Millenniumbug
Met nog twee maanden te gaan knipperen slechts vier schermen alarmerend rood: not safe yet. 'Goed, goed', snauwt Timmer tegen zijn millenniumstaf. 'De stand van zaken.'
'De luchtverkeersleiding kan geen honderd procent garantie geven', oppert een van de millenniumexperts voorzichtig. 'Dat risico nemen we', reageert de oud-Philipstopman zonder al te lang na te denken. 'Volgende.'
'Tafeltje Dekje, de maaltijdendienst voor de oudere medemens, kan niet garanderen dat de opwarmovens veilig zijn', meldt een andere medewerker. 'Dan vreten die lui maar een paar weken achter elkaar kouwe macaronischotels', aldus Timmer. 'Zet maar op groen. Nog meer?'
'Lenie 't Hart weet niet zeker of de computer die de waterkwaliteit in het zeehondenbassin regelt millenniumproof is', weet een andere functionaris. 'Mooi. Houden zo. Natuur is natuur. Zeehonden moeten leren om zichzelf te redden. De laatste?'
'Nou, kijk, het zit namelijk zo. We hebben nog steeds geen oplossing voor de...' Timmer onderbreekt z'n stafchef. 'Ja, ja, ik weet het. Maar wat betekent dat voor Nederland?'
'Nou, ja, kijk', reageert de stafchef voorzichtig. 'We stevenen dus af op een regelrechte catastrofe', concludeert Timmer. 'Ik bel de minister-president.'
'Wim, met Jan. We hebben het niet gehaald. De eeuwwende wordt een ramp. Wee-Pee-Vijf-Punt-Eén is niet millenniumproof.'
Afweergeschutte
Vice-collegevoorzitter Frits Schutte is een begaafd retor. Tijdens centrale gemeenschappelijke vergaderingen verstaat hij de kunst om de op hem afgevuurde pijlen met achteloze ironie uit de lucht te pakken, het gif met een tissue van de punt te poetsen, en het wapentuig vervolgens als een onbestemd curiosum naast zich neer te leggen. Volgende vraag graag.
De vice-voorzitter hanteert daarbij een keur aan stijlmiddelen. De kwinkslag, Bomansiaanse hoffelijkheid, het intellectuele citaat. Werkt dat allemaal niet, dan brengt de vice-voorzitter het afweergeschutte in stelling: als het moet kan het ook bars. Volgende vraag graag.
Toch verraadt zelfs de bekwaamste spreker zijn onzekerheden in zijn spraak. Zoals bekend draagt Schutte het vastgoedplan in zijn portefeuille. Driehonderd miljoen gulden, dat is een flinke poeplap. En daar moet werkelijk heel de campus van worden verbouwd.
Als dat maar goed gaat, zal de vice-voorzitter zo nu en dan denken. Zeker als hij voor het slapen gaan naar zijn tijdshorizon-van-tien-jaar ligt te turen.
Die twijfel manifesteert zich in de wijze waarop Schutte het woordje 'vastgoedplan' uitspreekt. VASTgoedplan zeggen wij Nederlanders, met de klemtoon op 'vast'. Schutte heeft het echter consequent over zijn vastGOEDplan, moet je maar eens opletten. Het is alsof hij zichzelf moed inspreekt: 'Frits, kerel, het gaat vast goed'.
Maar meer geeft hij niet weg. Zelfs als Schutte zijn campusmasterplan met een viltstift op een bord moet tekenen, blijft hij soeverein. 'Maar die twee schillen', oppert een medezeggenschapper, 'hoe zit het daar dan mee?' 'Jongeman, er zijn in totaal drie schillen, maar dit is nu een schijf.' 'U bedoelt dat vierkant daar in het midden?' Afweergeschutte: 'Jazeker, ik bedoel die vierkante schijf daar in het midden.'