Op tafel ligt het Instellingsplan 1983-1987, aan welk boekwerk hij reeds 'vanuit de coulissen' zoals hij hetzelf noemt, meewerkte. Van Buchem herinnert zich die periode als een tijd van flinke landelijke bezuinigingen- de tvc-operatie zorgde voor de nodige deining- én de bestuurlijke ommekeer. Bestuurlijke kanjers als de toenmalige rector Harry van den Kroonenberg en collega-CvB-lid Erik Bolle loodsten de (toen nog) THT behendig door de storm heen, vertelt Van Buchem. 'Twente kwam er met 2,5 budgetreductie genadig af. De klap kwam pas toen het CvB besloot er eigener beweging een dezelfde bedrag aan bezuinigingen bovenop te zetten. Vernieuwingen moesten een kans krijgen, doodgebloede activiteiten werden gestopt.'
Van Buchem: 'In feite was dat het moment van de bestuurlijke ommekeer. Het was uit met de pret. Klein, knus en relatief rijk, het was voorbij. De UT was geen buitenbeentje meer, kon zich ook niet meer aanstellen als Calimero. Van den Kroonenber, de geestelijke vader van de ondernemende universiteit, beschouwde de UT als een kennisberg die nodig moest worden afgegraven. Dat gebeurde. De tweede en derde geldstroom, tot dan bijna een besmet woord en qua omvang weinig voorstellend, kwam onder zijn bewind langzaam in beweging. De term ondernemende universiteit was van hem. Evenals de doe-universiteit trouwens. Met het aantreden van Harry Fekkers als hoofd planning (later hoofd FEZ, red.) kwam het begrip strategie in beeld'.
Van Buchem herinnert zich ook nog hoe, bijna twintig jaar geleden, met name de faculteit CT diep moest snijden in eigen vlees. 'Dat kwam mede doordat nieuwe studies als Bestuurskunde, Informatica en Toegepaste Onderwijs moesten groeien en de studentenaantaantallen bij CT terugliepen. 'Er diende een reductie te komen van 25% op de vaste staf. De faculteit ging door een diep dal, maar kwam na verloop van tijd als herboren terug. Als geen ander boorde de faculteit externe geldstromen aan om te overleven. Ik vond dat een hele knappe exercitie.'
Eigenkweek-medewerker Van Buchem was, na studies elektrotechniek en bedrijfskunde, achtereenvolgens stafmedewerker planning (later hoofd), interim-directeur faculteit EL en adjunct-secretaris tot 1997. Daarna leidde hij het bureau beleidsondersteuning.
Wat is er al die tijd nog meer veranderd?
Van Buchem: 'De faculteiten en dan met name hun decanen lopen niet meer langs elkaar heen. Je zou kunnen zeggen dat ze in het Management Team tot elkaar veroordeeld zijn. Dat schept duidelijkheid en commitment met het bredere UT-belang. Dat was in het verleden veelvuldig niet het geval. Tja, en verder schept de nieuwe wetgeving MUB ook duidelijkheid. De radencultuur was veel wolliger, met een universiteitsraad die voor de nodige vertraging in de besluitvorming zorgde. De hiërarchie en de verantwoordelijkheden zijn nu strakker geregeld. De centralisatie is weer een beetje terug zou je kunnen zeggen. Carel van Lookeren Campagne (ex-CvB-voorzitter) had het altijd over de glazen wanden tussen de faculteiten. Eigenzinnige machtblokken, doorgeschoten decentralisatie. Met alle respect voor de gekozen decanen, maar decanen van nu zijn echt de baas, het is hun beroep. Het is leuker en in elk geval minder stroperig.'
Vervolgt: 'Ik onderscheid na de jaren tachtig toch een periode waarin de UT zoekende was naar haar profiel. Dat is nu ook nog wel een beetje zo, maar minder. Bestuurlijk was het vanaf 1990 een niet al spectaculaire periode, maar wel met nieuwe opleidingen zoals CT &M en TCW. Meer dan ooit groeide het besef dat de studentenaantallen drastisch omhoog moesten wilde deze tent overleven. Ik vind dat nog steeds het cruciale punt. Minstens zevenduizend studenten, dat is een redelijk draagvlak, dan tel je mee.'
Is zijn beleidsbureau geworden zoals hij wilde dat het werd?
(denkt lang na). 'Eh, laat ik er dit van zeggen. Ik ben in elk geval wel tevreden met de talrijke vernieuwingen die mede door ons toedoen van de grond zijn gekomen. De UT mag blij zijn met deze staf. Ze zijn slim, creatief, vindingrijk, hardwerkend. Het probleem is eigenlijk meer dat er aanzienlijk meer ideeën onstaan binnen deze instelling -de dynamiek komt vooral uit de faculteiten, laat daar geen misverstand over bestaan- dan er verwerkt kunnen worden. We schieten tekort in de procesbegeleiding. Ideeën worden vaak door nieuwe ontwikkelingen ingehaald. Het is vaak niet te belopen en dat is frustrerend.'
Je bedoelt dat Frans van Vught te veel ideeen genereert?
'Nee, hoor. Laat die motor maar lopen. Maar de daaraan gekoppelde procesondersteuning baart wel zorg. Te weinig mankracht. Niet alles is meer te behappen.'
Teleurstellingen?
'Ja. Ik vind het nog steeds jammer dat de functie van secretaris in korte tijd overboord is gezet. Daarmee werd het kind met het badwater weggegooid. Je ziet dat deze functie elders nog steeds bestaat, zij het in een iets gewijzigde vorm. Ik vind dat hier een lacune. Zo'n figuur zou uitstekend kunnen functioneren in het organiseren van de werkomgeving van het college van bestuur en ook versus de raad van toezicht. Als smeerder van de diensten. En het zou ook beter zijn voor de onderlinge afstemming binnen het CvB zelf. Verschoor was natuurlijk een prima secretaris.'
Je had zelf ook secretaris willen worden?
'Als ik de kans had gekregen zeker, ja.'
En de toekomst van de UT?
'Ik voorzie dat de UT zich meer en meer als onderzoeksinstituut gaat profileren. Je hebt daar een kritische massa voor nodig en dat zijn die zes-tot zevenduizend studenten. Waar ter wereld ze ook vandaan komen en welke vorm van onderwijs ze ook gaan volgen. Alles wordt duurder als je instelling kleiner wordt. Ik ben voorstander van een 'zachte' groei: zoals rechten bij Bestuurskunde, een drs-opleiding bij T&M, bedrijfseconomie, de biomedische variant. En er mogen wat mij betreft nog meer sleuteldocenten zoals Pieper bijkomen. Het Pietje Bell gehalte, zoals we dat in tachtiger jaren kenden, mag wel weer omhoog.' Meer flair, meer wilde ideeën, tegendraadser, bedoelt Van Buchem. 'En ik vind dat de UT meer naar buiten moet kijken, volgen wat er aan andere universiteiten gebeurt. Daar kan je ook veel van opsteken'.
De afscheidsreceptie van Michiel van Buchem is vrijdag 17 december, om 16.00 uur in de Vrijhof.