippen een hoop geld. Desondanks gaat het om een enorme groeimarkt. Men is bereid er veel geld voor neer te tellen, omdat het vaste telefoonnet zo slecht is. En het geeft status. Het is voor de Cambodjanen vaak hun eerste telefoonapparaat. Mensen om me heen waren voorzien van zo'n apparaat en dat bleek in de gebeurtenissen die zouden komen een welhaast levensreddend communicatiemiddel.'
Paar kogels
Van Tol, veilig thuis, maar nauwelijks van de schrik bekomen: 'In Cambodja en vooral Phnom Penh zijn ze de laatste decennia gewend aan geweldadigheden. Ze schrikken niet meer van een paar kogels. Er gebeurt altijd wel iets, maar op beperkte schaal. Dit keer was het echt menens.'
Een studie naar het digitale telefoongebruik in het politiek onstabiele Cambodja leek hem een mooie uitdaging, nadat hij was getipt door een medewerker van de Vakgroep Ontwikkelingskunde. Die was er geweest en had geconstateerd dat de kust veilig was. 'Alle informatie over de situatie ter plekke wees er op dat je er zonder problemen heen kon. De staatsgreep kwam totaal onverwacht ook voor de meest doorgewinterde Cambodja-kenners.'
Van Tol vertelt dat het arme Cambodja, dat leeft van rijst, vis en bosbouw, al drie decennia lang het toneel is van strijdende partijen. Tot voor kort vochten de Rode Khmer vanuit de jungle tegen de regeringstroepen. De leiding van het land berustte, tot de staatsgreep, bij Hun Sen, de leider van de voormalige communisten en bij de royalist Ranariddh, de zoon van de koning. Dit wankele machtsevenwicht, een compromis dat voortkwam uit de interventie van de Verenigde Naties, bleef louter overeind door hun gemeenschappelijke strijd tegen de terreur van de Rode Khmer.
Van Tol: 'Rode Khmerleider Pol Pot wordt beschouwd als de moordenaar vantwee miljoen landgenoten. De Rode Khmer zijn ook echte buitenlandhaters. Nadat Pol Pot was afgezet als leider, zocht Ranariddh toenadering tot Rode Khmerleden. Hun Sen beschuldigde daarop Ranariddh ervan te heulen met de vijand en legitimeerde daarmee zijn machtsgreep.
'Hun Sen en Ranariddh zijn beiden even slecht en hielden er een eigen leger op na dat voortdurend werd versterkt. De laatste maanden was er een soort wapenwedloop aan de gang, maar de escalatie werd pas volgend jaar mei, bij de verkiezingen, verwacht. Beide heren plegen roofbouw op het land en spekken hun eigen portemonnee. Er is bijvoorbeeld geen enkele controle op het kappen van bossen en visvangst. Hun Sen heeft op een strategisch handig moment toegeslagen en is nu alleenheerser.'
Tanks
Dat ging dus, zoals gezegd, niet zonder slag of stoot. Op het moment dat Wouter van Tol en een collega-stagiaire, die Small Business doet, zich opmaakten om het voormalig martelcentrum Tuol Sleng te bezoeken- het was zaterdag de vijfde juli- hoorden ze geweervuur en rolden de tanks door de straten. 'We schrokken ons kapot. De motoren die we die dag hadden gehuurd konden we net op tijd inleveren, zodat we weer over onze paspoorten, die we als onderpand hadden afgegeven, konden beschikken.'
Met een stuk of twintig andere buitenlanders - werknemers van multinationals, leden van Artsen zonder Grenzen en enkele locals, nam men zijn intrek in het huis van één van hen, baricadeerde de deuren en wachtte gespannen de gebeurtenissen af. Er was voor een paar dagen eten en drinken ingeslagen. 'De twee legers bestreden elkaar in onze wijk. Ons houvast was dat wij buitenlanders niet het doelwit van de beschietingen waren. Maar je moet je onzettend koest houden en niets uitlokken. Onze angst was vooral dat er op een kwaad moment een soldaat de deur zou intrappen, ons al of niet zou neerknallen en ons zou beroven van ons geld. Wat ik bij me had aan maandgeld zou voor hem, omgerekend, een heel jaarsalaris hebben betekend.' De kogels floten over het huis, maar de gevreesde treffer of inval bleef uit. Een naburig bordeel moest het wel ontgelden. Het pand werd opgeblazen, de meeste aanwezigen vonden de dood.
Leiding
'De mensen van Artsen zonder Grenzen hadden in feite, op basis van hun jarenlange ervaring, de leiding van het gezelschap. Zij maakten ook de afweging tussen op een onbewaakt moment vluchten naar veiliger oorden, of geduldig wachten op hulp van buitenaf. We kozen voor de laatste optie nadat we via onze telefoons en de radio in één van de Landrovers van Artsen zonder Grenzen, hadden vernomen dat vluchtpogingen van andere buitenlanders desastreus waren gestrand.'
Kort na het begin van de schermutselingen kon de gehele wijk met behulp van het Rode Kruis worden geëvacueerd naar een pand van Artsen zonder Grenzen, elders in Phnom Penn. Van daar uit legden Van Tol en zijn studiegenoot, die ook bij Mobitel stage liep, telefonisch contact met hun werkgever. Tot hun opluchting vernamen ze dat het bedrijf samen met Coca Cola, Suzuki en Heineken voor hun werknemers een vliegtuig gecharterd had.
Van Tol: 'Niemand in onze groep mocht daarvan weten, had de bedrijfsleiding ons opgedragen. Uit veiligheidsoverwegingen en om een run op dat vliegtuig te voorkomen. Maar zoiets knaagt wel. Je trekt immers een paar dagen intensief met de andere buitenlanders op en je wilt in feite niets stiekum doen. Maar het kon niet anders, beseften we. We hebben een beperkt aantal mensen in vertrouwen meegedeeld dat we stilletjes zouden verdwijnen en daar wasbegrip voor.'
En zo bereikte het duo onder militaire begeleiding ('daar was uiteraard dik voor betaald') veilig het vliegveld en landde Wouter van Tol een paar uur later in Bangkok, waar het nieuws van de staatsgreep op televisie was. 'Ik zag mezelf, als een de vluchtelingen, uit het vliegtuig komen. Dat is wel raar.'
Diepe indruk
'Hoe ik op mijn Cambodja-avontuur terugkijk? Het heeft diepe indruk op me gemaakt. Ik heb er ontzettend veel van geleerd. Ik ben mijn naïveteit, voorzover nog aanwezig, in een paar dagen kwijt geraakt. Het blijkt dat ik mezelf in moeilijke omstandigheden kan redden. Je bent veelal op je eigen vermogen aangewezen. Een sociaal netwerk is daarbij erg belangrijk. En natuurlijk mijn telefoontje. Lijken heb ik gelukkig niet gezien, wel veel schade. Trauma's heb ik er dan ook niet aan over gehouden. Jammer dat ik de rest van Cambodja niet heb kunnen bekijken.'
Zijn studiemissie naar Cambodja is zeker niet mislukt, zegt hij. 'Ik heb met mijn stagebegeleider afgesproken dat ik er vanuit de UT verder aan kan werken. Het zal alleen iets theoretischer worden. En misschien dat ik toch nog een keer naar Cambodja afreis'.