Aan plannen ontbreekt het niet: een Europese PhD-opleiding in de chemische technologie en een gezamenlijke master in de micro-
electronica staan op stapel. 'Onze mentaliteit is dezelfde', concludeert Dunst tijdens zijn bezoek aan de UT. 'Natuurlijk bestaan er verschillen. De TUHH is puur technisch. Maar het gaat om de overeenkomsten: wij zijn beide pragmatisch en ondernemend.'
Wat Dunst betreft gaan de koppen daarom bij elkaar: 'we hebben gesproken over een gezamenlijke masteropleiding micro-electronica, over een Europese PhD-opleiding in 'process engineering' en we gaan ons in ECIU-verband sterk maken voor de accreditatie van titels'. Dunst somt de zaken even soepel op voor hij weer in vergadering duikt. In Hamburg pakken ze het doortastend aan, dat is duidelijk. De TUHH (1978) is een jonkie, maar intussen wel uitgegroeid tot een hypermoderne universiteit met vierduizend studenten. Qua ondernemendheid bestaan er geen grenzen. De hoogleraren van de TUHH richtten dit jaar het private Northern Institute of Technology (NIT) op. Zij zijn zelf de aandeelhouders van deze GmbH en onderhouden zeer intensieve contacten met grote jongens uit de industrie: Siemens en Daimler/Chrysler. Onder het motto 'Klasse statt Masse' verzorgt het NIT de prestigieuze masteropleiding tot 'Global Engineer'. Deze Engelstalige opleiding is slechts weggelegd voor dertig 'high-potenials' per jaar. Zij bekwamen zich in ingenieurswetenschappen, management, internationaal recht, geesteswetenschappen en de Duitse taal. De kosten liegen er niet om: tachtigduizend DM voor twee jaar studie.
Om de studie te kunnen betalen krijgen de studenten beurzen van de aangesloten bedrijven. Aan huisvesting van deze elite is ook gedacht: op de Hamburgse campus verrijst het gloednieuwe NIT-pand dat woonruimte gaat bieden aan vijfenzestig hooggetalenteerde studenten. Bouwkosten: 22 miljoen DM.
De verbinding tussen 'Wissenschaft en Wirtschaft' kreeg reeds eerder, in 1992, gestalte in Tu Tech, eveneens een eigen bedrijf. TuTech houdt zich intensief bezig met kennistransfer tussen de universiteit en het bedrijfsleven, ze brengt wetenschappers en ondernemers met elkaar in contact. Sinds maart 1999 verzorgt Tu Tech een starterscentrum voor jonge technologiebedrijfjes van TUHH studenten, een soort Twinning Center, maar dan dus van de universiteit zelf.
Bij al dit agressieve Duitse ondernemerschap lijken de Twentse initiatieven wat magertjes af te steken. Waarom richten de hoogleraren hier niet een BV op? Ben Kokkeler, directeur van de Graduate School Twente, evenknie van Dunst èn ECIU-coördinator, ziet dat best zitten. 'Ik vind het een prikkelend idee. Het zou een enorme betrokkenheid met zich meebrengen en is de perfecte manier om ondernemendheid te stimuleren. Probleem is echter dat private initiatieven hier op onderwijsgebied erg gevoelig liggen.'
Kokkeler benadrukt dat de UT ook met publiek-private constructies werkt. 'Alleen houden wij het wat stiller'. Hij memoreert UTextra, de holding waarmee de UT de bouw van onder meer het KCT-ge-
bouw en de Drienerburght bekostigde. 'Bovendien hebben wij op de UT ook een interface tussen industrie en universiteit. Alleen werkt het anders: hier komen hoogleraren uit het bedrijfsleven doceren. Het geeft hetzelfde effect. Bij het NIT is het aandeel natuurlijk wel harder en de betrokkenheid groter.'
Kokkeler merkt op dat de UT een NIT-equivalent heeft: de TSM Bussiness School. 'Wij leiden op tot Masters of Business
Administration, terwijl NIT Masters of Science aflevert. Beide zijn Engelstalig en sterk internationaal georiënteerd.'
De Hamburg-Twente connectie ziet Kokkeler helemaal zitten: 'Sinds de Bologna overeenkomst, die pleit voor één Europees onderwijsstelsel met drie titels (Bac, MSc en PhD, red.), is het accreditatiegebeuren steeds belangrijker geworden. Rector Van Vught heeft daar altijd een lans voor gebroken en nu gaat de UT dat samen met Hamburg in ECIU-verband op de agenda zetten. Op eigen houtje zoiets regelen is gewoon onmogelijk, daar heb je dat consortium voor nodig.'
De samenwerking blijft niet beperkt tot grote consortia, ook de studenten gaan het straks, volgens Kokkeler, merken. 'Vanaf het late voorjaar 2001 gaat de UT met de TUHH een gezamenlijke master micro-electronica verzorgen. Dan gaan UT-studenten een half jaar in Hamburg studeren en omgekeerd.'
De Hamburgse tu telt vierduizend studenten en diverse moderne gebouwen.
